Hier hangt een nest. ‘t Nest van een winterkoning.
1 Van de nesten, zou ik eigenlijk moeten zeggen, want een mannetjes-winterkoning bouwt meerdere nesten om vervolgens zijn vrouwtje te laten kiezen welke haar ‘t meeste zint.
Een winterkoning hoort geen nest vlak onder een balkon van een mensenhuis te bouwen. Dat wist ‘t vrouwtje. Maar bij ‘t mannetje was die natuurwet, die voor deze soort schijnt te gelden, niet bepaald doorgedrongen. Tot 2 keer toe zette hij zich aan dit zware karwei.
Hij is nog een 3e keer teruggekeerd om ‘t nog intacte 2e nest verder te perfectioneren.
Je zou zeggen, tegen beter weten in. Z’n eega had toch al duidelijk laten weten dat ze niet zo dicht op de huid van de mensen wilde zitten met haar kroost.
Misschien was-ie wel vergeten dat ‘t 1e nest al snel naar beneden was gekukeld.
‘t Geheugen van een winterkoning gaat waarschijnlijk niet al te ver terug in de tijd. Dat mannetje is al blij dat-ie z’n vrouw elke dag terug kan zien. Daar zet-ie alles voor opzij. Ook dat wat eerder gebeurd is. Zoals bijv de afwijzing van ‘t nest.
Dat heeft een voordeel. Nu kan de vogel met steeds weer bruisende energie zo’n ingewikkelde constructie creëren. De dag van gister, of misschien net iets langer, is vergeten; we beginnen weer van voren af aan.
Hoewel eksters aanzienlijk groter zijn dan winterkoninkjes (je gaat bij ‘t beestje als vanzelf de verkleinende vorm hanteren), is hun herseninhoud niet al te veel groter.
Het nest is nooit ingewijd. & Toch komt ‘t echtpaar ekster geregeld terug om te kijken of er nog wat buit te halen valt.
Daarbij helemaal vergetend dat deze winterse tijd voor de winterkoning niet al te ideale omstandigheden zijn om ‘t nest, dus de eieren, warm te houden.
Ekster & ekster zijn op een gegeven moment zo wild te keer gegaan, dat ‘t nest omlaag is gekomen.
Maar ‘t winterkoningmannetje had er dit keer zo erg zijn best op gedaan (misschien was er toch iets van de 1e poging blijven hangen), dat ‘t niet de gehele weg naar benee heeft afgelegd.
‘t Is een zwevend nest. Door slechts enkele takjes van de druivenstruik, die ik hier boven m’n tuindeuren heb hangen, wordt ‘t hoog gehouden.
& Hier, waarde lezer, wilde ik een vergelijking maken met m’n eigen situatie. Maar weet u, bij deze zinnen aangekomen vond ik dat eigenlijk niet meer de moeite waard. Laat de metafoor maar gelden voor hen die er iets in willen zien.
Geniet ik ondertussen onbekommerd van architectonisch vernuft van duizelingwekkende grootsheid in Zijperspace.