linkervoet

Ik had ‘m vannacht wel gehoord, trippelend over ‘t verlaagde plafond, zoals ik ‘m de laatste tijd wel vaker hoorde. Vooral midden in de nacht, zo rond een uurtje of 1, leek de muis, m’n eigen huismuis, onrustig te worden. Ik ontkende ‘t geluid van geritsel, ‘t geren, boven m’n hoofd. Ik wilde er niet aan denken dat-ie bij mij in huis kon komen. Dat ‘t voor hem aantrekkelijk was de weg naar beneden, toch wel zo’n 2,90 meter, af te leggen. Liever zat ik verzonken in m’n boek, een spelletje achter de comp, of een film op tv. Dus hoorde ik ‘m zogenaamd niet. Ik registreerde 1malig ‘t geluid & ging vervolgens verder met waar ik mee bezig was.
Evengoed had ik wel geconstateerd dat-ie vannacht wat onrustiger was dan anders. Onbewust, blijkbaar. ‘t Ritselende trippelen leek wat langer te duren, speelde zich ook veel meer boven m’n hoofd af. Recht boven de comp, ipv in de buurt van de hangende lamp, schuin boven de tv, zoals gewoonlijk.

Ik heb een keer een muis in dit huis gevonden. Ik kwam terug van vakantie, de 1e keer dat ik ‘t huis voor een langere periode dan 1 dag onbewoond liet, was bezig m’n spullen op te ruimen. De vuile was in de wasmachine, de slaapzak & tent hing ik uit aan de lijn, m’n eetgerei zou ik ook weer ‘ns een wasbeurt geven. Ditmaal met sop.
In de wasbak lag een muis. Dood. Al lichtelijk verschrompeld. Waarschijnlijk vanwege de honger die hij moet hebben gehad, voordat-ie stierf.
Hij moet op de kruimels in de wasbak zijn afgekomen. Ik heb de gewoonte m’n broodplank daar te ontdoen van de kruimels. De wanden van de wasbak waren te glad voor de muis om er weer uit te kunnen klimmen.
Bij de aanblik schrok ik terug. Ik schoot weg uit de keuken. Durfde daar 5 minuten later pas weer terug te komen. Alleen maar omdat ik me realiseerde dat ik toch echt zelf ‘t lijkje zou moeten verwijderen. Langzaam zette ik m’n voeten vooruit tot dichtbij de aanrecht. Schichtig keek ik over ‘t randje van de wasbak, kijken of-ie er nog steeds op dezelfde manier lag, kijken of er zich een oplossing voor ‘t opruimen voordeed.
Ik weet niet meer hoe ik ‘t heb gedaan, maar een ½ uur later had ik ‘t stoffelijk overschot in de vuilnisbak. Als ik er nu aan denk, krijg ik nog de kriebels. Evengoed voelde ik mezelf op dat moment een held. Een held voor mezelf. Ik juichte in stilte mezelf toe. Overwinning.

Vanochtend stond ik op. Ik ging tussen bank & tafel staan om te kijken wat de tv te melden had. Ik had nog maar net sokken & een t-shirt aangetrokken. Met m’n linkersok voelde ik dat ik tegen de tafelpoot stond. ‘t Voelde echter wat zachter dan ‘t hout van de tafel zou moeten voelen, realiseerde ik me, terwijl ‘t overzicht van Studio Sport voorgeschoteld werd. Ik denk tenminste dat dat op tv was op dat moment; ik was vlak na 12-en uit bed gestapt.
Ik controleerde of m’n voet wel tegen de tafelpoot leunde, ontwaarde in m’n 1e vluchtige blik een brok eten, zo leek ‘t. Waarschijnlijk een beetje slordig gegeten gisteravond, was een snelle gedachte, m’n aandacht nogmaals pogend voor de tv te reserveren. Er begon zich echter ook iets te realiseren in m’n hoofd. Ik begon me te realiseren, moet ik zeggen, dat zo’n groot brok eten moeilijk van m’n bord had kunnen vallen. Laat staan dat ‘t zo donkergrijs er uit zou kunnen zien. ‘t Was tijd om beter te kijken.
Met tegenzin ging m’n blik weer naar beneden. Onmiddellijk trok ik m’n linkervoet weg van de plaats waar-ie de afgelopen 5 seconden had gerust. M’n andere voet regelde in de tussentijd een sprong van m’n gehele lichaam richting bank & vandaaruit aanschouwde ik rillend de dode muis. Die net nog lichtjes door m’n linkervoet was beroerd.

Deze muis heeft goed te eten gehad. Hij zag er weldoorvoed uit. Weliswaar dood, maar dat kon zeker niet aan mijn gastheerschap hebben gelegen. Hij had een lange staart, zeker meer dan 5 cm.
Dit soort dingen wilde ik eigenlijk helemaal niet vaststellen, maar onwillekeurig drongen ze toch tot mij door.
Als staand op de bank heb ik een plan de campagne gemaakt, ben vervolgens naar buiten gegaan, heb ‘t blik gepakt & bij gebrek aan de stoffer een oude krant gebruikt om ‘t lichaam er op te schuiven. Ondertussen me de hele tijd zeer wel bewust van welk stukje sok tegen ‘t muisje had aan geschuurd. De krant hield de dode in bedwang, ‘t mocht onderweg naar de vuilnisbak niet vallen, duwde de muis erin & dekte ‘t vervolgens ook af. ‘t Moest aan m’n blik ontrokken blijven, dan zou ik er minder aan denken.

Momenteel bestaat m’n huis uit 3 punten, waar m’n gedachtes onwillekeurig naar toe gaan. Als ik een tel voor me uit staar, keert m’n hoofd zich automatisch de kant op van 1 van die 3 punten. Ik ben me ervan bewust, vind ‘t belachelijk dat zo’n klein dood muisje een dergelijke invloed kan hebben, maar kan ‘t gevoel niet tegenhouden. Om ‘t gevoel te ontkennen, weg te drukken, ben ik al even op de bank gaan zitten om tv te kijken, heb ik m’n sloffen om m’n voeten getrokken, met xtra aandacht voor m’n linker.

We weten echter nog niet wanneer de vuilnis verwijderd zal worden uit Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *