Ze heette Linda.
Eigenlijk was dat niet haar echte naam, want de Linda die ik kende had geen grote neus. Maar Linda komt ’t meest overeen met de naam die ze eigenlijk had.
Ik kan me ook wel voorstellen dat een Linda net zo’n grote neus had. Dat past wel.
Dus heette ze Linda. & Had ze een grote neus.
Zo’n grote neus dat ik m’n hoofd in m’n nek moest gooien om verder te kunnen zoenen, maar dan van de andere kant.
Onderweg drukte ik zachtjes m’n lippen erbovenop. Zodat je ’t net niet horen kon.
Zien konden we zowiezo niets. Aardedonker.
Ik heb zelden bij meisjes in zo’n donker bed geslapen.
‘Ik kan niet slapen als er licht door de gordijnen schijnt.’
Maar dat overkomt een man alleen als hij nou juist wél wat wil zien. De neus bijvoorbeeld.
Ach ja, er waren ook vrouwen die hun borsten verborgen hielden.
Dat heb ik ze ook nooit kwalijk genomen.
Nee, nee, zo iemand was ze niet. Ze was best trots op haar neus, vertelde ze. & Haar borsten vond ze ook lang niet onaardig.
Ze proestte ’t uit toen ik er een kus op gaf. Ik was er toch al in de buurt met m’n mond. & M’n lippen hadden in ’t voorbijgaan helemaal niets te doen.
Ze bleef een tijd lang nahikken. We moesten 5 minuten later helemaal van voren af aan beginnen. Best moeilijk, de alcohol was inmiddels ook al uitgewerkt.
Ze deed met haar linkerhand een veeg door m’n haar. Nadat we kalmerende dingen tegen elkaar hadden gezegd. ’t Was een veeg waarbij ’t leek alsof ze kon zien dat m’n kapsel daar beter van ging zitten.
Wat natuurlijk niet zo was. Maar ik wilde de pret, de zorgzaamheid, niet drukken.
We lagen ondertussen gewoon weer naast elkaar. Handen boven de dekens. In zoverre die nog aanwezig waren. Die handen. Die dekens.
Ik vind best veel dingen lief. Maar zelden dat ik ’t zeg.
Sommige vriendinnen hebben me wel ‘ns iets dergelijks horen beweren. Maar ’t moest vooral geen gewoonte worden.
Linda dus ook niet. Zeker zo’n 1e nacht niet. Zo’n per-ongelukke nacht, dat je van tevoren niet ’t vermoeden kon hebben dat je daar naast elkaar zou belanden.
Maar poeh, zo’n hand door je haar. Een trage aai om ’t bij je oren weg te vegen. Zo’n onnozel gebaartje dat eigenlijk helemaal niet had gehoeven. Nadat je 5 minuten bent wezen ontnuchteren & de lichamen hun gezamelijke gordiaanse knoop allang weer zijn vergeten.
Ik keerde m’n hoofd naar haar toe. Stootte m’n neus ergens onderweg. Tuitte m’n lippen. & Kwam precies goed terecht.
Maar er viel ook niet te missen.
In ’t donker is alles raak in Zijperspace.