Mijn huis is een boekenboerderij. Vertaal dat in ’t engels & denk voor boeken dieren.
Niet elk van hen is nl even gelijk. Maar ik probeer ’t niet te laten merken.
Zo zijn de romans in aandacht opgeschoven & krijgen ze geen alfabetische volgorde meer. Niet dat daar nog veel bijkomt die mogelijke zorg noodzakelijk maakt, maar mocht ’t zo zijn, komen ze op de methode ‘zo min mogelijk arbeidsintensief’ op hun achterkant bovenop een rij staanden te liggen. Ik neem nog net de moeite de rug leesbaar te laten zijn. Voor latere referentie.
Maar ik kijk ze aan. Bewonder ze. M’n ogen strelen hun aanwezigheid, zeker die hier dicht in de buurt.
Dat wat uitsteekt geef ik af & toe een duwtje, bedenk me dan dat dit niet zonder reden was, want met z’n achterbuurman te groot voor de diepte van de plank. Loop ik om de kast heen & schuif de achterbuurman weer in positie & wrijf teruggekomen goedkeurend langs de voet van ’t boek, z’n tenen overboord.
Heel veel is ook nog niet gelezen. Ze moeten gewoon aanwezig zijn. Voor ‘je weet maar nooit’ of om me dromend toe te wenden met de gedachte ‘Jij komt ook nog wel aan de beurt’.
Vooral rijtje Darwin dromen ze wat dat aangaat over een gouden toekomst. Ze zijn met velen, maar je voelt de hoop gloren.
Afdeling Insecten voelen zich in vergelijk enigszins weldadig & voornaam. Zij kunnen bij de minste gelegenheid opgepakt worden. Van bladzijden wapperend tot diepgaand raadplegend. Maar ook met bewondering aanschouwend voor een kort moment, plaatjes koekeloerend, dromend waarom de inhoud, ’t onderwerp, nog niet genoeg verklaard.
Er heerst echter ongelijkheid in natuurboekenland. Zo gegroeid omdat de mens jarenlang bevooroordeeld was. Beperkt interessegebied is daar historisch van de oorzaak. Vogels wat de klok slaat, want daar ging de aandacht voornamelijk naar uit. Dus probeerden velen er over te schrijven. & Wat goed is komt bovendrijven. Veel vogelboeken derhalve, die ik met veel plezier lees, want dat gaat altijd makkelijker met kwaliteitsliteratuur.
Men heeft jarenlang gedacht dat bomenboeken als hun onderwerp omvang moesten hebben, met grote illustraties van statuur. Daarbij vergetend dat tekst minstens zo belangrijk is.
Ik lees liever over de bomen, dat geeft ze meer leven. Pas de laatste tijd is men hier in uitgeversland NL er achter dat dergelijke boeken gretig aftrek genieten, ook al, vooralsnog vooral, afhankelijk van vertalingen.
Die kast staat vol met ongebruikt, alleen de determinatieboeken & ’t spaarzame leeswerk heeft z’n doel, gelezen te worden, daadwerkelijk bereikt.
Ze moeten er evengoed gewoon zijn, blijven ook. Al blijven de bladzijdes dicht aaneen gesloten. ’t Mag niet weg, ze zijn me alleen al voor ’t staan of soms liggen, even dierbaar, zoals m’n ouders over hun kinderen konden zeggen. Ook al kreeg de jongste grotere kado’s toen er meer geld kwam. Maar waar de jongste op jonge leeftijd z’n broers ’t huis al zag verlaten, krijgen de boeken bij meer geld alleen maar extra gezelschap.
Morgen koop ik met een timeslot & een stadspas gewapend de natuurafdeling van een kringloop in Zijperspace leeg.