wapperen

De avond ervoor hadden we ’t er nog over. Ellen moest laten prikken om oa ’t cholesterolgehalte te meten, ihkv haar suikerziekte. Mirjam kreeg een hogere dosis van haar medicijn ter voorkoming van epileptische aanvallen. & Ik vertelde dat ik weliswaar een medicijn kreeg, waarschijnlijk de volgende dag nog 1tje extra, maar dat ik niet wist of ‘t nou allemaal verschil zou uitmaken.
‘Ik heb een tijd lang gedacht dat ik een milde vorm van ADHD had,’ vertelde ik, ‘of iets wat er op lijkt. Maar als mij Ritolin voorgeschreven zou worden, had ik toentertijd besloten, dan zou ik ’t niet geslikt hebben. Ik was al jaren zo, ik was er tevreden mee, dus waarom zou ik me laten veranderen dmv een chemisch stofje.’
‘Da’s toch iets heel anders dan wat je nu hebt?’ vroeg iemand.
‘Nou ja, een heleboel van die hyperactiviteit kan verklaard worden door de overactieve schildklier. ’t Zou daardoor kunnen komen. & Nu slik ik wel die pillen. Maar da’s vooral omdat ik bijna geen last heb van de ziekte. Ik merk er hoegenaamd niks van. Ja, in ’t begin had ik last van m’n darmen. Dat was de reden waarom ze een bloedonderzoek lieten doen. Maar die darmen voel ik al een tijdje niet meer. Ik heb gewoon een ziekte waar ik niks aan heb. ’t Schijnt daar te zitten, maar ’t komt bij mij niet aan de oppervlakte, heb ik ‘t gevoel. ’t Heeft iets mysterieus, ik kan er geen grip op krijgen. Als ik nou wijd opengesperde ogen kreeg, dan kon je ’t ook nog zien, maar bij mij is er niks aan de hand, zo lijkt ‘t.’
‘Dan moet je ’t toch zo laten,’ zei Mirjam, ‘je kan zelf ’t heft in handen nemen & elk moment beslissen dat je stopt met een pillenkuur.’
‘Ja, maar ’t is wel zo dat m’n collega’s soms horendol worden als ik met ze achter de bar sta. Als ik alle klanten tegelijk help & ze ondersteboven loop in de haast om de klanten te bedienen.’
‘Hm, als dat alles is.’

Ik had dit keer van te voren een vraag bedacht die ik zou gaan stellen. Ik moest dat vooral doen, had de internist me gezegd bij de 1e ontmoeting. Maar elke keer wilde me niks te binnen schieten. Ik had ’t al van ’t internet gehaald, dacht ik. Of was de vraag op ‘le moment suprême’ alweer vergeten.
‘Doordat je overal tegelijk aandacht voor hebt, kan ’t zijn dat je een beetje vergeetachtig bent,’ zei de internist met een glimlach toen.
Vandaag dezelfde glimlach. Ik excuseerde me beschaamd. Ik had me niet bij de administratie aangemeld & was gewoon in de hal gaan zitten wachten. Pas toen een patiënt die veel later was gearriveerd eerder door haar werd opgeroepen, bedacht ik dat ik iets verkeerd had gedaan.
‘Ja, je moet je altijd 1st aanmelden,’ zei de vrouw achter de balie, toen ik verhaal kwam halen.
‘Maar hier staat dat je gewoon kunt gaan zitten,’ wees ik naar een mededeling die schuin boven haar hoofd hing.
‘Bovenaan de mededeling staat dat ’t voor diabetespatiënten geldt. Niet voor u, volgens mij. Maar ‘t komt nog wel in orde, hoor. Ik licht ‘r wel even in.’
‘’t Komt door m’n verstrooidheid,’ excuseerde me ik een kwartiertje later tegenover de internist.
Ik kon nu alles daarop gooien. Dat was dan wel weer handig. Zij glimlachte evengoed wel.

Maar ik had een vraag. Ik had ‘m er goed ingestampt. Terwijl ze bezig was aantekeningen te maken nav ’t laatste bloedonderzoek, durfde ik ‘m te stellen. Hoewel ’t lastig was de schrijvende stilte te doorbreken.
‘De klachten die ik heb, of de verschijnselen eigenlijk, zou ik daar al niet jarenlang mee te maken hebben?’
‘Oh, dat kan heel goed,’ antwoordde ze.
‘Ik bedoel, bij ’t lezen over de verschijnselen kwam ik heel veel dingen tegen die ik volgens mij al vanaf m’n jeugd heb. Ik weet niet anders meer.’
‘Ja, wat dat betreft moeten we wel een beetje je botten in de gaten houden. Daarom moeten we maar een scan laten maken van je botten.’
‘Wat dan?’ vroeg ik verbaasd over deze maatregel.
Weer iets wat er met me gebeurde zonder dat ik er controle over had. Weer minder houvast. M’n lichaam een nog groter mysterie.
‘Want een overactieve schildklier kan ervoor zorgen dat in de loop van de jaren je botten een beetje broos worden. We moeten dat dus in ieder geval even controleren.’

‘Ja, & ik schijn een kans te hebben op broze botten,’ vertelde ik Rachel een uur later over de telefoon. ‘Of zoiets. Er moet een röntgenfoto gemaakt worden. Of een scan. Ik weet niet wat ’t verschil is.’
‘Dat soort dingen moet je vragen,’ zegt Rachel stellig.
‘Ja, dat wil ik ook wel. & Soms doe ik dat ook. Maar meestal schiet me zoiets niet te binnen als ik daar zit. Dan haal ik ’t maar van ’t internet, denk ik dan.’
‘Maar zo’n dokter dient ervoor dat je uitgelegd krijgt wat er met je lichaam aan de hand is. Je moet toch weten waarom je medicijnen slikt?’
‘Ja, dat is wel zo. Maar, ja. Maar, ja. Ik denk dat ik ’t dan ook de informatie zelf tevoorschijn kan halen.’
‘Maar op internet staan alleen maar specifieke gevallen. Of heel algemene. Niet jouw geval! Dus je moet ’t gewoon aan de specialist vragen.’
‘Ja. & Hoe is ’t nou met jou?’
‘Oh, je bent aan ’t wapperen?’
‘Wapperen?’
‘Je bent ’t onderwerp aan ’t wegwapperen.’
Met de hoorn van de telefoon nog aan m’n oor maakte ik met m’n vrije hand een wapperende beweging.

Alles fladderde gedwee weg richting duisternis van Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *