principes

Voor hem was ik bang. Op een gegeven moment zou ik met hem de confrontatie aan moeten gaan. Liegen of barsten. De waarheid vertellen of die juist verbloemen, opleuken misschien hooguit.
& Nu kwam-ie bij mij de winkel in lopen. In 1 van z’n meest positieve buien. Brede glimlach, een zonnig gezicht, alsof-ie elke straal die vandaag had geschenen had opgevangen, sportief jasje, flodderig over z’n blouse openhangend.
Ik had ‘m eerder nors gezien, gehaast, een geagiteerde blik van dingen die ervoor zich hadden afgespeeld.
‘Ik heb wat lege flessen,’ zo meldde hij nu.
‘Ja, zet maar neer,’ zei ik.
Hij pakte de tas uit & ik stopte de flessen in de daarvoor bestemde kratten, telde ondertussen ’t statiegeld. Terwijl m’n blik bevangen werd door de grote hoeveelheid Leffe Tripel die retour kwam. Meer dan gewoonlijk. Slechts een paar Duveltjes.
Ik had van de week nog een opmerking gemaakt naar collega Jan. Dat we Leffe Tripel ook niet meer in ’t schap hadden staan. Blond & Bruin wel, want die waren op grote fles leverbaar, maar dat was voor de tripel niet ’t geval. Radieuse mocht wel in kleine fles verkocht blijven worden omdat ’t een uniek bier was, maar de tripel zouden we gewoon niet meer aanbieden; was dat de bedoeling?
& In m’n achterhoofd doelde ik met m’n vraag op deze man. Ik wist dat-ie ooit weer de winkel in zou stappen.
‘Je hebt totaal € 1,40 statiegeld,’ riep ik de man na die tijdens mijn tellen verder de winkel in was getrokken. ‘Dan kunnen we ’t samen onthouden.’
& Ondertussen hield ik met een schuin oog in de gaten welke kant hij op zou gaan. Hoewel dat niet nodig was: ik wist ’t toch wel.
Hij bleef stilstaan. Keek naar de bovenste plank. Een leemte, ik zag precies voor me waar hij die leemte lokaliseerde.
‘Ja, we hebben geen Leffe Tripel meer,’ zei ik luid.
‘Ik kon ’t al niet vinden,’ zei hij. ‘Krijgen jullie van de week weer binnen?’
Dit was de crux. Hier ging ’t om. Rechte rug of slap voorover buigen. Mond open of naar lucht happen. Mee lachen of hem serieus van uitleg voorzien. In de ogen kijken of zeggen dat ’t een plannetje van m’n collega was.
‘Nee, we zijn ermee gestopt,’ zei ik.
Een weg van geen terugkeer, hoorde ik mezelf denken. Heldhaftige muziek zwol aan.
Ik keek ‘m aan. Met een glimlach. Beetje bravoure in m’n houding: de kassa-miep doet stoer.
‘We wilden ‘ns van Leffe af. ’t Wordt gemaakt door Interbrew. & Dat is verneukeratief voor de belgische biercultuur. Interbrew is al jaren de grootste. Koopt kleinere brouwerijen op. Om ze daarna te slopen. Zo ook hun bier. Al dat bier wordt zoeter, als ’t door Interbrew gebrouwen wordt. We wilden dus weer ruimte creëren voor de kleinere brouwerijen. We vonden dat die meer de aandacht moesten krijgen van ons. Dan blijft ’t aanbod speciaal. Dan blijven wij speciaal. Vinden we belangrijk.’
‘Dus ook geen Blond of Bruin?’
‘Die hebben we alleen nog op grote flessen. Daar sta je nu voor.’
‘Nee, dat hoef ik niet. Maar wat staat daar dan? Die rode fles?’
‘Dat is Leffe Radieuse. Een perfect bier. Is gebrouwen zoals de brouwer dat zelf wil. Gewoon een kwaliteitsproduct, geen concessie naar de verdergaande vervlakking van de smaak.’
‘Wat is ’t dan?’
‘Een heel fruitig biertje. Beetje bruinrood van kleur. Complex, je proeft meerdere dingen tegelijk. Mooi bier. Niet zoet.’
‘Nee, dan hoef ik ’t niet.’
Hij kwam weer terug naar de kassa. 3 Flesjes Duvel in z’n hand.
‘Ja, we proberen hier af & toe ook nog principieel te zijn,’ legde ik verder uit, glimlach ter ondersteuning, ‘want als wij ’t niet doen, de supermarkten doen ’t zowiezo niet.’
Hij glimlachte terug. Hij was nog steeds in een goed humeur, ik had op ’t juiste moment geschoten, correcte lading.
‘Statiegeld was € 1,40,’ sloeg ik aan op de kassa. ‘Dan wordt ‘t € 2,80 alsjeblieft.’
Hij betaalde, stopte z’n flesjes in z’n tas & vertrok.
‘Nu hebben we nog meer ruimte voor heel speciale bieren,’ verpestte ik ’t op ’t laatste moment, om toch nog even in vertrouwen wat extra communicatie te hebben, om geen afscheid te hoeven nemen van zelfgenoegzame principes die ik met verve wist te verantwoorden richting klant.
Een laatste blik achterom terwijl hij de deur achter zich sloot. Een frons op z’n voorhoofd.

De heldhaftige tonen waren verworden tot armetierig tromgeroffel in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *