knak

‘Als ik ’t vertellen mag, datgeen wat ik dan te vertellen heb,’ wilde ik gaan beginnen, ‘dan zal ik ’t wel gaan zeggen.’
Waarbij ik ’t idee kreeg dat ik mezelf zat te herhalen.
‘Kijkkijkkijk,’ ging ik verder, m’n eigen gedachten ontkennend, struikelend over m’n eigen adem, ‘ik wist dat ze een doek had opgeraapt, ergens vandaan had gehaald & ik voelde ook dat ze die gebruikte, daar achter m’n rug, maar toen dat zo tegen m’n rug aandrukte, toen wist ik dat niet meer.’
Ik bukte me kort voorover om ’t beeld weer terug te krijgen. ’t Beeld dat achter me gelegen had. Onzichtbaar, als ik geen oren & huid tot m’n beschikking had.

‘Ontspannen,’ zei ze.

Ontspannen.

Dat zit ergens halverwege.
Ook in m’n nek.
’t Bolt in m’n buik.
’t Verkrampt m’n handen & vingers tot klauwen.
’t Doet me denken aan dingen die niet mogen.
’t Is.
’t Is altijd te veel.

Maar toch liet ik iets los. Toen ze dat zei.

‘Armen los,’ zei ze.
Dus liet ik m’n armen weer hangen, terwijl ze ondertussen toch gewoon kruiselings richting schouders bleven staan.

’t Is omdat ontspannen zo tegenstrijdig is binnen in mij.

Laat ik er ook niet omheen draaien.
Ze stond achter me. Met een doek tussen ons in. Waarvan ik niet meer wist dat het ertussen zat. Ze had me te pakken.
‘Ook de buikspieren laten gaan,’ zei ze op ’t moment dat ik dat al begrepen had.
Ik voelde ’t wel, maar ’t wilde nog niet.
Ik maakte me meer druk om de doek die tussen ons in zat. Stel je voor dat er geen doek of iets andersoortigs tussen zat, dacht ik nl.

& Toen kneep ze me nog een keer.
Als knijpen zoiets is als je hele lichaam omvatten & dat dan proberen bijeen te voegen.
Ik werd gevoegd.
Ik zei alleen geen ‘krak’ van dat ’t klikte.

Ze liet me los.
‘Van de week had ik ook een vrouw waarbij ’t in 1e instantie totaal niet ging.’
‘Ja, ik merk wel vaker dat ik niet zo van loslaten ben,’ zei ik de verkeerde woorden.
De juiste dansten ergens rond in de gebieden die niet mee hadden willen werken.
‘& Bij de 2e afspraak ging ’t opeens aan 1 stuk door ‘knak, knak, knak’.’
Oh, ’t was dus ‘knak’. Geen ‘krak’.

Ik keek om. De handdoek viel tussen ons uit op de grond.
Ik was gerustgesteld.

Volgende keer zeggen we met z’n allen vast de juiste dingen in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *