parade

‘Heb jij iets gehoord over de Parade?’
‘Welke parade?’
‘De Parade.’
‘Ik heb geen parade voorbij zien gaan.’
‘Nee, niet zo’n parade.’
‘Over welke parade heb je ’t dan?’
‘Over De Parade.’
‘Maar waar?’
‘Waar ’t altijd was.’
‘Dan ben ik er zeker nooit geweest.’
‘Jawel. We zijn er samen nog geweest.’
‘Maar dan was ik er zeker niet bij.’
‘Hoe kan je er niet bij zijn geweest als we er samen waren?’
‘Omdat ik niet weet waar je ’t over hebt.’
‘De Parade. In ’t park. Tijdens de zomer.’
‘Oh! De Parade! Met die draaimolen?’
‘Ja, die.’
‘Wat is daarmee?’
‘Of je daar iets over gehoord hebt.’
‘Wanneer? Afgelopen jaren?’
‘Nee, die van dit jaar.’
‘Wanneer is die Parade dan?’
‘Ja, dat vraag ik nou juist. Heb jij daar iets van gehoord?’
‘Nee, is ’t dan al voorbij?’
‘Ja, wat ik ervan gehoord heb wel.’
‘Waarom hebben ze dat dan niet even aangekondigd?’
‘Dat vroeg ik me ook af.’
‘Ik vond ’t altijd wel leuk.’
‘Misschien vonden ze ’t zelf dit jaar de moeite niet.’
‘Ik heb ook van niemand gehoord dat ze er naar toe waren gegaan.’
‘Ja, vroeger ging iedereen er heen.’
‘Tenzij wij niet gingen.’
‘Ja, dan gingen ze niet.’
‘Wij ook niet.’
‘Dat zeg ik net.’
‘Misschien waren de mensen die wel naar de Parade gingen wel op de Parade op ’t moment dat we ’t er over zouden hebben.’
‘Die snap ik niet.’
‘Ik bedoel dat de mensen die wel op de Parade waren ’t niet over de Parade hebben kunnen hebben omdat ze op de Parade waren.’
‘Dan kunnen ze ’t daar toch over de Parade hebben kunnen hebben?’
‘Ja, maar wij waren er niet bij.’
‘Oh, bedoel je dat.’
‘Vond je ’t zelf de laatste tijd niet een beetje rustig?’
‘Ja, maar ik dacht dat ’t aan ’t weer lag.’
‘Ja, op de Parade zal ’t daarom ook wel rustig zijn geweest.’
‘Daar waren natuurlijk alleen maar de mensen die ’t over de Parade hadden.’
‘Ja, & verder niet.’
‘Leuke boel moet dat zijn geweest.’
‘Ik vond zowiezo altijd al dat ’t daar vol met mensen zat die er nogal prat op gingen dat ze op de Parade waren.’
‘Ja, je moest er zijn.’
‘& Als ’t voorbij was, moest je er zijn geweest.’
‘Dus ’t zou nog moeten komen, dit jaar?’
‘Nee, ’t is al geweest, zeg ik toch.’
‘Oh? & Niemand die ’t er over heeft gehad.’
‘Ja, alleen de mensen die daar waren dus.’
‘Misschien dat zij ’t er dan nog over gaan hebben.’
‘Ja, ze zijn de enigen die ’t er nog over kunnen hebben.’

& In Zijperspace moeten ze ’t er daar ook op een gegeven moment over gehad hebben kunnen hebben.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *