laatste slok

Ik reken af met de hoteleigenaar. Vervolgens pak ik al m’n spullen bij elkaar, een krat bier & 2 rugzakken, & breng ze naar buiten.
Kees staat al bij zijn bus te wachten. Hij maakt ruimte voor de verschillende spullen. Zodanig dat ook de fiets er weer in kan. Die zullen we pas aan ’t einde van onze rondrit kunnen dumpen.

‘Ik ben al bij Fässla langs geweest,’ zegt Kees. ‘Wat kratten achtergelaten.’
We gaan naar Mahrs. Kees heeft ze vanochtend al gebeld.
‘Dan kunnen zij de formulieren in orde maken,’ legt-ie uit. ‘Dat duurt meestal ’t langst.’

We laden uit. & Laden vervolgens weer in. Daarna krijgen we te horen dat de formulieren nog in orde gemaakt moeten worden.
‘Dat zal je altijd zien.’
Als genoegdoening krijgen we bonnen voor 2 consumpties. In de ochtendzon, die vandaag aanzienlijk minder warm schijnt, genieten we van ieder een ½e liter Ungespundet.

Ik ga nog even op ’t kantoor langs. Ik heb een t-shirt in de etalage van de brouwerij zien hangen.
‘Wilche Farbe?’ vraagt de man op kantoor.
‘Braun bitte.’
Ik krijg ‘m voor de helft van de prijs.
‘Hij is in een goed humeur,’ zegt Kees. ‘Die consumptiebonnen hadden ze eigenlijk ook helemaal afgeschaft.’

Bij Schlenkerla haal ik de lege kratten uit de bus. Kees vervoert ze naar hun opslag met een steekwagentje.
Dan gaan we naar ’t kantoor om onze bestelling door te geven. Mevrouw Schlenkerla, die in ’t dagelijks leven Heller heet, noteert & rekent uit.
‘Ton, hadden jullie nog glazen nodig?’ vraagt Kees.
‘Nee, volgens mij hebben we alles nog wel,’ antwoord ik. ‘Maar ik wil wel van die stenen pullen.’
Mevrouw Heller begrijpt m’n nederlands.
‘Nehmst du doch,’ zegt ze, met een wuivend handgebaar.
‘Weer een kadootje,’ handigt Kees me de pul over.
‘Ben ik vergeten om over hun t-shirts te beginnen,’ zeg ik als we weer in de bus zitten.

De fusten zijn nog niet allemaal gevuld, blijkt als we bij Hummel arriveren.
‘Dat zal je altijd zien,’ zegt Kees.
De dochter wordt op ons afgestuurd om te vragen of we wat willen drinken. Keller & Radler wordt ’t weer.
De brouwerij is vandaag dicht. We zijn de enigen die in de Garten zitten. Uitkijkend op de tafel die voor familie & personeel gedekt wordt. & Op de keuken waar ’t eten wordt bereid. & Op de brouwerij waar 2 stevige kerels zo snel mogelijk onze fusten staan te vullen.
De brouwer komt bij ons zitten. Hij neemt met Kees de formulieren door. Er worden nog wat lege gaten op ingevuld.
Als ze klaar zijn, zeg ik: ‘Ich habe gestern gesehen das Sie t-shirts von die Brauerei haben. Ist es möglich…’
Ik kan de zin niet afmaken.
‘Ah, t-shirts!’ zegt de brouwer. ‘Ich soll doch einmal gucken was ich habe.’
Hij komt terug met 4 exemplaren.

We halen Marianne op. De fiets wordt uitgeladen & bij haar in de hal teruggezet. Zo heb ik wat meer ruimte om tussen fusten & kratten te zitten.
Lunch bij Mahrs. Dichtbij een Ofen. Met nog een pul Ungespundet. De laatste slokken.
Vlak voor we weer verder gaan ga ik nog even naar de wc.
‘Dan hoef ik niet zo snel onderweg,’ zeg ik tegen Kees.

Dan rijden we terug. Marianne wordt weer afgezet.
Kees zegt dat-ie over 3 weken weer terug zal zijn.
Ze omhelzen elkaar. Ze zeggen nog wat kleine dingetjes terwijl ik alvast voorin de bus ga zitten.
Kees stapt in & we vertrekken.

Dat was een verjaardag zonder feest in Zijperspace.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *