Halfstand

Dit zijn die dagen, momenten hoop ik eigenlijk, dat alles uit moet & daarna juist weer niet. Beginnen met ‘t geluid op een zachter niveau, vervolgens een eigen playlist aanzetten, want je kan de buitenwereld niet de regie in handen geven.
Maar dan beseffen dat ik na moet denken dan: alles bij mezelf moet houden betekent ook meer energie, meer afleiding, meer onontkoombare concentratie nodig hebben.

Een poging wagen de orde terug te laten keren. Wat is de volgorde van wat niet fout kan gaan? Wat nog te doen om de dag verder te laten beginnen, te laten gaan, een beetje uit handen, toch niet te veel, controle in halfstand, zien wat vanzelf komt…

Ojee, wat vanzelf komt. Dat kan van alles zijn.
Beter niet over denken. Wat vanzelf komt is er nog niet, heb je geen weet van, kan ik alleen over me heen laten komen.
& Daarbij niet de dingen buiten mezelf plaatsen, als in 2e persoon enkelvoud. Geen preken tegen mezelf, alleen samenvattingen van ervaringen van alle dagen die hier aan vooraf gingen, daar een mix van & er een scheutje onverwacht als toevoeging, daarbij beseffen dat alles tot nu toe goed gekomen is & dat dat nu wel een soortement garantie is voor niets onverwachts.
Of anders: een licht onverwachtje zorgt ook voor afleiding, waardoor ‘t makkelijk vergeten is wat daarnet nog geen koude drukte heette, maar uiteindelijk, bij de samenvatting vanavond, iets dergelijks bleek te kunnen zijn, bleek te worden een is geweest.

Dus kom maar op, dat alles van wat nog komen moet, doe mij maar een dosis van alles een ietsiepietsie, niet te snel, liefst een rustig vaartje, waarbij alles voorbijkomt, nog maar net geregistreerd door alle lijflijke toegangsgaten, tezaam in staat ‘t buiten op te zuigen, maar zonder dat er een naam aan verbonden hoeft te worden. Met een licht geurtje, niet te zoet, noch te scherp, dat ‘t vooral de zinnen stilt.

Een dag straks voorbij in Zijperspace, we beginnen er alvast mee.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *