Je weet wel. Eind van de dag. Wat gedronken om ’t slapen gemakkelijker te maken.
Plassen & tandenpoetsen nog te gaan. De spiegel tijdens dat proces, een moetje, voor je: de daadwerkelijke nacht-gang-vriend. Hij gaat je vertellen wie je ondertussen bent.
’t Enige wat je dan kan doen is hem in de luren leggen. De waarheid verhullen.
Je haalt al de krullen tevoorschijn. Wat je vandaag & de jaren ervoor hebt beleefd. Je haargrens benadrukt. Ogen wijd opengesperd, zoals je van de spaarzame zombie movies hebt geleerd.
Ok, je hebt ooit de top-10 van afschuwelijk gratis mogen lenen; je had immers de juiste studie om dat te vragen bij de videotheek. Grijselijke beelden mogen aanschouwen. Van onecht naar echt komen te beseffen.
Fake is niet echt.
Toch wel, want is bij je gebleven. Alle nep om de fantasie van de waarheid te laten zien.
Dat is dan de houding ten opzichte van ’t normaal glanzend, tevreden stellend beeld. Geleidelijk aan veranderd. Aangepast aan leeftijd, een gemoedsstemming doet een bijdrage, de slijtage, ja ach…
Ik zoek m’n woorden; ik zoek m’n stemmingen. Kan niet meer dan tussen bomen te verblijven. Stronken, lijken, maar ook vol groen. Ook dat laatste zal vallen straks, met daarop weerom een nieuwe hoop.
M’n haren al een poos grijzend in de tussentijd & terwijl ik dat negeer kalend des te meer.
Begeleidende stille muziek in Zijperspace; men hoort niks.