revolutie

Ze vroeg me of ik nou veranderd was, afgelopen jaar.
Ik moest aan m’n schildklier denken. ‘Die zal toch wel effect hebben gehad op m’n ‘zijn’?’ dacht ik.
Maar dat was ondertussen ook alweer bijna 2 jaar geleden. Daar mocht ik niets meer aan ophangen.
Buiten dat: ik merk ’t ook niet meer. Ik ben net zo vanzelfsprekend Ik als dat ik daarvoor vanzelfsprekend Ik was. Als ik spreek & ’t woord ‘ik’ gebruik, reken maar dat er dan niet opeens een andere ‘ik’ te voorschijn komt.

‘Nee,’ antwoordde ik dus.
Ik ben tegen verandering, wilde ik er ook nog aan toevoegen. Maar ja, dat schrikt veel vrouwen af. Vrouwen willen nu 1maal graag denken dat mannen maakbaar zijn. Vrouwen zijn net als een kabinet, ze werken aan een maakbare toekomst, maar realiseren zich zelfs achteraf niet dat ze geen noemenswaardige invloed op de loop van de geschiedenis hebben gehad.

Ze keek me ongelovig aan. Dus besloot ik toch nog snel wat te verzinnen. Een leuk gesprek moet je niet voor een mogelijk hoogtepunt moedwillig afbreken.
Ze had tenslotte grappig opbollende wangen als ze naar me lachte. & Ze lachte best vaak.
‘Nou ja, ik heb nieuwe onderbroeken gekocht,’ informeerde ik haar maar snel.

’t Moet een jaar of 10 geleden zijn geweest dat ik er achter kwam dat m’n moeder niet meer verantwoordelijk gesteld kon worden voor m’n onderlaag. ’t Was toen tijd om zelf zorg te gaan dragen voor de private sector.
Ik heb ’t een vrouw voorgelegd. Een meisje eigenlijk nog. Tegelijk met haar vriendin. Maar die vriendin was lelijker. Dus leek ’t net alsof ik ’t alleen maar de 1e aan ’t vertellen was.
’t Was ’s avonds laat, we hadden een feest & veel drank achter de rug. Mijn verhaal klonk daardoor aandoenlijk & ’t meisje dacht onder diezelfde invloed stoer te zijn.
Ze zou wel met me mee gaan. Samen onderbroeken kopen. ’t Zou vast een lollige gebeurtenis worden.
Zo keek ze er in ieder geval bij.

Uiteindelijk belde ze me een uur voor de afspraak af. Ze moest er eigenlijk toch niet aan denken met een man die ze nauwelijks kende ondergoed te gaan kopen. Bh’s waren al moeilijk genoeg.
Die uitleg kreeg ik een week later van haar lelijke vriendin te horen. Die kreeg ’t voor elkaar om bij ’t verslag doen me tegelijk vals & beminnelijk aan te kijken.
Tijdens de korte ontmoeting met die lelijke vriendin heb ik als wraak de hele tijd naar haar bh-bandje zitten kijken. Om me erbij af te vragen wat daar nou zou moeilijk aan zou kunnen zijn.
Maar helaas heeft wraak pas zin als de ander ’t merkt.

Ik ben die middag in m’n 1tje naar de Hema gegaan & heb voor ‘t 1st zelfstandig 3 onderbroeken voor 5 gulden gekocht.

‘Onderbroeken?’ zei de dame met grappig opbollende wangen.
‘Ja, onderbroeken. Niet meer die van 3 voor de prijs van € 5,-, maar andere. Geen slipjes, maar andere.’
Ja, ik had andere onderbroeken. Ik wist alleen niet hoe ik ze moest noemen. Dan kan je wel trots zijn over de revolutie die in je leven heeft plaatsgevonden, maar dan moet je die omwenteling ook nog in woorden weten te vangen.

Ik had ’t 1st m’n collega’s achter de bar verteld. Dat kan ik altijd ’t beste mee beginnen. Dat zijn dan ook wel vrouwen, maar omdat ’t collega’s zijn & ze evengoed de hele tijd met hun borsten tegen me aanlopen, is voor mij hun seksuele geladenheid langzamerhand verdwenen.
Dus daar kan ik makkelijk tegen vertellen dat ik m’n goedje tegenwoordig anders inpak.
Dat denk ik dan. Dat denken zij gelukkig ook, want ze hebben zich stuk voor stuk rot gelachen.

‘Ik heb een nieuwe onderbroek,’ zei ik bijv tegen Nens.
‘Zo!’ zei Nens.
‘Ja, is best bijzonder hoor,’ ging ik dus maar verder, ‘want ik droeg altijd van die slipjes. Hoe noem je dat soort dingen?’
‘Mannenslipjes,’ vulde ze me aan.
‘Vrouwen hebben ook overal verstand van.’
‘Ja, ook van mannen,’ wist Nens. ‘Maar wat voor onderbroeken heb je nu dan?’
‘Nou, van die grotere. Die met pijpen. Nou ja, met korte pijpen.’
Daar ging ’t dus al fout. Ik had weer ‘ns niet op ’t labeltje gekeken bij de aankoop. Maar ja, tegen m’n collega’s kan ik droogoefenen, dus er was nog geen man overboord.
‘Kijk,’ zei ik terwijl ik m’n t-shirt ietwat oplichtte, zodat ’t randje van m’n nieuwe aanwinst boven m’n broek op kon doemen.
‘Oh, een boxershort,’ zei Nens.
‘Nee, geen boxershort. Daar hou ik niet van. Daar gaat ’t zo van hangen. Deze houdt ’t boeltje nog een beetje in ’t gareel.’
‘Dat heet evengoed een boxershort.’
Ok, dan heette ’t voortaan een boxershort. Een strakke boxershort, zou ik voortaan zeggen.
‘Maar zie je ‘t?’ vroeg ik er nog even extra achteraan, nogmaals naar ’t oplichtend randje wijzend.
‘Oh ja! Je onderbroek heeft dezelfde kleur oranje als je t-shirt.’
‘Alleen ’t randje dan, hè.’

Ik stond op ’t punt om ’t opbollend-wangen-meisje op de hoogte te stellen van m’n gevoel voor kleur. Ik zat naast haar op een bankje. Ik hoefde slechts m’n hemdje op te lichten om de fraaie combi te kunnen tonen.
‘Ja, nieuwe onderbroeken,’ zei ik nogmaals, om mezelf alvast aan te kondigen. ‘Soortement boxershorts, maar dan wat strakker. De Hema heeft ze in diverse kleuren & maten.’
Dat laatste had ik niet hoeven toe te voegen. Wat had zij nou aan de wetenschap dat ik ondanks die brede keuzemogelijkheid me door m’n ex toch had weten overtuigen alleen maar maatje M in te kopen?
‘Wat heb ik er nou aan dat ik weet dat jij nieuwe onderbroeken hebt?’ vroeg ze echter.
Ik probeerde onopvallend m’n t-shirt weer te laten vieren. Goh, wat had ik plots een jeuk aan m’n middel, zeiden m’n vingers aan de linkerhand.

Voortaan blijven revoluties misschien wel binnenskamers in Zijperspace.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *