Dagen denken (da’s anderhalve dag, ik moet niet overdrijven, hoewel dat een sterke kant van me is).

Denken is nooit aktie, voorwaarts, er op los, zoals mensen denken die niet weten wat denken is; het heeft niet de aard van de lianenkappende woudloper, maar eerder die van iemand die zich ontspannen in een warm bad laat glijden (Mulisch, u weet wel waarin)

Ik zat niet in een warm bad. Volgens de defenitie van Mulisch was ik daar dan ook niet mee bezig. Of ‘t warm bad zou Den Helder vanmiddag moeten zijn. Dat is: bij m’n ouders langs & bockbier drinken in ‘t café van m’n broer.

Nee, da’s meer mijmeren in de trein, na afloop van ‘t klein drinkgelag. Af & toe koptelefoon keihard, vooral om de mensen erop te wijzen dat ik alleen ben & in die trein dat vooral zo wil houden. Da’s ook afsluiten. Maar is dat denken volgens Mulisch?

& Luisteren.

Luisteren naar vriendinnen. Of naar Puck, die ik vooral niet ken, behalve dan van u weet wel & een zeer welkome reaktie gisteren.

& Vooral ook complimenten consumeren.

Voor de rest; dat is misschien niet zo belangrijk voor u allen. Maar de rest van de rest volgt later.

Zodat we daar verslag van kunnen doen vanuit Zijperspace.

We doen er ff ‘t zwijgen toe. ‘t Lijkt noodzakelijk ff tot rust te komen. Te diep gedoken in een volgende verslaving, zoals ik al ‘ns eerder vermeld heb. & Deze veroorzaakt te veel onzekerheid in me. (Als Zijperspace opeens veel wordt gevisiteerd, denk ik: wat hebben ze aan me; wie zijn ‘t; wat denken ze van me; wat heb ik daar aan? / Als ik weinig lezers heb: waarom wordt ik niet gelezen; wat is er tegen me; wie zijn ‘t die nu niet lezen? Of: waarom wil ik zo graag dat iemand reageert op iets onbenulligs als dat wat ik schrijf?)

Misschien een paar dagen, misschien voor altijd. Moet in ieder geval beetje aandacht aan mezelf besteden om zodoende weer wat zekerder in m’n schoenen te kunnen staan. Zou ‘t graag uit willen leggen alhier, maar vind er geen woorden voor. Dus zwijgen & slechts vooruit staren is al wat hier gebeurd.

We beginnen aan de ontdekking van de hemel in Zijperspace.

‘t Gaat me toch intrigeren waarom iemand met ‘t woord ‘onderbroek’ op zoek gaat bij Google (& mij dus als nr 502 tegenkomt, Reet als nr 80 & Zidouta ergens in de 130). Wat is ‘t resultaat? Wist meneer/mevrouw dat er veel onderbroekenlol te verwachten was?

Dus ben maar ff bij de resultaten van zo’n zoekopdracht gaan kijken. 1 van de 1ste leuke resultaten was een reclamefilmpje voor een onderbroek. Dat gaat goed.
Hierna volgt een spannend verhaal over de onderbroek van Onur. Zeer de moeite waard, vooral ook omdat ‘t eigenlijke handschrift ernaast staat.
Die daarna komt, slaan we vanwege flauwigheid over, maar hierna ontnuchtert Broodje Aap ‘t verhaal over een man die z’n onderbroek wil vervangen, maar in z’n blote reet komt te staan.

Ik begin er lol in te krijgen. Kom redelijke leesbare/amusante bewerkingen van ‘t zoek-onderwerp tegen. Lijkt best de moeite waard.

Next.

Ik krijg uitgelegd waarom maandverband van Always niet zomaar uit de dames hun onderbroek kan vallen. Nooit over nagedacht; wat handig denk ik; maar wordt snel verveeld door ‘t reclamepraatje over de vleugels. Ik beperk me tot ‘t verhaaltje van de onderbroek, zodat ik me geen obscene gluurder ga voelen.

Of krijg de ontsteltenis van Joyce Roodnat voorgeschoteld bij ‘t zien van de onderbroek van een vrouw die door een beer wordt gebeten.

& Als laatste voor vanavond wat flauwe spiektips voor puberale scholieren die ik inmiddels iets te veel ontgroeid ben. Maar voor gij allen onder u die deze gezonde leeftijd mogen genieten toch maar.

Blijk je toch van veel dingen iets zinnigs te kunnen maken in Zijperspace.

Bloemkool, sla, tomaat, doperwtjes, peentjes & wortelen, komkommer, aardappelen. Maar vooral veel bloemkool. Hele grote bloemkolen.
(Met dank aan tuinafval).

Wat men al niet moet doen om verantwoord aandacht te trekken in Zijperspace.

mijn gehavend lichaam part III

Lopend over ‘t strand in ‘t kader van een sponsorloop voor de gymvereniging kon ik ‘t als kind niet laten alles op te rapen & in de xtreem schuimige zee terug te werpen. ‘t Leek alsof ze duizenden liters Dreft erin hadden achtergelaten, zo hoog stonden de schuimkragen opgestapeld aan de strandrand. M’n broer & ik hadden de taak op ons genomen alles wat zich buiten die kraag bevond & niet paste bij ‘t strandzicht op te pakken & in ‘t schuim te werpen om er zodoende gaten in te laten ontstaan. Al ‘t afval moest onttrokken worden aan ‘t zicht & bovendien dienen om die ongewone bruinig witte substantie weg te werken. Natuurlijk een onmogelijke opgave, maar je was tenminste ergens mee bezig tijdens de wandeling.

Door ‘t omringende schuim kon je niet altijd zien wat zich precies daartussen bevond. De hele fles die ik op gegeven moment te pakken dacht te hebben & een zwieper wilde geven, bleek een halve fles te zijn met scherpe randen. Scherpe randen die scherpe sneden achterlieten in m’n vinger. Waardoor aktie van m’n ouders noodzakelijk werd, & waarop ook de ehbo tot snelle aktie genoodzaakt werd.

Alles aan m’n hand moest omwonden worden voor die ene snee. Minstens 100 meter verband werd er voor de snee in m’n middelvinger gebruikt om in ieder geval ‘t bloeden te stelpen. & Volgens mij ook om ‘t er ook xtra imposant er uit te laten zien. Als waarschuwing naar andere kinderen: raap nooit wat op uit zee, waarvan je niet weet wat ‘t is of hoe scherp.
Ja, ze waren zeer pedagogisch onderlegd bij de gymvereniging, speciaal de dienstdoende ehbo-afdeling ervan. Ze waren ook dermate ehbo-technisch onderlegd dat ik vanaf die gebeurtenis een soortemet aks als permanent litteken met me mee draag. Op de zijkant van m’n rechtermiddelvinger.

Blijf ik eeuwig houden. Is door de vorm & ligging wel m’n dierbaarste litteken (‘t zijn er niet zo veel) geworden: elke keer als ik in mezelf gekeerd aan ‘t nadenken ben, zul je me aantreffen met dat litteken tegen m’n lippen. Als een kind dat z’n duim in z’n mond steekt. Alsof ‘t zich daardoor beter kan concentreren op z’n binnenwereld. & De wereld daardoor kan overzien.

We hebben meer littekens nodig om Zijperspace te kunnen overzien.

M’n lamp werkt. ‘t Was vanmiddag een beetje te licht om te zien of de softtone 15-watt-lampjes wel ‘t gewenste ffect zouden sorteren. Nu de duisternis geleidelijk aan intreedt werkt-ie meer & meer sfeerbepalend. Ik heb alleen nog niet de ideale stek ervoor gevonden.

De 256 MB werken geloof ik nog niet. Had er plots te weinig tijd voor, want had me bedacht dat ik die robot bovenaan ‘t scherm wel ‘ns in de bioscoopzaal wilde bewonderen. Kijken wat er van hem in mij zit. Ik dacht in een verlaten bioscoopzaal aan de Munt te zullen belanden, maar daar zat toch minstens een man of 50. & Verder was de film ook niet bijzonder genoeg. Kubrick had nog ff een jaar of 2 langer moeten leven & dan was er geen Spielberg geweest om de film tot sentimentele proporties te reduceren.

Een recensie waar ik me wel in kan vinden, maar dat iets te weinig Spielberg’s (bijna mislukte) pogingen de thematiek van Kubrick te vertalen in z’n eigen oeuvre benadrukt. Maar toch dapper van Steven.

Na aanschouwing kan ik morgen m’n binnenste ik weghalen.

We hebben al genoeg moeite met wie we van buiten zijn in Zijperspace.

Door een plotse overvloed aan geld heb ik een luxe-probleem. Ik weet niet wat ik 1st moet doen: De 6-koppige lamp installeren, die ik voor een aardige som gelds 2dehands op de kop heb getikt; of de 256 MB geheugen in m’n comp plaatsen, waardoor ik eindelijk Exile fatsoenlijk zal kunnen gaan spelen. Gevaar van ‘t laatste is dat ik dan voorlopig niet meer uit m’n stoel zal komen, omdat mijn immer opspelende neiging tot verslaving aan van alles & nog wat zijn intrede zal gaan doen.
1st Maar ff de lampekapjes op m’n 50-er jaren lamp plaatsen & de juiste plaats voor ‘m bedenken.

Ondertussen op de achtergrond 1 van m’n andere aankopen van afgelopen vroege ochtend vrolijk verder laat draaien. (& Verdomd: terwijl ik dat aan ‘t typen ben, beëindigt-ie ‘t laatste nummer: dan maar dl 2 erin).

Dan ga ik vanavond uit eten met een vriendin. Nog steeds dankzij eerdergenoemde overvloed, die gelukkig voor ‘t grootste gedeelte al op de bank staat. We moeten onszelf een beetje in bescherming nemen.

& ‘t Voelde steeds lichter in Zijperspace.

verlanglijstje nr 11

‘t Is nu te laat. Sterker: véééééél te laat.
& Dat is laat.

Ik had nl wel een zusje willen hebben.
Moest m’n moeder wel om lachen, toendertijd. Dat was waarschijnlijk in de tijd dat ze zwanger was van m’n jongste broertje. Of misschien was-ie net geboren, want dat zou nl een reden zijn geweest om minzaam te lachen. & Er grapjes over te maken tegenover de tantes.

Ik kan me ook helemaal niet herinneren dat m’n moeder zwanger was. Kan me geen dikke buik herinneren. Misschien retoucheert je geheugen dat beeld wel. Want je moeder blijft toch lange tijd als ideaalbeeld overeindstaan. ‘t Kan toch niet zo zijn dat een vreemde dikke buik dat beeld zomaar kan misvormen?
Ik bleef jarenlang de wens behouden later met m’n moeder te kunnen trouwen. (Weer giechelende tantes op de achtergrond; maar nu ook grommende ooms met licht commentaar & grijnzende understatements op hun gezicht).

Ik vond dat ‘t gezin niet kompleet was, meen ik me te herinneren. Ik had blijkbaar net kennis gemaakt met de 1e vrouwen van mijn leeftijd, of misschien iets jonger. Meisjes werden die xemplaren genoemd. Ze reageerden anders & waren bovendien veel interessanter, waarschijnlijk doordat ze anders reageerden.
& Ze wáren ook anders. Dat is: anders dan m’n broers. Of anders dan de buurjongens. Want er was maar 1 buurmeisje & dat was ‘t zusje van Jan-Pieter (die was een beetje gek) & veel te klein. ‘t Was kortom een mannenwereld waarin ik opgroeide; ik was maar liefst 5 broers rijk & had bovendien een vader van ‘t zelfde geslacht.
De enige vrouwen anders dan m’n moeder die ik echt kende waren m’n tantes & die wilden alleen maar zoenen als ze me zagen. Die tantes hadden echter ook kinderen, & onder die kinderen bevonden zich die van ‘t vrouwelijk geslacht, moet ik op gegeven moment ondervonden hebben. Toen ik aldus merkte dat er ook een mogelijkheid bestond zusjes te krijgen, heb ik dat ook onmiddelijk voor Sinterklaas gevraagd. & Verdomd: Sint was zo gevat een chocolade meisje in m’n schoen te stoppen. Die had ik wel erg snel op.

Ik wil nog steeds wel dat zusje.

We zijn weer veel te laat in Zijperspace met ‘t indienen van ons verlanglijstje.

Overigens ben ik wel tevreden over mijn robot in mij. (Lekker verantwoord, want zeer Kubrickiaans/Spielbergiaans). Hoewel jullie wel je best moeten doen zo min mogelijk om mij te huilen. Helaas lukt ‘t me niet, zoals Bob & Els & nog wat anderen, ‘t bij de potsjes te plaatsen, daarom moet ik van mezelf ‘m 1 dezer dagen weer weghalen. Maar ben in ieder geval erg tevreden dat ik voor ‘t 1st een plaatje op m’n blog heb gekregen.

Er komt wat meer leven in Zijperspace.

over mensen die de ijzers keren

Het huis naast me wordt opgeknapt. Dat duurt nu alweer 8 maanden, denk ik. De buurman op de 1e bleef bij ‘t begin van de werkzaamheden gewoon zitten waar hij zat, terwijl de rest van ‘t huis verlaten leek. De puin & afval van de div etages werden in de tuin gedumpt (levensgevaarlijk overigens: ‘t vloog me om de oren af & toe). Daar stopten ze mee toen m’n buurman daadwerkelijk m’n naaste werd, door naar begaans te verhuizen.
Dus daarom was er zoveel aandacht aan de immense hoeveelheid tegels besteed; de man was moeilijk ter been & met zijn stok zou hij bijv niet over mijn 1-tegel-brede-paadje kunnen voortbewegen. Er was zodoende niet veel ruimte overgebleven voor groen. Slechts aan de zijkanten was er plek vrijgemaakt daarvoor & al ettelijke kilo’s kunstmest waren daar gedeponeerd. Vervolgens liet hij een hovenier langskomen. (Dit is een voorbeeld van een hovenier met een website; ook wel leuk ihkv de broodnodige afwisseling, voor de rest niet van belang voor mijn schrijven).
Oude waardes leken te zijn hersteld, want de donkere man liet zich dirigeren door de wandelstok van mijn buur, die zich liet ondersteunen door onverstaanbare bevelen (ook onderdeel van de handicap van de heer; z’n spraak beperkte zich tot gorchelen & brouwen). We leken enkele eeuwen terug in de geschiedenis van onderlinge verhoudingen gestapt te zijn. Maar de hovenier plaatste desalniettemin gedienstig de meest truttige plantjes & snoeide alles wat mooi & overbodig leek tbv dit concept.
Vervolgens heb ik de buurman nog 1 keer enkele stappen, tot ong 2 meter, z’n tuin in zien gaan. Meestal nam ik ‘m waar door een dun gordijntje starend naar wat ik toch allemaal wel niet uithaalde met mijn tuin. ‘t Was een eenzame man.

Terug van vakantie bleek-ie te zijn overleden. Ondanks z’n onverstaanbaarheid had-ie ‘t ziekenhuispersoneel duidelijk weten te maken dat-ie z’n rottend been wilde behouden. De dag na ‘t verzoek te amputeren is de man er aan bezweken. Hij heeft 2 maanden op de begane grond gewoond.

Gister werd ‘t puin vanaf de 3e etage in z’n tuin gegooid.

De buren maken niet zoveel lawaai in Zijperspace.