OLVG

Ik had eigenlijk geen idee. Ik ging zeg maar blanco naar binnen. Op zondagochtend, leek me logisch, blijkt ‘t redelijk stil, staat er een man (bewaker? gastheer? service? wegwijzer?) achter spanbanden die de weg versperren op de aangewezen route na, zodat je niet zonder zijn goedkeuring hem voorbij komt, & wordt de servicebalie (heette vroeger receptie?) nog maar net door de zondagse dienst in werking gezet.

Een schuchter ‘Apotheek?’ helpt niet.
1st Word je gemaand bij de ‘wasstraat’ (zoals bij de IVN-Zomerweek, leg ik later wel uit, niet voor je vieze bordje-bestekje, maar voor je handen) aan de slag te gaan, maar met een o zo vriendelijk gezicht dat je van een andere wereld moet komen wil je die man niet gehoorzamen.
Handen gedroogd na de wasbeurt, heeft hij ondertussen al informatie ingewonnen.
‘Ik hoor dat de apotheek om 10 uur open gaat. Maar u mag evengoed zelf wel even kijken.’
‘Ik heb daarnet online gekeken & gezien dat ze om 9 uur open zouden gaan.’
Minzame glimlach, met alle begrip.

Dan passeer ik 4 zorgmedewerkers, die zo heten omdat hun officiële functie niet van hun gezicht of kostuum af te lezen valt. Bovendien ook omdat ze met die titel door een spandoek & begeleidende dankbloemen aan ‘t hek van ‘t park aan de overkant geprezen worden.
Ze nemen afscheid op een afstand die buiten deze deuren tot een boete of vermaning zou leiden.
‘Slaap lekker,’ zegt de 1.
‘Ja, jij ook,’ zeggen er 3.
De dame die voor mij bij de wasstraat al eerder klaar was met handen wassen vraagt ‘t duo zorgmedewerkers dat in dezelfde richting loopt: ‘De apotheek…?’
‘Nee, weten we niet,’ reageert 1 zorgmedewerker. ‘Ze hebben ‘t al een paar keer aan ons gevraagd, maar we weten gewoon niets.’
Dan kunnen ze beter maar snel gaan slapen. Of 1st wat drinken, dat schijnen zorgmedewerkers met nachtdienst te doen in ‘t ochtendgloren. Hoewel die cafés vast ook gesloten zijn. Net zo gesloten als de OLVG-apotheek.

Een uur later weet ik gelukkig nog steeds de moeilijke naam van m’n neusspray uit m’n hoofd.
‘Maar,’ zegt de apotheekmedewerkster, die in een ziekenhuis, is inmiddels mijn ervaring, net zo goed dokter had kunnen zijn, zo verstandig & van alle markten thuis, ‘om eerlijk te zijn, die spray zorgt er niet voor dat u ‘t minder benauwd gaat krijgen.’
Dáár had ik me wel op voorbereid. De sfeer, de leegte, ook een uur later nog steeds gelijk: dat niet.
‘Weet ik. Maar ik ga er wel wat beter door m’n neus van ademen. & Door de eikenprocessierups heb ik ‘t sinds afgelopen zomer snel benauwd.’
Daarop gaat ze haar best doen in zoverre dat mogelijk zou kunnen zijn & krijgt dat vorm in een goede uitleg hoe ik de doktersdienst telefonisch in moet schakelen voor ‘t verkrijgen van een recept.

De man bij de entree & ik kennen elkaar inmiddels. De verplichte wasbeurt is een 1 keer per uur terugkerend ritueel inmiddels. Maar toch zal ik straks eens proberen een wat definitievere ‘Tot ziens’ uit te spreken.
‘t Gesprek met de doktersdienst was soepel verlopen. Ik had al m’n gegevens opgelepeld, waarna de instructie volgde dat ik teruggebeld zou worden & daarop moest wachten. Nog voordat ik op m’n fiets kon stappen was dat al ‘t geval. Opnieuw m’n verhaal verteld, wat extra informatie, een grapje tussendoor; ach, ‘t kwam allemaal goed. Ook al twijfelde de dame aan de andere kant of ik ‘t wel bij ‘t OLVG mocht ophalen: die was alleen voor corona.
Maar toch, uiteindelijk, tijdens een korte bespreking met mij in de wacht…
Over een uur zou ‘t recept daar liggen.

Ik nies in de tussentijd. Tussen de 2e keer de goede welkomstman ontmoeten (heen & weer geloop niet meegerekend) & de laatste maal.
Ik nies. Bij mij zelf thuis, in afwachting tot ik weer vertrekken kan voor ‘t ophalen van mijn medicijn.
Ik had niemand zien niezen daar, noch gehoord. Maar ‘t was al zo leeg. De echo van lege hoge hallen zal elk geluid verspreiden & mijn neus, ook nies, verraden.

Vreemde fantasieën ontstaan na zo’n nies. ‘t Werd moeilijk onschuldig de bewaking te passeren, eens de goede man. Je weet maar nooit waar je belandt als ‘t je juist daar opnieuw gebeurt. & Dan is ‘t maar al te makkelijk om mij in leegte weggevoerd te krijgen. De leegte van dit ziekenhuis op zondag, de achter gesloten deuren waar de zorgmedewerkers nachtdienst draaien. Al was ‘t slechts voor verkoudheidsquarantaine. Of voor een kriebel in de neus die bij gebrek aan neusspray was ontstaan, maar zich erger kon ontwikkelen.

Ik loop de deur uit, de rolstoel-langzaam draaiende deuren die stoppen als de voetganger te snel wil. Heb nog net ‘Tot ziens’ gezegd.

Hoop echter dat ‘t daarbij blijft in Zijperspace.

Eén reactie op “OLVG”

Laat een antwoord achter aan Toets Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *