evolutie

Ik vraag me vaak af of m’n achterburen me zien staan. Of ze vanonder een gordijntje zitten kijken wat ik nu weer voor me uit zit te staren. Waarvoor & hoe lang.

Soms heb ik een woordenboek in m’n hand. Daar blader ik dan in, richting juiste woord.
Dan vraag ik me heel onnozel af of allochtonen een Dikke van Dale kunnen herkennen. Zouden ze er 3 naast elkaar moeten zien om te bedenken in welk standaardwerk ik sta te snuffelen?

Ach, ik ben niet zonder vooroordelen, maar als ik ze ga ontkennen wordt ‘t pas echt treurig. Ik zet er in ieder geval vraagtekens bij. Ben ik toch nog een beetje correct bezig.

Maar zo’n woordenboek is een uitzondering. Meestal ben ik opgestaan, druk bezig te doen of ik nadenk, zo druk zelfs dat ik zelf niet meer weet of ik echt wel tot gedachten kom, om voor ‘t raam te gaan staan & te bezien hoe de wereld in mijn 10 minuten afwezigheid is veranderd.
Ik snap niet dat ik er zelf elke keer weer in trap.

Dus wacht ik tot er een vogel voorbij gevlogen komt.
Hé, een pimpelmees, denk ik dan.
Waarop ik weer kan gaan zitten.

Soms loop ik echter terug naar ‘t kleine tafeltje, waar m’n bril bovenop m’n portemonnee ligt gestald. Of om m’n verrekijkertje voor 1 oog uit z’n zakje te halen. Ik wil ook nog wel eens tegen beter weten in m’n fototoestel erbij halen.
Ik ben bijna altijd te laat. Als niet, dan schrikken de vogels alsnog zich het apenzuur van mijn verschijning & zijn ze al snel gevlogen.

Niets gebeurd op aarde, moet ik dan concluderen, behalve dat m’n buren een verzetje hebben gehad.

Dat zal dan wel evolutie heten in Zijperspace.

nieuw

Op zoek naar achtergrond (III)
Er ontbreken wat tekentjes. Die zijn niet meegekomen met de verhuizing naar de nieuwe omgeving.

Ach ja, dat moet ik uitleggen, want eigenlijk is ‘t geen verhuizing. ‘t Is gewoon een nieuw jasje.
& Dat jasje, daar gingen tekens als ‘ niet doorheen.
Dus waar ik bijv ‘m’n’ in ‘t verleden geschreven heb, daar verschijnt nu ‘mn’.

Ik heb voor heter vuren gestaan bij verhuizingen.
‘t 1e Jaar dat ik in Amsterdam kwam wonen verhuisde ik m’n hebben & houden 11 keer, in een tijdsbestek van minder dan een ½ jaar. Op de fiets.
U ziet, ik ben wel wat gewend.
1 Maal ben ik zelfs aangereden. Ik huilde achteraf omdat uit m’n verhuistas cassettes waren gevallen & voor eeuwig onafspeelbaar bleken te zijn.
‘t Zal wel dierbare muziek zijn geweest. Maar ik ben er in de loop van de tijd achter gekomen dat er ook zonder die dierbare muziek te leven viel.

Zo zal dat straks ook wel gaan met dat tekentje ‘.

Wat veel leuker is: er kan weer gereageerd worden.
Ik denk dat ik 5 jaar geleden de reactiefunctie uit m’n weblog heb gesloopt. Ik kreeg per dag 1000-en gevallen van commentspam binnen. Ik kon geen normale mail meer lezen. De server liep vast. M’n computer was continu bezig mail binnen te halen, waardoor andere programma’s niet meer soepel wilden draaien.
Daarom.

Maar nu dus weer wel.

& Hoewel ‘t altijd zo geweest is dat er bijna geen hond reageerde op m’n teksten, op 1 of andere manier schijnt dat moeilijk te zijn, ik ben niet communicabel genoeg, of anders de posts die hier verschijnen, zou ‘t toch mooi zijn als iedereen eens ging vertellen wat men nou van m’n nieuwe omgeving vindt.
Schrijfjunkie heeft ‘t gemaakt. Na een biertje of wat.
Ik heb haar geadviseerd. Terwijl ik m’n eigen bier in de hand hield.

Die nieuwe omgeving, dat is de omgeving van Zijperspace, waar alles groen & geel schijnt.