verzameling

‘Ik verzamel doden.’
‘Je verzamelt doden?’
‘Ja, doden.’
‘Waarom doden? Wat voor doden? Zoek je restjes doden bij elkaar & leg je die te rusten in je vriezer?’
‘Nee, ik ben serieus.’
‘Dat hoeft nog niet te betekenen dat je daarom geen rare dingen zegt.’
‘’t Is gewoon zoals ik ’t zeg: ik verzamel doden.’
‘Zoals anderen voetbalplaatjes en sigarenbandjes verzamelen.’
‘Wel net even anders. Mijn doden zijn niet tastbaar.’
‘Daar zijn ze dood voor. Ik ben blij dat we ze begraven dan wel cremeren. Stel je voor dat je over ze zou struikelen als je je huis verlaat.’
‘Ze zitten in m’n hoofd.’
‘Jouw hoofd is 1 groot kerkhof, bedoel je te zeggen.’
‘Ik onthoud ze.’
‘Alsof ik me niet herinner dat m’n oma overleden is.’
‘Ze passeren regelmatig de revue bij mij.’
‘Ook dat gebeurt met mij.’
‘Dan komen ze in een niet-aflatende stroom. De 1 roept de ander op. Denk ik bijv aan de jongen die van de trap gevallen is, leidt me dat als vanzelf naar degene die door de helderse politie is neergeschoten.’
‘Met naam & toenaam?’
‘Vaak ben ik de naam allang vergeten. Hun dood niet.’
‘Je verzamelt de manier waarop mensen overleden zijn.’
‘Eigenlijk komt ’t daar vaak wel op neer. De man die op de camping onder de auto bleef liggen. De geadopteerde zoon die plots een overdosis nam. M’n Oma die naast de bank gevonden werd.’
‘Mensen die je allemaal kende.’
‘De meeste wel. Maar er blijven ook doden hangen waarover ik in de krant gelezen heb. Meestal heeft dat dan weer met hoogte te maken.’
‘Hoogte. Mensen die van grote hoogte waren?’
‘Nee, dat heeft met hoogtevrees te maken. Ik blijf steeds maar weer in gedachten mensen voor me zien die van een flat vallen. Een meisje dat op vakantiebestemming aangekomen een handstand demonstreerde & ’t volgende moment uit ’t beeld verdwenen was. Bleek ze over de reling van ’t balkon gekukeld te zijn.’
‘Mensen die uit ’t World Trade Centre sprongen?’
‘Die zitten er ook bij. Niet zo vaak meer, ik probeer ze weg te drukken. ’t Vervuilt de verzameling.’
‘Je beschouwt ’t echt als een verzameling?’
‘Ik ben ’t maar zo gaan beschouwen. Dan maakte ik me er minder druk over.’
‘O, ik begrijp dat ’t je achtervolgt.’
‘Ze komen vanzelf. Ik wil ze eigenlijk niet, maar ze dienen zich aan. Weet je dat vooral ethiopiërs op een vreemde manier overlijden?’
‘Vertel maar.’
‘Die springen van een brug. Of rijden tegen de richting in frontaal op een andere wagen. Of worden op straat neergestoken. 1tje Heeft z’n polsen doorgesneden.’
‘Een speciale verzameling binnen de verzameling.’
‘& Mensen uit m’n jeugd, die stierven ook vaak gewelddadig.’
‘Ja, als jonge mensen sterven is dat vaak geen natuurlijke dood.’
‘Gevallen van een elektriciteitsmast, waarschijnlijk geëlektrocuteerd, zelfmoord, nog eens zelfmoord, verdronken in een gracht, vermist met z’n zeilboot. ’t Meisje dat bij me zat tijdens latijn, een krom ruggetje had, moeilijk ademhaalde & plots niet meer kwam. ’t Vriendje van een engelse klasgenote die als 1 van de 1en tijdens de Falklandoorlog werd neergeschoten.’
‘Je kan nog wel een tijdje doorgaan.’
‘’t Gaat de hele tijd door. Ik probeer aan andere dingen te denken. Bijv aan wat je kan doen om te voorkomen om vroeg te overlijden.’
‘Geen zelfmoord plegen wil wel ‘ns helpen.’
‘Niet in Amsterdam wonen, las ik van de week. Rechtshandig zijn. Een naam hebben die niet met een letter begint die aan ’t eind van ’t alfabet zit. Vrouw zijn.’
‘Je bent gedoemd, hoor ik al.’
‘Nou ja, ik schrijf rechtshandig.’
‘Maar in gedachten ben je links.’

En ze leefden nog lang & gelukkig in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *