sneeuwroem

Sneeuwroem

Ik was bij m´n moeder langs.
Ik zou m´n verjaardag niet vieren & voor die tijd moest ik toch m’n gezicht even laten zien.

We keutelen altijd een beetje aan. We kopen een visje voor bij de lunch, zetten thee & praten een beetje aan de tafel in de achterkamer. Soms leggen we wat stukjes op de juiste plaats als m’n moeder daar weer een puzzel van minstens 1000 heeft liggen.
Ondertussen komt de familie & de gezondheid langs.

Soms heb ik in m’n rugzak wat kleren zitten. Of ze die zou willen repareren.
Dan vraagt zij of ik de instellingen van de telefoon na wil kijken. Ik mag ook vaak de computer weer in orde maken. Zodat ze weer patience kan spelen.
Dit keer was ze alle spelletjes op de computer kwijt.
Onoplosbaar was dat.
Ik ben bang dat m’n moeder de computer nu veel minder zal gaan gebruiken.

Toen ik klaar was met de computer ben ik weer naar beneden gegaan. Ik keek hoe ze met de naaimachine de mouw van een t-shirt aan ’t herstellen was.
‘Wat ga je doen met je verjaardag?’ vroeg ze.
‘Oh, niets.’
& Ik deed de deur open naar de achtertuin.
‘Misschien dat ik nog naar een museum ga,’ zei ik vlak voor ik naar buiten stapte.

Ik keek naar de bloemen die nog van m’n vader waren geweest.
Zo voelt dat als je alle plantjes door elkaar ziet groeien. Geen bedden. Niet alle soorten ordentelijk bij elkaar verzameld. Gewoon zoals ’t komt.
Ik nam enkele foto’s met m’n telefoon.

‘Jan, wat is dit?’ vroeg ik ’s avonds in een mail. ‘Stond volop te bloeien bij Ma in de tuin.’
Jan vertelde over een bosanemoontje dat net bij hem in ’t bos opgekomen was. Dat leek sprekend.
‘Heeft Pa een jaar of 10 geleden uit ’t buitenland meegenomen.’
Maar hij nam voor de zekerheid ook nog een kijkje bij Ma in de tuin.

Pa had z’n schepje altijd bij zich. Nog net niet in z’n rugzak tijdens wandelingen. Maar wel achterin de auto. Hij reisde 1000-en kms mee.
& Anders had-ie wel een mesje bij de hand om bloemen af te snijden. Of postzegelzakjes om zaad in te verzamelen.
Thuisgekomen plantte hij die uitheemse soort dan ergens. Meestal in de eigen tuin. Maar hij vertelde ook wel eens glunderend dat een natuurgebied in Den Helder binnenkort overwoekerd zou zijn met zwitserse alpenroosjes.

Ik weet niet of ’t een roeping van ‘m was culturen te laten mengen. Misschien dat hij wilde voelen dat hij grip had op de natuur. Hij wilde er onverwachte grappen mee uithalen.
‘Moet je niet vertellen tegen Jan,’ vertelde hij toen we door ’t kooikersbos wandelden om in vakantietijd de eenden te voeren, ‘maar die plantjes daar heb ik hier uitgezaaid. Doet ’t dus niet alleen goed op de zwitserse alpenweide.’
De glunder. Konen rood. Neus puntig. Een twinkeling in z’n ogen. & Z’n bovenlip naar beneden om z’n slechte gebit gespannen bij ’t lachen.

Nee, ’t is sneeuwroem, mailt Jan na bezoek aan Ma.
De meeste bollen bloeien eerst. Daarna komen pas de bladeren.

Ik zoek ’t op. Een stinzeplant. Dat betekent dat-ie meegenomen is uit andere culturen. Klein-Azië in dit geval.
Maar voor ‘tzelfde geld had ’t Zwitserland geweest.

Dat is immers niet zo ver verwijderd van Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *