gast (nr 1 van mogelijk 5)

Ik had er moeite mee toen-ie ’t aan me vroeg. M’n blog is nl ondertussen zo verschrikkelijk m’n eigen ding. Waar niemand al te veel invloed op heeft, behalve ikzelf. & Daarom had ik ook niet meteen een antwoord voor ‘m klaar. Ik wist niet te zeggen of ik ’t ok vond als hij een keertje een stukje schreef voor m’n blog.
Plots was er gisteravond een meeltje met een stukje. Mét ’t verzoek of ik ’t wilde plaatsen. Ik heb, na ampele overweging, ‘ja’ gezegd. & Daarom heb ik onderstaande hier geplaatst. Maar heb er wel duidelijk bij gezegd dat ’t 1malig is. (Anders moet-ie toch echt z’n eigen blog beginnen).
Tenzij m’n andere broers ook een stuk voor Zijperspace schrijven (dan nog 4 afleveringen te gaan).
Van Theo dus:

In mijn handen terug

Gevleugelde woorden waren het binnen ons gezin. Woorden uit de tijd dat Pa nog directeur van de huishoudschool was. Iedereen wist wat er mee bedoeld werd.

In de tijd dat ik zelf naar het Joco ging werden deze woorden vaak uitgesproken door Pa.

Pa had altijd een mooie pen in zijn borstzakje zitten. Het zal waarschijnlijk wel een Parker zijn geweest. Nu kan ik niet meer met zo’n pen schrijven. Het liefst gebruik ik zwarte fineliners waar ik elke week wel één van droog geschreven heb. Mijn snelle handschrift is een Parker niet waard.

Maar toen ik op de HAVO zat en thuis aan mijn huiswerk zat – ik deed dat altijd graag – kwam het geregeld voor dat ik mijn pen miste. Wellicht was hij onderweg van school naar huis uit mijn tas geglipt of had Jan, mijn broer-kamergenoot, mij deze ontfutseld. Dan ging ik maar naar beneden, keek in het wandmeubel (waar ik meteen een bitterkoekje pikte) om te zien of er Bixpennen in het doosje zaten.

Pa kocht deze pennen goedkoop in via school. Eigenlijk vond ik het rotpennen want ze liepen altijd leeg. Toen al had ik de gewoonte om een pen in mijn kontzak mee te nemen. Dit resulteerde nog wel eens in donkerblauw uitgeslagen plekken in mijn juist aangeschafte spijkerbroek. Reden waarom ik tegenwoordig fineliners prefereer.

Doordat de grootte van het gezin kwam het geregeld voor dat het pennendoosje leeg was. En ja, ik moest natuurlijk wel verder met mijn huiswerk. Pa zat op dat moment meestal te werken in zijn stoel bij het raam. Het was zo’n eenzitter met brede leuningen. Pa legde daar dan zijn plank op wanneer hij boeken ging kaften voor school of met genealogische kaartjes aan de gang was.

Het aardigst was om de pen in het voorbij gaan ongemerkt uit zijn borstzakje te halen. Maar Pa had dat meestal direct in de gaten. Dat hoorde eigenlijk bij het ritueel. Vervolgens streek hij zijn hand over zijn hart en leende zijn geliefde pen uit met bovenstaande woorden.

Op het moment dat we op onszelf gingen wonen werd de uitdrukking ‘in mijn handen terug’ geregeld gebruikt. Nu niet meer voor het lenen van de Pa’s Parker maar voor het lenen bijvoorbeeld van die jazzplaten die je zo miste op de zondagmorgen. Dat was de ochtend dat Pa de tijd nam om van zijn omvangrijke collectie platen te genieten. Geleende voorwerpen moesten altijd weer terug gebracht worden. En Pa lette daar wel op.

Naast het feit dat de Parker niet gebruikt wordt, lijdt de collectie jazzplaten een stoffig bestaan tegenwoordig. Pa schrijft bijna niet meer. Hij heeft moeite met het verwoorden van zijn gedachtes. Ik mis dat.
In mijn handen terug.

Een klein uitstapje, maar wel binnen de grenzen van Zijperspace.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *