leeshonger

Ik had de kinderbijbel van m’n broer uit & nog minstens een ½ jaar te gaan voordat ik bij m’n 1e communie er zelf 1 zou krijgen. Dat zou veel te lang duren voor een ongeduldig leesgierig kind als ik.
Ik had al verschrikkelijk lang moeten wachten voordat ik had leren lezen. Totdat ik in de 1e klas kwam te zitten kon iedereen in m’n direkte omgeving lezen, ze maakten er in mijn ogen veelvuldig gebruik van, behalve ik (& m’n jongere broertjes, maar die telden niet mee, want die waren nog klein). Ik wilde ook opgenomen worden in die magische wereld van letters die gingen leven. Ik wilde weten wat er school achter die lange lijnen van tekens, die vele pagina’s vulden, & waar schijnbaar alle wijsheid uit voortkwam. Ik hoefde niet meer voorgelezen te worden zogauw ik de kunst van ‘t lezen mezelf machtig had gemaakt; dat zou behoorlijk wat last van m’n ouders wegnemen & ik kon eindelijk ‘ns zelf bepalen wat ik las. Bovendien zou ik dan kunnen controleren of alles wat ze hadden voorgelezen er werkelijk wel stond.
De dunne boekjes die we op school te lezen kregen waren best leuk, maar bleven me niet al te lang interesseren. Ik wilde dikker, spannender, meer verhaal. Dus klom ik op ‘t stapelbed om vandaaruit de onbereikbare boeken bovenop de kast te kunnen pakken. Schuin hing ik voorover, steunde nog net met de vingers van m’n linkerhand op de rand van de kast, onder me de afgrond van 1½ meter, & pakte 1 voor 1 de boeken uit de rij. Als ik een boek te pakken had, interessant genoeg bevonden voor nadere bestudering, duwde ik mezelf terug uit de schuin hangende houding & ging op ‘t bed van m’n broer bekijken wat ik te pakken had.
Meestal oude gebundelde jaargangen Okki & Taptoe, atlassen & kookboeken. Een enkele keer bijzonder genoeg om door te bladeren, maar niet de verhalen die ik zocht. Ik moest m’n leeshonger stillen, m’n zucht naar avonturen zoals die in de bijbel hadden plaatsgevonden.
Ver weg in de rij stond een dik boek met een groene kaft. Eigenlijk net te ver. Ik zou mezelf onmogelijk vast kunnen houden. Ik zou m’n evenwicht verliezen. Dus verschoof ik in m’n 1tje ‘t stapelbed. ‘t Kwam daardoor wel wat verder weg van de kast te staan, maar de punt was dichterbij ‘t bewuste boek gekomen. Ik klom er weer op, ging schuin voorover leunen & met m’n rechterhand wurmde ik ‘t boek uit de rij. Om niet uit evenwicht te raken liet ik ‘t op de grond vallen, waar ik even later ook plaatsnam.

‘Groot Sprookjes Boek’ stond er op de voorkant. Een oma met een hoofddoek om zat geleund tegen een boom uit een boek voor te lezen. 4 Kinderen & een pop zaten ademloos toe te luisteren. Met een gans. Die zat ook naast de oma. & 2 Duiven erboven op een tak in de boom. Alle 3 schijnbaar net zo ademloos als de kinderen. Oma hield haar vinger omhoog, haar mond stond ½ open, haar ogen waren gericht op de kinderen. Ze zat blijkbaar midden in een verhaal.

Ik ben gaan lezen. Dit was ‘t mooiste boek dat ik ooit in handen had gekregen (hoewel dat er op dat moment nog niet veel geweest waren). Op bijna elke 2e blz stond een tekening, een enkele keer stak er zelfs een gladde blz uit, waarop aan 2 zijdes een kleurentekening prijkte. Exotische tekeningen, van mensen met tulbanden, prinssessen met kroontjes, mannen met hele wijde broeken & bontmutsen op hun hoofd, muizen die met elkaar leken te praten, vrouwen met een vissenlijf.

Ik heb er jaren over gedaan ‘t boek uit te lezen. Niet omdat ‘t zo dik was, of moeilijk; daar draaide ik m’n hand niet voor om. ‘t Was meer uit angst. Ik durfde niet verder te gaan dan ‘t verhaal over een prinses die haar 2 betoverde broers moest bevrijden. Ze waren veranderd in stenen beelden, zouden zich nooit meer kunnen bewegen. ‘t Wemelde van de stenen beelden op de plek waar zij stonden. Allemaal betoverde mensen. Elk beeld was ‘t grafzerk van een levend, maar versteend mens.
Er was geen plaat van deze scene, maar ‘t beeld zat zeer levendig in m’n hoofd. Zo levendig dat ik niet meer durfde te slapen. Dagen achter elkaar lag ik wakker, of had nachtmerries. Ik durfde ‘t boek niet meer aan te raken.
& M’n ouders wisten van niks, want ik had ‘t boek verstopt. Ze mochten immers niet weten dat ik ‘t boek van boven de kast had afgehaald.
Om m’n gemoed te kalmeren ben ik maanden achter elkaar de verzamelde Okki’s gaan doornemen. Daarna de Taptoe. & Tina’s van m’n nichtjes.

‘t Ging een tijdje wat minder snel in Zijperspace.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *