M’n moeder vroeg me laatst waarom ik nog steeds die sweater had. Die zag er toch niet meer uit? Ja, maar hij is groen, zei ik, & hij zit zo lekker.
Ze had die vraag al eerder gesteld. Ik was bij haar langsgekomen met ‘t verzoek of ze enkele gaatjes wilde dichten. De 3e of 4e keer dat de sweater de operatie onder de naaimachine moest ondergaan.
Dat ding is toch niks meer, zei ze.
Ik zie de gaatjes in m’n rechtermouw ook heus wel. De gaatjes die m’n moeder niet meer op een onzichtbare manier kan wegwerken. 3 Minuscule gaatjes zijn ze echter in mijn ogen. Ontstaan in de periode dat ik nog blowde. Er zat meer stuff in de joint dan dat er tabak in zat. Dat veroorzaakte wel ‘ns een kruimelende askegel. Die op zijn beurt brandgaatjes in de bekleding van de bank, vloerbedekking of trui kon bewerkstelligen. Maar dat was bij de huisdealer; m’n moeder had er, naast de gaatjes in de sweater, geheel geen last van. De gaatjes gaan ondertussen al 15 jaar mee. Minstens. Indertijd was-ie al oud aan ‘t worden. & Ik was al even hardnekkig in ‘t weigeren ‘m weg te gooien.
Lang geleden heb ik ‘m bij C&A gekocht. ‘t Was rond de tijd dat ik straalverliefd op Mirjam was. Dat moet 20 jaar geleden zijn.
Bij C&A kocht ik nooit wat, maar deze sweater was meteen goed. Precies de juiste kleur. Dat zag ik al vanaf een afstand. We haalden ‘m uit ‘t rek & rekenden meteen af bij de kassa.
Ik moest alleen zorgen dat ik onopvallend ‘t winkelpand kon verlaten. Niemand mocht me zien. Zeker niet met een tas van dit mega-concern, de grootkapitalisten. ‘t Zou als politiek incorrect gedrag beschouwd kunnen worden.
Ik had gelukkig m’n moeder bij me. Men zou vast niet vreemd opkijken als zij een C&A-tas droeg. Helaas vond m’n moeder dat ik de kleren die ik had aangeschaft ook zelf moest dragen. Ik heb me toen ontzettend gehaast om zo onopvallend mogelijk weer bij de auto te komen.
Er zitten vele dierbare herinneringen aan deze sweater. Waar m’n moeder geen weet van heeft. Ik denk er zelf ook nooit bij na, maar ‘t zorgt er misschien wel onbewust voor dat-ie zo lekker zit. Ook al hangt-ie aan alle kanten.
Ik heb in deze sweater bijvoorbeeld liggen vrijen met Mirjam. Waarschijnlijk wel vaker dan 1 keer. Veel te warm. Daarom nooit te lang gedragen in een dergelijke situatie. Hij moest al snel uit. Ook aan kleren die uitgetrokken worden kan men zich gaan hechten.
Daarnaast had ik ‘m bijna elke dag aan in de periode dat ik net in Amsterdam kwam wonen. Vaak met Bob in de kroeg gezeten in die periode. Veel rook heeft-ie in zich opgenomen. Dat was te ruiken. Ik rook de volgende ochtend vooral de peuken die Bob van mij gebietst had.
Ik heb ‘m meegenomen op vakantie in de Ardennen. Zittend voor ‘t kampvuur om aardappels te poffen, met deze sweater tegen de avondlijke kou. Maar ook om kinderen aan me te laten sleuren. Hij werd gemangeld onder de sleurende kindervingers. Ik was nou 1maal populair bij de nederlandse kinderen. Waarschijnlijk de enige vrijgezel. Met een lekker sweater om aan te hangen.
De laatste jaren gebruik ik ‘m ‘s winters als xtra laagje, zodat ik geen dikke winterjas aan hoef. Dun laagje tussen andere dunne laagjes. Maximum aan bewegingsvrijheid.
& M’n moeder wil dus eigenlijk dat ik vele herinneringen weggooi.
M’n moeder verbood me ooit de boeken van m’n opa weg te gooien. Verkopen mocht al helemaal niet. Die boeken staan nog steeds in m’n boekenkast. Ergens in ‘t boek kan je zien dat ‘t van m’n opa is geweest. Ergens in een hoekje. Bovenaan. M’n moeder had dat nooit hoeven te benadrukken.
Nee, m’n sweater gaat niet weg. Ik heb al te veel kleren weggegooid. Er staat ergens in m’n sweater aangegeven dat ‘t ooit van mij is geweest. Je zou ‘t kunnen ruiken. Misschien moet je ‘t zien.
Ondertussen is de sweater me veel te groot. Helemaal uitgerekt door alles wat-ie heeft meegemaakt. ‘t Lubbert lang over m’n lichaam heen.
Buiten dat: ‘t is zo lekker warm, ‘s avonds laat in Zijperspace.
(& hij is groen)