robbenoordbos

’t Robbenoordbos moet meer zijn dan padvinderskampen in de herfst, dan wel de vroege lente. ’t Zal vast ook meer zijn dan een verdwaalde tocht zonder ouders. Meer dan een weekendje pinkster of een dagje hemelvaart de nieuwe tent, de nieuwe vouwcaravan, de nieuwe voortent bij de gewone caravan uitproberen. Meer misschien ook dan een heuvel afglijden. Meer dan iemand een peuk zien roken. Meer dan over de brug hangen & in ’t water spugen. Of kronkelpaadjes lopen die altijd ’tzelfde blijven. De weg ernaartoe over bruggen, soms viaducten. Een donkere fietstocht waarbij weer de verkeerde weg ingeslagen wordt. Een race met anderen tegen ’t verkeer in. Een strijd om een padvindersinsigne te halen door een blok hout in 2-en te hakken. Vastgebonden raken aan de eettafel. Donderslag in de zendtoren. Wind vanuit de zee. Een hopman die ’t altijd beter weet. Groen, veel groen, maar niemand die ’t uitlegt. Bomen die schijnen te huilen. Vogelgeluiden die altijd lijken op die van de uilen. Vuurtjes die slechts door volwassenen in de gaten gehouden kunnen worden. Sterke mannen die altijd de baas zijn. Koken op een primus. Gras om op te voetballen, hoewel: voetballen deden we nooit. Wijds & groots zoals bossen nooit meer zullen zijn. Soms, heel soms meisjes, ook al waren ze net iets jonger. Speurtochten die je zo lang mogelijk weg moesten houden. Nachten met 7 man in de tent, de loodzware canvas-tent. De HUDO, waarvan niemand de betekenis weet. Kuilen, metersdiepe kuilen, die niemand ooit meer zou ontdekken. Weg, weg van huis & daardoor nodig moeten poepen. & Ouders die daarom altijd wc-papier op zak hebben.

We gaan morgen de waarheid ontdekken in Zijperspace.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *