Ik had me er al een paar dagen over verwonderd, maar moest ‘t toch ook eens aan haar laten zien. Want mannen zijn anders. Of vrouwen zijn anders. ‘t Is maar net welk standpunt je inneemt.
Dus zegt zij iets waar ik nog niet over nagedacht had.
Wacht! 1st ‘t Tafereeltje schetsen.
We zijn op vakantie geweest & hebben veel zon gehad. M’n hoofd & handen zijn bruin geworden. Misschien nog een stukje van m’n onderarmen. Meer kleren trok ik doorgaans niet uit tenzij naar bed of douche.
Een week later kijk ik naar m’n handen. Ze zijn oud. Ze zien oud. Rimpels, kreukels, aders vlak onder de huid.
‘Hé, ik ben plots oud,’ denk ik, ‘hoewel nog geen 50.’
Dat is een methode om om jezelf te lachen. Relativeren noemen ze dat. Ik hanteer die methode vaak. Niemand merkt daar iets van. Ik denk nl mijn relativatie. Zo ben ik niemand tot last.
Dat doen mannen wel vaker, dat relativeren. Ik meen te weten dat mannen anders zijn.
‘Anders dan wat?’ hoor ik weer een luisteraar voor z’n beurt fluisteren.
Gewoon: anders. Anders is op zich toch al zwaar genoeg. Vergelijkingsmateriaal legt er alleen maar extra druk op.
Goed, 2 dagen later besluit ik om m’n oudemanshanden aan haar te tonen.
‘Kijk,’ zeg ik & spreid m’n handen zo wijd mogelijk uit. M’n vingers wijzen alle kanten op. Zover als mogelijk.
Alle kreukels moeten er goed uitkomen. Er mag geen misverstand zijn: die zijn oud.
‘Dat heb ik sinds de vakantie,’ licht ik toe.
‘Jee, dan had je ‘t wat vaker moeten insmeren,’ zegt ze.
‘Nee,’ denk ik bij mezelf, ‘mannen zijn anders. Die vergeten te smeren.’
Terwijl ik zeg: ‘Ja, misschien wel ja. Niet aan gedacht.’
‘Drink je eigenlijk wel genoeg?’ vraagt ze me dan.
Ze begint me getallen voor te toveren van hoeveel een mens dagelijks moet drinken. Getallen die ik meteen weer vergeet. Want tja, man hè.
Misschien is die kwab van mij aan ‘t uitdrogen. Dat de info zich niet zo makkelijk meer van de ene hersencontrei naar de andere verplaatst.
Om ‘t te onthouden, om ‘t beeld niet kwijt te raken, besluit ik een kwartier later foto’s van 1 van m’n handen te maken. Stel je voor dat ik straks toch nog meer thee ga drinken op een dag & de ouderdom daardoor toch nog verloren gaat.
‘Bier helpt niet,’ had ze gezegd, ‘want dat onttrekt juist vocht, die alcohol.’
Ja, dat wist ik ook wel. Die info had m’n hoofd nog niet verlaten.
De foto’s mislukken intussen jammerlijk.
De bonen zijn de volgende ochtend uitgeweekt. Ik kook ze, giet ze af & bewaar ‘t kookvocht. Die blijk ik ook hard nodig te hebben bij deze groene mungbonen. Groene mungbonen kunnen pas echt zuipen.
– 400 gr Groene Mungbonen (vóór ‘t weken)
– 4 handjes platte peterselie
– 4 vingers mierikswortel
– 1 rode ui
– 4 lente-uitjes
– 3 tl komijnpoeder
– 5 el olijfolie
– 8 el tahin
– geraspte schil van 1 citroen
– sap van 2 citroenen
– heel veel kookvocht
– peper
– zeezout
9 Bakjes heeft dat opgeleverd. Houdbaar t/m 25 mei.