hippies

Hans is dus conducteur. Een keurige conducteur, die er uitziet als de ideale schoonzoon net in ‘t pak. Een ns-pak weliswaar, maar een pak. Met strak kapsel van een man in de begin-40, die een gezin thuis op zich heeft wachten.
& Dat thuis blijkt een boerderij te zijn. ‘In alle rust,’ vertelt-ie me, ‘Al genoeg drukte op m’n werk, dus die rust kan ik wel gebruiken. Maar toch dicht bij ‘t station, zodat ik snel kan beginnen.’

Hij was 1 van de last(lost)-generation hippies in Den Helder. Een groepje van jongens die net ff ouder waren dan ik & zich in 1e instantie niks wilden aantrekken van de punk & new wave. ‘t Zelfde groepje dat (voordat de gelegenheid omgedoopt werd tot ‘No Fun’, door een nieuwe generatie) de koffieshop Mesopotamië begon, waar je tot vervelens toe reggae kreeg te horen, maar we hadden nou 1maal geen andere plek om heen te gaan. Jongens die volgens ons (de niet-hippies) te veel hadden geslikt & veel te zweverig waren. & Waarmee ‘t, dat gold uiteindelijk voor bijna allemaal, verkeerd afliep.

Lange Hans had al vroeg een paar pilletjes LSD teveel geslikt; was daardoor altijd aan ‘t trippen, was ‘t verhaal. Slingerde aan bijna altijd met z’n armen & liet z’n hoofd op ‘tzelfde ritme meedeinen. We dachten altijd dat Wim de Bie z’n inspiratie bij hem had gehaald voor z’n rol als ‘oudere jongere’. ‘t Laatste wat ik van Lange Hans heb vernomen, was dat de politie ‘m gearresteerd had na nachtelijk dansen op grafstenen op ‘t rk-kerkhof.
Ramon was van zuidelijke afkomst, maar van jongsaf opgenomen in een oer-hollands pleeggezin. Met vallen & opstaan kon-ie zich afhouden van de drugs, maar uiteindelijk pleegde hij zelfmoord.
Marco & z’n vriend (naam onbekend, nooit meer gezien), waren van begin af aan verslaafd. Marco werd voor de goegemeente ‘t toonbeeld van junk, die zwalkte door de winkelstraten als een geraamte op punt van uit elkaar vallen. Toch zag ik ‘m een half jaar geleden op ‘t alcoholistenplekje bij de schouwburg terug. Z’n lichaam uitgedijd tot onverwachte proporties.
& Natuurlijk Jan, centrale persoon, de grootste bek, de meeste ruzie, de hippie pur-sang. Die op mijn aanraden boeken ging lezen van Gustav Meyrinck & al snel meer van ‘t onderwerp afwist dan z’n adviseur in deze. Jan ging op reis naar India: eindelijk India, ‘t land van z’n dromen & idealen. Echter zonder zich te laten inenten. Een ½ jaar na terugkomst werd-ie ziek & overleed-ie al snel aan die in ‘t westen zeldzame aandoening.
& Er waren nog enkele mannen, sommigen uit ‘t gezicht verloren omdat ze een gezin gingen stichten, anderen ondergedoken in een andere stad, vanwege drugsgebruik.

Hans was de beste vriend van Jan. Maar Hans was vaag, mopperig, afstandelijk & probeerde zich te veel te profileren als wijs. Maar die indruk is misschien vooral ontstaan door z’n negatieve blik op de wereld.
Hans maakte uiteindelijk toch de overstap naar new wave, na de dood van Jan, onder invloed van z’n inmiddels verworven vriendin waarschijnlijk, een echte goth. Maar ‘t bleef de kankeraar, die iedereen wantrouwend bleef aankijken. Liefst niet aankeek zelfs: hij concentreerde zich meer op z’n peuk dan wel joint, leek die te bestuderen; wanneer zou de askegel eraf vallen, of zouden z’n vingers zich branden?

‘Hé, jij bent Hans,’ zei ik nadat-ie al een paar reizigers was verwijderd.
‘Jij bent er 1 van Zijp,’ concludeerde hij al snel daarop.
We maakten een praatje. Ik had plots een aardige, tevreden Hans voor me, die geïnteresseerd leek in z’n medemens.
Maar hij had een tick, een lichte tick, van plots z’n hoofd een stukje naar rechts bewegen om onder ‘t gesprek uit te komen. Onmerkbaar voor iemand anders, maar ik herkende ‘t van de lang geleden hippie-Hans.

‘t Is een lange weg van overleven in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *