‘Ik heb nu opeens best wel trek om wat te roken,’ zei Rachel.
‘Hoelang rook jij nou niet meer dan?’ vroeg ik.
‘Ong zo’n 3 jaar.’
‘Ik heb er allang geen last meer van.’
‘Ik ook meestal niet, maar nu opeens, nu we hier zitten, heb ik er opeens best wel trek in.’
‘Na 2 weken had ik er al geen behoefte meer aan.’
We zaten aan een tafel met minstens 3 anderen. ‘t Wisselde een beetje. Soms kwam er iemand aanzitten om te zien hoe ‘t de 2 heren afging in de backgammon-competitie. & Onderwijl werd er flink gerookt. In ‘t hele café. Alle tafels waren bezet met rokende backgammon-spelers.
Tegenover ons draaide een jongen een flinke joint voor de speler die naast ‘m zat. Z’n tegenstander, naast Rachel gezeten, draaide er zelf 1 tijdens ‘t spelen. De aansteker werd over & weer gegeven, om de stuff daarmee wat beter te kruimelen te maken. & Vervolgens ging de fik er in. De toeter werd doorgegeven. Maar bleef vooral bij de spelers zelf hangen. Te geconcentreerd op ‘t spel om door te hebben dat ze ‘m in de hand hadden.
‘Maar dan ruik ik de rook, als ik hier binnenkom,’ ging Rachel verder, ‘& dan vind ik ‘t zó lekker ruiken. Terwijl ik dat ergens ander nooit heb. Helemaal nooit behoefte aan. & Nu opeens wel. Heb jij dat nooit?’
‘Nee. Totaal geen behoefte. Ik vind ‘t lekker ruiken, hoor, maar ik denk er gewoon niet aan om weer te beginnen.’
Plots deed de jongen tegenover ons, hij had de joint bijna gedraaid, z’n mond open. Z’n blik ondertussen niet afwendend van ‘t kunstwerk dat-ie aan ‘t bouwen was. ‘t Werd een toeter van ong 10 cm.
‘In Amerika kan je als je op straat rookt al een bekeuring krijgen.’
‘Nou, dat zeg je nou,’ zegt de man aan de andere kant van de speler, ‘maar ik las laatst dat mensen in Amerika een contract voor een huis moeten tekenen, waarin staat dat er in ‘t hele huis, dus zijzelf & ook alle gasten die ze over de vloer krijgen, niet mogen roken. Hebben ze zelf dat huis gekocht, maar er mag nergens gerookt worden.’
‘Leuk, hè,’ zei ik zachtjes tegen Rachel, terwijl ‘t onderwerp roken verderop aan tafel verder werd uitgediept, ‘heb je een onderwerp aangesneden & ‘t gaat z’n eigen leven leiden.’
Rachel lachte, terwijl de jongen tegenover ons verder praatte. De rest van de tafel luisterde niet meer naar ‘m, waren te veel verdiept in ‘t onderonsje dat naar aanleiding van ‘t roken was ontstaan, maar de jongen ging zonder publiek gewoon verder. Tijdens ‘t praten hield-ie z’n ogen gericht op de joint die bijna gereed was. Hij streek nog een paar maal over ‘t vloeitje & maakte ‘t op enkele plekken nat.
‘& Als je in Amerika over straat loopt dan raak je veel meer vergiftigd dan dat je een peuk opsteekt.’ Hij keek ons voor ‘t gemak maar aan, z’n enige publiek. ‘Dat is toch zo? Ook als je hier over de Overtoom fietst & er passeren 4 vrachtwagens, dan kan je ook geen adem meer halen.’
We knikten een beetje van ‘ja’.
‘Dan kan je beter een paar peukies per dag roken dan dat je je laat vergifitigen door de uitlaatgas van vrachtwagens.’
Rachel & ik veranderden van onderwerp. De jongen gaf de joint door. De mannen speelden ‘t spel. De toeschouwers waren stil.
Tussen enkele biertjes door ging ik naar de wc. ‘t Rook er nat. ‘t Rook er naar de Bliksem, ‘t café waar ik 10 jaar eerder achter de bar stond. Een mengeling van lekkage, joints & wc.
Ik liep weer naar de bank waar Rachel zat & besefte me dat ik me thuis voelde in dit aftandse café, waar de gemiddelde leeftijd minstens 10 jaar boven die van mij lag. Er werd thee met honing & citroenjenever gedronken & verderop zat een man aan z’n 3e borrel in een cola-glas. De postbodes stonden aan de bar hun pils & cola te drinken.
Ik ging zitten & keek waar de joint zich bevond. De barman bracht z’n zakje stuff naar de engelstalige vrouw een paar plaatsen van Rachel verwijderd & zei: ‘You take it. I don’t need anymore. You bring it home.’ De volgende joint werd gedraaid.
Nog steeds had ik geen zin om te roken.
Maar ik rook wel wat vroeger was in Zijperspace.