Tuin (II)

‘t Is even omschakelen. We leven nu op powerbanks als we op de tuin zijn. Want we maken ‘t altijd te laat om ‘t zonder te kunnen doen. ‘t Wordt langzaam beter, naarmate de wintertijd verstrijkt.
Straks een ‘big leap’ van een uur, waardoor je plots nog een uur langer door kan gaan. Dan wordt ‘t tijd om warm eten te kunnen maken. Een salade, een diepvriesmaaltijd die je overdag hebt laten ontdooien.
We hebben eigenlijk alleen nog maar de winterperiode meegemaakt, zo vers lijkt de tuin nog. Alles wat kapot was aan ‘t huisje is nog steeds kapot. Paar gaatjes extra in de vloer.

Ik stap elke dag, de dagen dat ‘t niet op de verkeerde tijdstippen regent, net aangekomen op de tuin, over in werkschoenen van de buurman. Hij had alweer nieuwe gekregen van z’n werkgever.
Maar 1tje lekt er al modder naar binnen; ‘t valt niet tegen te houden door de minuscule kieren, zie ik als ik m’n steunzolen er weer uittrek.
Dan moet ik altijd aan m’n vader denken, m’n opa ook. We zijn verdoemd tot ondersteuning, heeft 1 of andere duivel ons toegefluisterd. We vervullen tot mijn generatie die voorspelling.
Dat is niet waar, natuurlijk, dat is wat ik bij elkaar fantaseer als ik in de modder sta te scheppen. Daar word je hard van, waag ik mezelf te bedenken, dan kom ik dichter bij wat echt is. Zogenaampjes, hoopgevertjes & doordouwertjes. Geen grootse woorden; jezelf bezig houden.

Terwijl er ondertussen de meest saaie nummers door m’n hoofd spelen. ‘Toen wij uit Rotterdam vertrokken…’ wilde van de week niet uit m’n hoofd verdwijnen. ‘t Tureluurt als de fietspomp van ‘t koolmeesje 2 bomen verderop.
Ik vraag me af hoe ze ‘t vroeger deden, zich wapenen tegen herhaling van dezelfde liedjes.
Wellicht hadden ze daar geen behoefte aan, waren ze erger gewend.

Ik vind ondersteuning in de zanglijster, hoewel hij elke keer wat laat op gang komt. Ik ondertussen bezig met afsluitbier & in te pakken wat verborgen of mee moet.
‘t Is er niet zomaar 1tje, die lijster, er zijn er wel 3 op een afstand van ieder hooguit 20 meter. Duidelijk verstaanbaar elk: 3 maal een reportoire van verschillende deuntjes 3 keer snel achter elkaar. Verschillend dus, andere geluiden gekopieerd ook, zodat ze niet op elkaar lijken voor ‘t passerend vrouwtje met een toevallig luisterend oor.
Ik verzoek haar de keuze nog een tijdje uit te stellen, zodat Rotterdam zelf uit m’n hoofd vertrekt & niet de mensen die ‘t maar laten blijven zingen.

Wachten op ‘t moment dat er niet meer gereisd hoeft te worden in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *