drenkeling

Ik was bijna over de brug toen ik links op de gracht een jongen met een aanloop op een man van middelbare leeftijd zag afstormen. De jongen gaf de man een zet, zodat deze achterover de water in kukelde, & rende vervolgens achter z’n vrienden aan. Lachend over z’n daad.

Iedereen stond stil. De man ploeterde in ‘t water.

Ik rende naar de walkant. Stak m’n hand uit naar beneden.
‘Kan je bij m’n hand?’ vroeg ik aan de proestende man.
‘Ja, ja,’ antwoordde hij timide & pakte de aangeboden hand vast.
‘Hey, help me,’ zei ik met een lichte hoofdbeweging naar de omstanders. Een roze buurt gevuld met massa’s mensen, maar ik was in m’n 1tje bezig een man 1 meter omhoog te trekken.
De opmerking had echter effekt. Een 2e hand werd naast me uitgestoken. Iemand pakte me vast bij m’n middel. & We trokken.

‘Ho, stop, ho, please,’ zei de drenkeling, ‘ho, I have to pee.’
We hadden z’n lichaam al bijna uit ‘t water, alleen z’n benen hingen er nog ½ in, maar hij moest opeens plassen.
De man droeg een bril, ondanks z’n val was die er niet afgevallen. Hij had een tas bij zich. Die had-ie aan 1 van de omstanders gegeven voordat men begon te helpen bij ‘t optrekken. Een plastic tas, met enkele losse spulletjes. Niets van waarde blijkbaar, maar belangrijk genoeg om vast te blijven houden terwijl-ie in ‘t water lag. & Belangrijk genoeg om in bewaring te geven aan de mensen aan de wal. Hij was blond, maar al druk onderweg te kalen op z’n kruinen. Zou dit een hoerenloper zijn, vroeg ik me af, ‘t stereotiep van een hoerenloper?

Ik zat te denken dat-ie nu net zo goed omhoog kon komen & z’n broek aan de kant vol kon pissen. Wat maakte dat met ‘t natte pak nog uit? Niemand die ‘t op zou vallen tussen alle druppels die van z’n natte kledij zou druipen. Maar hij wilde blijkbaar die xtra vernedering niet aangaan. Hooguit tegenover z’n redders, die ‘m al in deze ontredderde situatie meemaakten.
We hoorden ‘t zachte geklater in ‘t water gelaten aan. Terwijl we ‘m een ½e meter boven ‘t water uit hielden. Ondertussen namen er hele drommen mensen vanaf alle kanten ‘t schouwspel waar. Ze bleven er voor stil staan. & Wij lieten de man net zo stil hangen. ‘t Werd slechts door ‘t licht geklater verstoord.

‘Waarom gebeurde ‘t nou?’ vroeg ik ‘m.
‘Ik weet ‘t niet.’
‘Kende je die man?’
‘Nee, ik had ‘m nog nooit gezien.’

‘Yes, I’m ready,’ zei hij.
Hij sprak engels zogauw ik ‘m niet aansprak. Ik was de enige medelander onder de groep mannen die ‘m er uit zou trekken. Hij kon in z’n eigen vertrouwde taal spreken, maar hij gaf er in deze toestand de voorkeur aan engels praten. ‘t Schiep een afstand, zo leek-ie te voelen. Een afstand tot z’n schande.

We trokken ‘m omhoog. Hij was klaar met z’n plasje. ‘t Lichaam moest zich nog ff plooien in de stap die ‘t moest maken om veilig aan wal te kunnen stappen. Hij stak z’n voet uit; we trokken ‘m nog wat hoger; wal; op ‘t droge.

Hij kreeg z’n tas aangereikt.
‘Thank you.’
‘Gaat ‘t een beetje?’
‘Ja hoor.’
Hij keerde zich om. Hij verdween dezelfde kant op als de engelse hulptroepen. In de massa die over de Oudezijds Achterburgwal trok. Hij keek me nog heel ff aan. Een korte glimlach. Een glimlach van een slachtoffer die niet wilde dat iemand ‘t te weten zou komen. In z’n hand hield-ie z’n plastic AH-boodschapentas. Niet bij de handvaten, maar gekruld afgeknepen. ‘t Droop, net als z’n kleren.

Ik stond in m’n 1tje op de plek waar de man zoëven had gestaan, voor de tuimeling ‘t water in.
Ik zocht m’n gezelschap. Iedereen was verdwenen in nog geen 10 seconden. Er was niks dan een schuivelende massa, anoniem wederom.
De herinnering leek vervlogen met de verdwijning in ‘t publiek. Ik kon niemand meer vragen of ‘t echt gebeurd was. Behalve Pes, die ‘t geheel vanaf de brug had staan observeren. Precies op de plek waar ik was begonnen met rennen.

Waardoor de werkelijkheid nog net lijkt te bestaan in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *