radioactief

‘Een radioactief goedje?’ dacht ik. ‘Ga ik volgestopt worden met radioactieve vloeistof?’
Maar ik werd meteen alweer gerustgesteld door de mededeling van de zuster dat ’t slechts een heel klein beetje zou zijn. Ik zou er niks van voelen. Geen bijwerkingen ook.
Toch was ik er niet geheel gerust op. Bij ’t inspuiten keek ik ditmaal geheel niet. Dit in tegenstelling tot wanneer er bloed afgetapt moet worden: dan kijk ik nooit op ’t moment van prikken, maar vol verwondering als ’t er uit stroomt. Ook om te controleren of er niet te veel bloed m’n lichaam zou verlaten.
Nu hoefde ik echter niet te zien hoe er 1 ml radioactieve vloeistof m’n lichaam in werd gespoten. Ik bedacht dat ’t waarschijnlijk voor ‘t 1st was dat iets m’n lichaam in werd gebracht, behalve de gangbare prikken tegen div ziektes tijdens m’n jeugd.

Of ik nog iets te vragen had.
‘Nee,’ zei ik, ‘vragen schieten me altijd pas te binnen als ’t te laat is.’
Maar de verpleegster had me ook al aardig wat informatie toegeleverd. Over wat er allemaal met me ging gebeuren, waar ik de nodige zenuwen van kreeg. Om me daarna pas te vertellen dat ’t allemaal geen kwaad kon.
Ik hield echter in m’n achterhoofd dat ik zenuwachtiger moest zijn voor de verwijdering van m’n verstandskies morgen dan voor de scan van m’n schildklier vandaag.
Vervolgens werd me verteld dat ik tijdens de foto’s me niet mocht bewegen (‘Als er iets is dat ik vreselijk vind, is ’t stil moeten blijven zitten,’ zei ik), & dat ik hooguit 1 keer mocht slikken. Dan moest die foto wel over, maar daar gingen ze dan nog mee akkoord. Als ik ’t voor de rest dus vooral maar niet deed.
Je moet een mens nooit vertellen dat-ie niet mag slikken, want dan doet-ie ’t juist. Dat gaven de 2 verpleegsters meteen toe. Ik controleerde meteen even hoe slikken ook alweer ging. ’t Werkte wat vervreemdend, alsof je een woord 10 keer achter elkaar zegt, om dan te ervaren dat ’t maar een gek ding is, dat woord. Zo voelde ’t ook in m’n keel.

Voor de rest was ’t niets bijzonders. Ik moest vooral veel wachten. Wachten tot ik aan de beurt was bij de receptie. Wachten tot ik opgeroepen werd om die prik met radioactieve vloeistof te kunnen krijgen. Wachten op de dokter die handmatig zou controleren hoe groot m’n schildklier was. Wachten tot de vloeistof in m’n schildklier was terechtgekomen. Wachten tot de foto gemaakt was. Wachten tot ik goed neergelegd was om een volgende foto te kunnen maken. Wachten op de mededeling of ik nog moest blijven om ook nog een echo te laten maken.
& In die tijd van wachten kon ik verder gaan met Harry Potter. & Ik kon daardoor gelijk wachten op opmerkingen van passerende verpleegsters.
‘Zooooooo, dus al aan Harry Potteeeeeeeeeeerrrrr?’ zei er 1, grinnikend de hoek omgaand.
Een ander begon te lachen toen ze mij zag. Tenminste, dat dacht ik. Kende ik haar ergens van? Kwam ze wel ‘ns bier bij me drinken.
Maar op ’t moment dat ik dacht dat ik haar favoriete barman was, vroeg ze: ‘&? Is ’t al spannend?’
Ik lachte minzaam. Alle keren. Dacht eigenlijk meer aan de radioactieve vloeistof. Ik kon uit m’n wondje lekken, had de verpleegster gezegd, een klein druppeltje misschien. Dus kreeg ik een watje met een pleister.
‘Oh, anders straal ik radioactiviteit uit naar andere mensen?’ zei ik verwachtingsvol.
‘Nee,’ zei ze glimlachend, ‘ik dacht meer aan je kleren. Dan worden die niet vies.’

’t Is blijkbaar nog steeds veilig dichtbij Zijperspace te komen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *