boomdood (vervolg)

Gisteravond heb ik ook wel naar buiten gekeken, maar dat was om te zien waar al dat licht toch vandaan kwam. Heel Amsterdam zonder stroom, & toch kon ik in de keuken zien wat ik deed. Geen maan die door de wolken heen zichtbaar was. Evengoed was ’t niet licht genoeg om me ten volle tot ’t besef te komen dat de boom weg was. Dat bemerkte ik vanochtend pas.

Nu voelt ’t alsof er bij me ingebroken is. Met goede bedoelingen weliswaar & zonder dat ik er gevolgen van ondervind, maar men heeft toch iets gedaan waar ik bij had willen zijn. Ik had de deur voor de man open willen doen, hem de tuin laten zien. Ik had willen zien hoe hij te werk zou gaan. Waar-ie de kabels ging bevestigen. & Hoe. Bovenal had ik willen zien hoe de boom over m’n huis uit zou torenen & aan de andere kant terecht zou komen.

Terwijl ik gister zomaar ‘ns ’t grootste gedeelte van de dag thuis was. Ik moest wachten tot de was klaar was om ’t zo snel mogelijk te drogen te hangen. Er moet wel een volgende schone broek beschikbaar zijn om aan te trekken. & Na de kapper ben ik onmiddellijk naar huis getogen. Om de vieze gel uit m’n haar te wassen, ’t weer te laten drogen & m’n eigen wax erin te kunnen smeren. Daar ging ook makkelijk een uur overheen.
Wellicht dat ’t toen al gebeurd was. De was ontnam me ’t zicht op de boom. Die schuin in ’t linkergedeelte van ’t beeld hing.
Of heeft ’t eergister al plaatsgevonden? Heb ik gewoon niet opgelet? Heb ik niet gezien dat de waslijn doormidden op de grond lag? Dat kan niet. Dat zou me meteen opgevallen zijn. Denk ik.

Alleen al die waslijn geeft een droevige aanblik. Hing er al jaren. Ik heb wel ‘ns geprobeerd ‘m te verwijderen vanwege enkele tuinaktiviteiten, maar dat lukte niet op een subtiele manier. Nu ligt-ie geveld door een mannetje van de kraan (of misschien ’t geweld van de boom) met de knijpers er nog aan op die ene rij tegels die m’n tuinpad vormt.

& Waar ik een gapend gat had verwacht, zie ik nu een stronk. Een afgezaagde stronk. Plat, glad afgezaagd.
Ik had liever gehad dat ze ‘m in ’t geheel weggehaald hadden, dan kon ik volgend jaar iets voor de boom in de plaats planten. Nu moet ik jarenlang tegen een restant van een boom aankijken.
Ik weet ’t wel: ’t zou veel meer moeite hebben gekost, met wortels & al, veel riskanter bovendien. Maar ’t zou toch prettig zijn geweest. Nu herinnert ’t plakkaat me er elke keer weer aan dat ik die boom uit m’n tuin wilde hebben. Een groot ding waar leven in zat.

De grootste bewoner van Zijperspace is niet meer.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *