Op ’t punt ter bed te gaan, ik type ’t voorzichtig, teder toetsen betastend, hun als middernachtsgezel, vraag ik me ondertussen zeer zorgvuldig af wat er aan mij mist, wat er aan mijn schrijven ligt.
Ze hebben wel eens gezegd, misschien ter vergoelijking, dat er aan mijn posts niets meer aan toe te voegen viel. Als in blijkbaar afgeronde verhalen.
& Daar ging ik toen mee akkoord. Wellicht een compliment.
Maar ondertussen snap ik dat niet meer.
Allesbehalve dat.
Ik & mijn vraagtekens in tekst zijn allerminst afgerond. Ik dwaal, zoek, vraag, misschien ongemerkt, naar antwoorden, maar u moet mij beter lezen. & Als ik niet in die vraagstelling voldoe, dan dient u vragen, veel vragen te stellen.
Ik ben geen roman. Ik ben een weblog. Ik ben een communicatiemiddel, tegelijkertijd met al mijn, de daarbij horende beperkingen.
Bijna 25 jaar oud, Zijperspace, daardoor redelijk volwassen. Maar wie heeft ooit verboden op mijn schrijfsels te reageren? Was niet opgewassen om zelf contact op te nemen?
Ik heb zojuist ’tzelfde probleem ter sprake gebracht bij 2 broers, schoonzus plus m’n laatste ex (daar zit haar huidige vriend vanzelfsprekend ook bij); berichtjes over & weer: Frankrijk, Amsterdam, Callantsoog.
Ik ben een weblog.
Beter dat te herhalen. Anderen schrijven romans, novelles, dagboeken.
Ik kan niet meer dan een weblog zijn. Alsof daar diepgang kan ontbreken.
In de middernacht m’n toetsenbord bevoelen of-ie bereid is. Of we samen weer de reis gaan maken. Dat we beleven de wereld zoals-ie mogelijk is of anders ooit vooral herinnering is. Met teugen van diepe lucht inademen, van ongeloof, van weerzien, van heimwee naar die genegenheid, de specifieke, strelend warm zuchtende, per ongeluk een tong in m’n oor, waardoor we seks beleefden die niet bedoeld was, waar mijn toetsenbord, mijn dagboek, een ietwat later weer tevoorschijn kwam, in zwijgzaamheid, maar ik moest ’t beschrijven, verzwijgen tegelijkertijd, een zweem van de gebeurtenis, ’t samenzijn laten merken, in beperktheid remmen tussendoor, want ’t was de wonderlijkheid, de vrede, ’t genoegen, ’t gerust zijn.
’t Nu van toen.
Daarom ben ik een weblog. Ik zal waarschijnlijk nooit meer worden dan dat.
Zijperspace is een zucht voor altijd.