dreiging

Een hels kabaal. Ik ging naar buiten. ’t Vrouwtje zat op m’n schutting leven te maken. ’t Mannetje zat in de boom van de buren, net zo luidruchtig. Ze maakten duikvluchten, ’t mannetje dichter langs de tegen de muur hangende druivenstruik van de buren dan ’t vrouwtje, & wisselden daardoor van plaats. ’t Ging razendsnel. In uiterste paniek. Na enkele minuten zag ik de kop van een ekster tussen de druiventakken tevoorschijn komen. Meermaals scheurde ’t mannetje rakelings langs de ekster. Op een gegeven moment gaf deze ’t op.
Ik liep wat verder m’n tuin in om beter te kunnen zien of zich tussen de druivenranken ‘t nest bevond. Dat moest haast wel. Ze zijn al weken bezig. 1st M’n tuin ontdaan van takjes & modder, de pas geplante reigersbek kwam helemaal kaal te staan daardoor, vervolgens kwamen ze me hun vangsten tbv de kinders tonen. Wormpjes & vliegen die uit de snavels staken. Trots & eigenwijs verbleven ze dan voor enkele momenten op de schutting. Schichtig om zich heen kijkend.
Ik zat binnen. ’t Was me te warm. Totdat ik door ’t gekakel van de vogels werd afgeleid. Zoveel lawaai hadden vogels in mijn buurt nog niet gemaakt. Ik stoof naar buiten. Nog net een broek aan m’n benen getrokken.
De ekster vloog naar een dichtbij gelegen boom. Moe van ’t gekrakeel van ’t echtpaar. Maar daarmee ontsnapte ze niet aan hun woede. Met nog steeds ‘tzelfde gekwetter zetten ze de jacht op de ekster voort. Tot ze de moed opgaf & met een duikvlucht ook de hoge, dik bebladerde boom van de achterburen verliet. Die zocht z’n heil ergens anders.
Maar de 2 bleven doorgaan. ’t Mannetje deed pogingen de druiventakken te benaderen, steeds erlangs schietend. ’t Vrouwtje deed soortgelijke pogingen met wat meer afstand tot de takken, maar maakte des te meer leven. Ze vlogen heen & weer. Met opstaande veren. ’t Vrouwtje had bijkans een hanenkam. Ze lieten zich niet door mij afschrikken. Ik was een minder gevaar. Ze lieten me zelfs op een afstand van minder dan een meter toe. ’t Gevaar voor ’t nest moest nog niet geweken zijn, anders waren ze niet zo door ’t dolle heen.
Plots zie ik weer een zwart-witte kop tevoorschijn komen, tussen de druivenranken door. ’t Mannetje scheert er weer langs. ’t Vrouwtje met onverminderd gekwetter erachteraan. De ekster laat zich in een duikvlucht vallen. In haar snavel iets kleins. ’t Steekt er net tussenuit.
’t Is voorbij, dacht ik, & ging weer naar binnen.
5 Minuten later ging ’t gekwetter nog onverminderd voort. Ik besloot nog maar een keertje te kijken. Vanuit diep in de tuin wierp ik een blik op de duivenranken langs de muur van m’n buren. 2 Eksterkoppen staken ertussenuit. Op hun gemak. Dit in tegenstelling tot ’t echtpaar dat bleef proberen hun kroost te verdedigen. Tevergeefs.

20 Minuten later was ’t weer stil buiten.

Een spreeuw keek voor zich uit, zwijgzaam, gezeten op een schutting in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *