ochtendritueel

’t Is ’t vaste ritueel. ’s Ochtends. Anders word ik niet wakker.
Wat eigenlijk niet waar is. Zonder thee in de morgen zal ’t uiteindelijk ook heus wel gebeuren. ’t Is een behoefte aan vastigheid, waar ik verklaringen voor wil vinden. Zonder van mezelf te denken dat ik in een sleur zit van elke dag ‘tzelfde. Ik eigen mezelf een logica toe die mijn zijn niet beledigt.
Tijdens rondleidingen vertel ik ’t graag. De 2 vingers schuim die de nederlander graag op z’n bier wil hebben. Dat ’t absolute onzin is, maar dat de mens nou 1maal behoefte heeft aan tradities. Tradities zijn onzin, behalve in ’t feit dat een mens ze nodig heeft. Een herhaling van gebeurtenissen doet een mens beseffen dat ’t zin heeft. 2 Vingers schuim is dezelfde onzin als helemaal geen schuim. Ik beweer & weerleg.
Dus sta ik in de keuken. Wachtend op ’t koken van ‘t water. ’t Is weliswaar geen ochtend meer, maar dat laat mijn behoefte aan vastigheid zich niet wijs maken.
Kijk suffig om me heen. Ik wrijf een beetje achter m’n oren. Onnadenkend.
M’n moeder rukte me wel ‘ns naast haar op de bank. Je zag aan haar gezicht al dat ze ’t van plan was. Een zakdoek kwam tevoorschijn & ze maakte haar duim al nat.
‘Kan je je nou niet ‘ns fatsoenlijk schoon maken?’
Waarop haar duim & zakdoek de schoonmaakbeurt achter de oren begonnen.
‘Mam, ik kan ’t ook zelf,’ zei ik dan gekweld.
Want m’n moeder was niet zachtzinnig in ’t vuil verwijderen van achter de oren. Alsof ze de vloer aan ’t boenen was. Onderwijl werd hoog bij de elleboog 1 van de tegenspartelende armen vastgehouden. Zodat ik niet kon ontsnappen. ’t Afknellende gevoel van de kneep werd verergerd door m’n weerzin tegen de schoonmaakbeurt. Want na ’t linkeroor was ‘t rechteroor aan de beurt. ’t Werd alleen maar erger. Des te meer je tegenspartelde, des te groffer werd de behandeling.
’t Meest afschuwelijk was toch wel de natte duim. Ze stopte ‘m in haar mond om vervolgens achter m’n oor te gaan boenen. Bah, schoonmaakspul rechtstreeks uit haar mond. Ik wenste dat ik nooit in de buurt van de bank was gekomen. Alsof ze me de hele dag had zitten beloeren, & als prooi uiteindelijk te pakken had gekregen. Ik was een vliegje dat geen rekening had gehouden met de opgekrulde tong van de kameleon.
Ik keek maar niet naar wat ’t resultaat was van m’n eigen schoonmaakactie. Ik kon ’t zo wel voelen. Kruimeltjes korrelden naar beneden, langs ’t lome lichaam dat nog in de roes van gister zat. De thee zou me straks wel doen ontwaken.
Water in de thermoskan. Theezakje. ’t Traag op & neer bewegen, zodat ’t proces sneller vordert. & Ook om m’n gedachten vast te houden, tegen te houden eigenlijk. Mezelf onderdompelen in rites. ’t Nieuwe ontwerp theezakje, waarbij ’t plakkend papiertje de vervanging van ’t nietje is. Milieubewust, dacht ik erbij. ’t Enige wat ik mezelf toeliet. ’t Was al erg genoeg dat zoiets traditioneels als thee ook onderhevig was aan vernieuwingsdrang.
Maar opeens kijk ik naar 2 zakjes, die door mijn op & neer bewegende hand keer op keer ondergedompeld worden in ’t hete water. Bruine sporen achterlatend. 2 Zakjes, de 1 hangend aan de andere.
Ik dacht dat ’t er altijd maar 1 was. 1 Zakje. Nu is 1 van de verbindingen tussen de 2 zakjes doorbroken (de vervanging van ’t nietje) & wordt me duidelijk dat er zich een revolutie op theezakjesgebied heeft voorgedaan. Of vergis ik me in deze & heb ik gewoon niet goed opgelet?
Ik haal een ander Pickwick theezakje tevoorschijn, haal ‘m uit z’n papieren omhulsel.
‘tZelfde. 2 Zakjes. Dunnetjes tegen elkaar aangevleid.
Ik prop ‘m terug in z’n papieren reservoir, waarschijnlijk zo gecreëerd dat de uitdroging minimaal is. Hebben ze vast allemaal over nagedacht, denk ik op mijn beurt.
’t Denken is gestart; ik hou ’t niet meer tegen. De molen is gaan lopen, de trein heeft vaart gemaakt & zal niet anders dan moeizaam te stoppen zijn. Beelden van gister komen terug.
Een klasje van 10 moeilijk te handhaven adhd-gevallen in een coupé voor 60 personen, stuk voor stuk bewerend dat ze webloggers zijn.
‘Kent u dat verschijnsel, meneer de conducteur?’
Een gil van 40 km onderneemt de reis van Utrecht naar Amsterdam. De kop lijkt al aangekomen te zijn, als de staart nog in de stationshal staat.

In Zijperspace drinkt men ogenschijnlijk rustig ’t ochtendlijke bakje thee.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *