wereldnieuws

Bij aankomst op m’n werk rijdt een auto met aanhanger voorbij. Geheel in zeilen verpakt valt nog net een koets te herkennen. De achteropvolgende auto trekt de aanhanger voor paarden, waardoor dat beeld in ieder geval bevestigd wordt.
‘Zou dat ‘m zijn? Gaan ze nu al repeteren?’

1½ uur later komt een fotograaf gehaast voorbij lopen. Onze blikken treffen elkaar toevallig, waardoor hij besluit een vraag te stellen & op me toeloopt.
‘Zou ik misschien ff stroom van je kunnen trekken?’
De batterijen van z’n laptop waren bijna leeg, net op ‘t moment dat er een foto van de gouden koets richting ‘t Parool moet.

Ik geef ‘m de ruimte, zodat-ie z’n pasgeschoten foto’s kan bekijken, de beste kan selekteren & kan verzenden richting redaktie.
Terwijl dat laatste bezig is plaats te vinden moeten we de tijd met elkaar zien door te komen.
‘Zijn jullie op die dag eigenlijk open?’ vraagt de fotograaf. ‘We werken die dag met 5 man & 1 persoon is dan de hele tijd bezig met ‘t verspreiden van ‘t materiaal over de hele wereld. Daar hebben we dus een lokatie nodig zo dicht mogelijk bij ‘t paleis.’

‘Ah! Ik heb eigenlijk nog 10 minuten,’ merkt-ie op als ‘t overbrengen van de foto bijna is voltooid. Na afloop ervan sluit-ie de programma’s af, pakt z’n spullen bij elkaar & rent nog
wederom richting de Dam. Bij terugkomst zwaait-ie me nog ff gedag.

Van de buren krijg ik na 6-en de kranten die ze niet verkocht hebben. Ik lees vluchtig ‘t Parool. Er staat niets over de zojuist gearriveerde gouden koets.

Moeten we misschien toch maar zelf kijken in Zijperspace.

notitiecrash

‘t Voelde een beetje alsof m’n comp gecrasht was. Al m’n gegevens verloren, m’n verleden op delete. & Ik was nog geen 2 weken bezig met m’n notitieblokje.

Alsof opeens alles verloren was, speurde ik bijna doelloos door m’n huis. ‘t Kon niet op een andere plek liggen dan vlak naast de comp. Als ik ‘t op m’n werk had achtergelaten moest ik zo snel mogelijk de deur uit, want daar had niemand iets met m’n aantekeningen te maken.

Totaal onthand, ontdaan van m’n belevenissen & gedachten, hoewel ik ‘t grootste gedeelte me wel wist te herinneren. Maar wat heb je aan herinneringen als ‘t niet zwart op wit staat, ‘t bovendien de intentie van ‘t ‘nu’ ontbeert.

Rondjes door ‘t huis gelopen, van comp naar tv, van portemonnee naar gsm, van keuken naar fiets. Tot m’n notitieblokje zichzelf tevoorschijn toverde op de tafel, op de plek waar m’n avondmaaltijd had gestaan.

Maar waar is de achterkant van Zijperspace?

brief van 10 jaar her (dl 2)

(…)

Dit geheel maakt het toch moeilijker om op te schrijven wat ik van plan was te vertellen. Ik probeer te achterhalen wat op dit moment de oorzaak is van m’n depressiviteit van de laatste tijd. ik denk in ieder geval dat het gevoel dat ik ouder ben als de meeste mensen om me heen, en dus ook 9 jaar ouder dan jij, een belangrijke oorzaak is. Ik wil met die mensen omgaan, maar ondertussen knaagt het in mij dat ik op deze leeftijd ergens anders mee bezig had moeten zijn.
Al die mensen van vroeger hebben een baan; hun studie afgemaakt; zijn bezig met een karrière. Ik ben onderwijl nog maar net begonnen met een studie, waarvan ik bovendien bang ben dat die te hoog gegrepen is. Ik ben bang niet intelligent genoeg, dan wel niet vasthoudend genoeg te zijn om een univeritaire studie te volbrengen. Angst dus dat ik niet net zo goed ben als al die anderen, niet zo intelligent als anderen, terwijl ik wel de universiteit ben aangegaan. Ik ben bang dat het op een mislukking uitdraait, waardoor ik m’n leven lang niets zal bereiken, m’n doel uit het oog zal verliezen.

Wat me troost is dat ik ooit vader wil worden, maar dat verplicht mij weer een relatie te hebben met een vrouw die van me houdt. Een vrouw die het langdurig met me uithoudt. Dat maakt me weer afhankelijk van die relatie, want zonder haar liefde is zo’n toekomstbeeld ook niet mogelijk.

Natuurlijk zijn er nog meer redenen waarom ik me afhankelijk opstel tegenover jou en elke andere liefde, maar dat is voor nu te lang. Ik stop hier, of ik moet straks zin hebben om toch door te gaan met schrijven. Kusje, Ton.

Tot zo.

& Is nog steeds alles ‘t zelfde in Zijperspace?

kwaad

‘t Bonkt & ramt in m’n kop: ‘t mag niet; zo hoort ‘t niet; ik stop er mee. 39 stemmen schreeuwen in chaotisch koor.

42 dwingen me tot kalmte.
‘t Trilt, ‘t rammelt.

Ondertussen zijn we niet kwaad, maar woest in Zijperspace.

brief van 10 jaar her

Lieve Pam,

Ik heb de prullemand bekeken en zo te zien heb je m’n verkreukelde brief gevonden. Ik baal van die brief: melodramatiese aandachttrekkerij. Vanavond schrijf ik dus gewoon opnieuw, zodat ik het wat meer kan relativeren.

Ik kwam Mirjam tegen.

En prompt val ik dicht. Tenminste, na het schrijven van die zin. Ik was de hele avond al van plan om opnieuw aan jou te schrijven, maar toen ik Mirjam was tegengekomen, wist ik gewoon zeker dat díe zin erin zou komen. Ik zou daarna proberen te omschrijven hoe belangrijk het voor me is haar weer te zien en te spreken, maar daarna zou ik toch het eigenlijk bedoelde verhaal beginnen.

In ieder geval:
Ik kwam terug uit Den Helder, haalde m’n fiets op en wilde nog wat gaan doen. Ging dus naar capt. Zeppos, hoewel ik bang was jou daar te ontmoeten. Maar ik ging er van uit dat ik waarschijnlijk Jelle, waar ik al een maand naar op zoek ben, dan wel Roald zou ontmoeten.

Terwijl ik m’n fiets neerzette, kwam Mirjam naar buiten. Ik kon haar nog net herkennen. We hebben toen een uurtje met elkaar zitten praten. ‘t Is ongelovelijk, dat ik weer met haar heb gesproken. het meisje wat me al 10 jaar dwars zit. Ze vroeg me waarom ik haar zo graag wilde ontmoeten. Ik zei dat de relatie die we hadden de toon gezet heeft voor de manier waarop ik met meisjes en de liefde omga. Daarmee bedoel ik niet de manier waarop ik met vrouwen omga, maar de manier waarop ik mezelf afhankelijk maak van hun liefde, van hun aanwezigheid. Verder zei ze me dat ik, in plaats van naar het RIAGG te gaan, net als haar, maar eens in dagbehandeling moest gaan, zodat ik voor eens en altijd genezen zou zijn van de behoefte om in therapie te gaan.

Ik vroeg me nog af of ik haar adres, waar ze de komende drie weken zit, op moest schrijven, maar ik besloot dat het beter zou zijn als ik haar over drie jaar weer per ongeluk tegen het lijf zou lopen.

Voor de rest heb ik haar over m’n broers verteld, en over alle mensen die we vroeger allemaal kenden. Ik bleek verschrikkelijk veel over iedereen te weten, dus zei ze me dat ik een boek moest schrijven over al de vrienden van Ton. Ik zei nee, en bedacht ondertussen dat het boek wat ik nog steeds in m’n hoofd heb grotendeels gekoncentreerd is rond de liefde die ik vroeger voor haar had. Zij zou dus de enige persoon uit het verleden zijn die in dat boek mocht voorkomen.

(…)

Er vinden geen veranderingen plaats in Zijperspace.

met dank aan Jeewee & Robert-Reinder

Mijn lijst heeft nr 55 & hij is opengesteld voor ‘t grote publiek. Zodat men kan kijken of men is opgenomen in de waslijst van blogs die ik probeer bij te houden. Mindere cruciaal van belang dan een linklijst, want een linklijst vind ik veel meer een ‘must-visit’ voor mezelf. De blogs die deel uitmaken van Zijperspace’s favs houd ik in de gaten, voor zover mogelijk.

Op deze manier vind ik ‘t heerlijk, doet terugdenken aan die good old sidebar van Tom. Zo kan ik m’n verslaving over geplaveide paden laten lopen. Meer overzicht, minder doelloos gezoek naar mogelijk nieuws, minder frustratie dat er niets te vinden is.

Ieder kan dus z’n eigen lijst openbaar stellen, zoals ik heb gedaan. Daar heb ik meteen van geprofiteerd door alle omliggende nrs ff af te tasten. & Tot de verschrikkelijke constatering moeten komen dat ik in geen van de andere fav-lijstjes ben opgenomen.

Hé! Mensen! Ik heb nogal wat moeite gehad met registreren, waardoor ik niet meteen werd opgenomen in de lijst.
Hé! Mensen! Wilt U uw favlijst ff aanpassen! Ik wil nl dat u mij leest.

& Zijperspace niet vergeet.

fêteren

Div keren heb ik vandaag verlangd naar een lekkere periode van ziek zijn. Een week of 2 leek me daarvoor al toereikend. Weg van die druk te moeten. Weg van die mensen die je niet zelf uitgekozen hebt, & waarbij de ontmoeting slechts een gesprek van een minuut betekent. & Ook weg van op tijd opstaan & elke dag fit, je hoofd op orde & de concentratie daar.

Tuurlijk besefte ik me dat ik op deze werkplek al 3 weken geen normale werkdag had gehad door alle kerst/nieuwjaarsdrukte; dat ik vandaag opeens weer ondergedompeld werd in een ordinaire standaard werkdag. De somberheid sloeg echter wel vernietigend toe over hoe nou verder met deze baan door de hervonden oude sleur. Hoe lang nog verder op deze wijze? Met deze mensen, met deze waardering.

M’n werkgever kreeg visite van 2 mensen uit ‘t dorp, waar hij een vakantiehuisje heeft staan. Die moest-ie toch even de zaak laten zien & bij ‘m thuis daarna nog ‘ns fêteren op bier waar ze nog nooit van gehoord hadden.
‘Ton, weet jij nog een goed biertje?’
‘Dat zal je zelf zeker niet weten,’ dacht ik, ‘je weet nogeneens wat je verkoopt.’
& Toch wees ik ‘m een overheerlijk kerstbier aan.
‘Kerstbier? Moet je er vanaf ofzo?’ vroeg-ie quasie-leuk.
‘Nee, jij moet er vanaf. Maar ‘t is echt 1 van de mooiste kerstbiertjes van afgelopen jaar.’ Dat moest ik er wel bij vertellen, want ik wist dat-ie van de kerstbiertjes hooguit een enkeling had geproefd. Deze zeker niet.
‘Daar heeft Ton wel gelijk in,’ probeerde hij z’n gezicht te redden tegenover z’n gasten, ‘dit is 1 van de betere bieren die we momenteel hebben. We verkopen die kerstbieren evengoed nog wel; dat verkoopt zich vanzelf, maar ‘t is beter om van een lekker biertje te genieten bij mij thuis.’

Ik kom thuis. Pak m’n spullen van m’n fiets & bemerk opeens dat ik een literfles Schumacher Alt bij me heb gestoken. Dat was ik alweer vergeten.
& Bedenk me in verblijd gemoed dat ik me dat toch niet wil laten ontnemen. De enige plek in Nederland waar je dat bier kan krijgen & ik neem ‘t doodleuk mee van m’n werk naar huis om vanavond in m’n 1tje te consumeren. & Besef me dat 99,9 % van de bevolking nogeneens weet Schumacher Alt is, laat staan hoe ‘t smaakt.

We blijven zitten waar we zitten in Zijperspace, & drinken.

de mooiste vrouw

De hoedenman van de Westermarkt zit aan een lange tafel met enkele engelse vrienden. Van de groep is-ie degene die ‘t meest vloeiend nederlands spreekt. Z’n brede glimlach die bijna altijd z’n gezicht siert, maakt ‘m als vanzelf een sympathiek persoon.

Elke keer dat ik ‘m deze middag passeer, wenst-ie me, met zichtbare lol, een gelukkig nieuwjaar. Ik pak ‘m bij de schouder op ‘t moment dat-ie me even niet opgemerkt heeft & ik dus geen nieuwjaarswens heb gehad. Hij kijkt om, polsend wat er aan de hand zou kunnen zijn. Ik kijk ‘m enkele seconden enigszins gefronsd in alle stilte aan & wens ‘m een gelukkig nieuwjaar.
Vanaf dat moment heeft-ie nog meer lol in ‘t nieuwjaar wensen; ‘t wordt steeds moeilijker onopgemerkt voorbij de tafel te gaan.

Op een gegeven pakt-ie mij vast.
‘Voor ‘t nieuwe jaar, voor ‘t komend jaar, wens ik je de mooiste vrouw toe.’
Ik lach & vraag me ondertussen af hoe mensen altijd schijnen te kunnen zien dat ik vrijgezel ben.
‘Da’s toch een mooie wens?’ informeert-ie er achter aan.
‘Da’s de mooiste wens.’
1 van z’n vrienden gaat zich ermee bemoeien: ‘Dat je moet niet wensen. Dat je ook de mooiste vrouw gaat doen.’
Gelach. ‘Dat is een mooie wens.’ Hoedenman kijkt me lachend vragend aan.
‘Dat is een nog veel mooiere wens.’

We hebben ‘t komend jaar dus wat te doen in Zijperspace.

m’n reactievermogen

Ik ben stil; stil als maar zijn kan.
Stil als mier, zelfs z’n snurk hoor je niet in wintermaanden.
Ook stil als beeld, midden op plein, alles overziend, maar o zo zwijgzaam gaat-ie aan z’n eeuwigdurend verval ten onder.

Ik heb mooi gelezen, zoals mooi & oprecht slechts zijn kan. & Dat zelfs 2 keer, alsof mooi op zichzelf niet genoeg is.
Teder & aftastend, zijn de woorden die in me worden gevormd. Hoe schrijf je dat ook alweer?

De telefoon gaat, terwijl ik net besloten had nogmaals te lezen.
‘Met Ton,’ aggressief, als ‘Wat nou, mot je?’, neem ik ‘m op. ‘t Volgend moment berouwvol besef ik dat ‘t om de verloren handschoen gaat.

Hoe nou reageren naar mooi, & naar iets diep meegeleefd, naar 1 uur lang beelden die niet in woorden bestaan?
Reactie door lach, gierend van ‘t scherm, maar remmend vóór gearriveerd.

Weg scherm.

Ik moet ‘t schrijven, poging wagen, nooit geprobeerd is niks waard.
Ik neem een aanloop, diep dalen de zuchten, sta stram, loop achter, loop voor.
Hop, hop, hop. Trippelende vingers vloeien, proberen te vloeiend voelen.
Proberen voelend te vloeien.

Ach, ‘t is niks. Mooi zal nooit meer zijn, niks dan 0, of + & -.

‘t Is puur wat slaat in Zijperspace.

De dame die me gisteren begeleidde naar ‘t optreden in IJmuiden is een dame van ‘t klassieke soort. Je ziet ze eigenlijk bijna niet meer. Ze draagt nl, je ziet ‘t nog maar zelden, altijd een jurk. En doet dat met stijl, met een bepaalde hoeveelheid gratie. Dat laatste mag niet te veel worden, want dan raakt ‘t gewone schone ervan af.

Corrie had pech met haar auto, dus kwam te laat. Daardoor zagen we haar pas na afloop van de Kift. Ik stelde ze aan elkaar voor.
‘Wat heb jij een mooie jurk aan!’ stelde Corrie onmiddelijk vast.
‘Josje ziet er altijd mooi uit,’ ontschoot mij.
Een giechel van Josje.
‘Voelt zeker wel lekker voor een man om in zulk gezelschap te zijn?’ glimlachte Corrie.

Ik voelde m’n rug nog wat rechter worden, terwijl de dames de details over de jurk aan ‘t uitwisselen waren.
& Ik had opeens ook veel bredere schouders.

Hormonen hebben soms vreemde uitwerkingen in Zijperspace.