gesprek

Ik moet 1 van m’n broers bellen, bedenk ik me vanavond, want zonder zijn toestemming mag ik ‘t stukje niet schrijven dat ik in m’n hoofd heb zitten. Niet dat ik z’n naam wil noemen, hooguit benaam ik ‘m als ‘broer’, maar goedkeuring is noodzakelijk.
Tuurlijk kan ik ‘t evengoed wel schrijven zonder zijn toestemming. Desnoods plaatsen ook. Maar ik heb geen zin in verontwaardiging.

Ik keek gister een film (The big kit) over een huurmoordenaar die door de grond ging als mensen ‘m niet aardig vonden. ‘Je bent misschien wel een borderline-geval,’ zei ‘t meisje dat-ie ontvoerd had.

M’n broer reageert laconiek.
‘Je moet gewoon schrijven wat je wilt, je hoeft je niets van mij aan te trekken.’
‘Ja, dat ben ik ook wel van plan, maar ik wil niet dat iemand er onder lijdt. Van de week was ik ook een stuk aan ‘t schrijven, waarvan ik dacht: “Als m’n broer dat leest, dan schrikt-ie zich vast rot.”‘

& Gek genoeg komen we dan in gesprek. We zijn niet zo van ‘t praten, kom ik plots weer achter. We komen uit een broeder-gezin, waarin ‘t verstandelijke hoogtij viert. Hoewel we graag anders hadden gewild.
Hij vertelt geheimen waar ik nog nooit van gehoord heb. Hoewel hij zelf ‘t misschien niet zo als geheimen beschouwt. Doordat we ‘t er echter nooit over gehad hebben lijkt ‘t echter wel alsof ‘t ongelooflijke geheimen behelsen.

We zijn ontspannen. Ik kan me geen ontspannender gesprek heugen met m’n broer.
Maar ondertussen verlies ik ‘t verhaal dat zich al 2 uur in m’n hoofd aan ‘t ontwikelen was. ‘t Schiet andere kanten op. ‘t Vervluchigt, ‘t voert naar elders. Op deze warme zomeravond lijkt ‘t te verdampen & nergens heen te voeren. Niets meer dan een zomeravond-gesprek met m’n broer blijft over.

Ik sta leunend in de deuropening van de keuken. Terwijl ik praat kijk ik, staar ik, naar de tuin, de tegels, m’n stoelen in de tuin. & Niets daarvan dringt tot me door. Af & toe schiet er nog een klein padje uit ‘t tuinafval, als ik me plots beweeg, weg naar veiliger oorden. Soms stop ik met leunen & loop ik naar de woonkamer, maar daar komt lawaai van een radio-programma vandaan, dus keer ik terug. Ik heb stilte nodig voor dit gesprek. Ik praat met m’n broer.

Zijperspace is verzonken in stilte, & soms klinken geluiden van nooit-gehoord.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *