meel (3)

Ton krijgt de smaak van ‘t corresponderen met de dame te pakken:

Mag ik zo vrij zijn jouw vragen niet te beantwoorden? Ik bedoel: ik doe ‘t graag, ik praat graag over mezelf, & net zo goed doe ik dat schrijvenderwijs. Ik beantwoord ook met veel plezier vragen die betrekking hebben op mijn private leven. Niets zo leuk als een open boek te zijn, denk ik wel ‘ns, & vervolgens weet ik een vrouw voor uren te kluisteren aan mijn woorden, ½e verhalen, zotte anekdotes of onnozele weetjes.
Laat ik ‘t anders uitleggen. Ik was vanmiddag, zoals wel vaker, ‘t hoort bij mijn vak & ik doe ‘t graag, glazen aan ‘t ophalen. Ik probeer zoveel mogelijk variatie aan te brengen in de manier waarop ik de klanten, gezeten op de grond, verzoek de glazen aan te reiken. Dat wil wel ‘ns verzanden in onalledaagse onzin. Ik heb er geen andere omschrijving voor. Men hoort ‘t niet al te serieus op te vatten. Wat natuurlijk menigeen wel doet.
Waarop enkelen mij heden middag inviteerden een filosofische uitspraak te doen. Blijkbaar had de opmerking bij de vorige ronde glazen halen een dergelijke inslag. Ik weet van niks, men mag ‘t interpreteren zo men wilt. Zolang men maar niet ‘t gerucht verspreidt dat er een filosofische barman ergens in Amsterdam rondloopt. Dat zou te veel eer zijn.
‘Alsjeblieft, filosofische uitspraak nr 2,’ weerklonk ‘t in de groep, terwijl ik enkele glazen aannam.
‘Oh, hmm. ‘t Heeft geen zin de barman iets te verwijten, want de barman weet wat er geschonken wordt & wie gedronken heeft.’
Van dat kaliber. Waar niemand wat aan heeft. Ikzelf incluis. Ik kan slechts ter verdediging aanvoeren dat ik er toe gedwongen werd.
Doet mij overigens meteen denken aan ‘t andere voorval deze middag. Klanten hadden stoelen meegenomen naar buiten de ons toegestane oppervlakte, die wij derhalve ons terras mogen noemen. Ik diende corrigerend op te treden. Of ze de stoelen terug wilden brengen naar de zone daartoe beschikbaar gesteld.
Maar ze reageerden niet. Behalve dan dat ze hard lachten.
‘Hahaha, we wisten wel dat je dat zou zeggen.’
‘Waarom nemen jullie dan evengoed die stoelen mee deze kant op?’ vroeg ik.
‘Omdat we hoopten dat jij ‘t niet zou zien.’
‘Maar je weet toch dat ik alles zie?’
& Ze bewogen nog steeds niet. Dus bleef ik staan.
‘Die stoelen moeten dus weer terug naar ‘t terras,’ zei ik nogmaals.
‘Ja, dat weten we.’
& Ze bewogen nog steeds niet.
‘Die stoelen moeten dus weer terug naar ‘t terras.’
Eigenlijk is ‘t een heel saai verhaal. Ik kort ‘t derhalve ietwat in.
‘Jemig,’ zei toen 1 van de stoelzitters, gepikeerd, verbolgen, rancuneus, zo leek ‘t zelfs, ‘je lijkt wel een leraar.’
Hij stond kwaad op & liep met de stoel richting terras.
‘Als jij wilt dat ik me als een leraar gedraag dan kan je ‘t zo krijgen. Ik pas me aan aan wat de klant van mij verlangt.’
Niet echt filosofisch, toch? Wel efficiënt. Afdoende, zo men wilt.
Maar na 3 onzinnige antwoorden gegeven te hebben op de vraag of ik nog wat filofisch wilde oreren, had ik er genoeg van. Sta je daar met je glazen, moeilijk manoeuvrerend door de menigte die je geen cm ruimte gunt, tenzij ‘t om volle glazen gaat & men een mogeljkheid ziet gratis vermaakt te worden, liefst op een nivo die een gemiddelde barman niet kan halen omdat-ie over ‘t algemeen te dom is om aan iets anders te denken dan hoe de volgende chick op een zo ongevoeglijk mogelijke wijze ‘t bed in te krijgen, & men vraagt om iets intelligenters dan de gedachtes die bij je opkomen die elk mens te binnen zou schieten op ‘t moment dat-ie meer dan 50 vieze glazen in handen heeft, gereed voor spoelen.
Ik zei: ‘Lees dat maar op mijn weblog.’
Stom.
‘Je hebt helemaal geen weblog.’
Tuurlijk niet. Ik besta niet. Ik besta niet als persoon die glazen ophaalt, bier tapt, glazen spoelt, mensen uitlegt dat ze zich moeten gedragen, als een ballerina balanceert tussen de massa’s die perse ons bier willen drinken & onwelvoeglijk van die gelegenheid profiteren door alles rond te laten slingeren, de achtergelaten glazen door baldadige kinderen kapot laten trappen, & al ‘t andere ondenkbaar gemakkelijk gedrag waar een gemiddelde consument zich aan zondigt. Ik besta niet. Ik ben hooguit een persoon die een voorstelling geeft & bij tijd & wijle iets zinnigs tussen de liters geserveerde bier oppert.
Dat is natuurlijk niet de reden waarom ik je vragen niet beantwoord. Dat is eigenlijk een aanleiding. Zoals er voor elke gebeurtenis een oorzaak & een aanleiding is. De oorzaak moet je momenteel zoeken in ‘t feit dat ik behoorlijk moe ben. ‘t Was druk. Ontzettend druk. Er zijn niet veel horeca-gelegenheden die op zondagmiddag een rij voor de bar hebben staan van 6 meter. Daar moet ik even van bijkomen.
Zal ik jou een vraag stellen?

Groeten Ton.

We beginnen aan ‘t communicatief systeem van Zijperspace te twijfelen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *