reparatie

‘Kunnen we ‘m niet beter buiten uitproberen?’ vraag ik.
‘Nee, dat kan niet,’ zegt Quint.
‘Jawel, toch? Dan gebruiken we de tuinslang om ‘m vol te laten lopen.’
‘Nee, dat kan niet.’
‘Oja, ik zie ‘t. De watertoevoerslang zit er aan vast.’
We trekken de wasmachine naar voren. Zodat we ’t geheel kunnen overzien.
‘We moeten weten waar ’t vandaan lekt,’ legt Quint aan m’n moeder uit.
‘Ja,’ zeg ik kundig. ‘Niet alleen maar van de voorkant.’
We sjorren & rukken.
‘Kan ik gelijk ’t zeil schoonmaken, daar waar de koelkast stond.’
Ik zie nl zwarte slierten liggen. Wat afgevallen korreltjes roest.
‘Nou, daar gaan we,’ zegt m’n broer. ‘Hoe zet je ‘m aan?’
‘Kraan open?’
‘Ja.’
‘Dan draaien we een kort programmaatje.’
Ik draai aan de knop. Trek ‘m er uit, zodat-ie aanslaat. Sla vervolgens de ontwikkelingen gade. ’t Water loopt de machine in & de schakelaar tikt.
‘Hier zit ook een gat,’ wijs ik aan de achterkant naar een soortement ontluchtingsgaatje. ‘Daar kan ’t ook door gelekt zijn.’
We blijven kijken.
‘Oh, shit, ’t stroomt al,’ zeg ik. ‘’t Komt van binnenuit.’
‘Ok, dan moet ik binnen in de machine kijken.’
‘& Ik moet ’t zeker weer bij gaan dweilen? Ma, kan jij even die doekjes aangeven?’
M’n moeder gooit me wat toe. Ik ga op m’n knieën.
‘Marc,’ roep ik naar m’n jongste broer, ‘kan jij even dat teiltje gooien?’
Iedereen doet wat, maar ik doe ’t meest. Quint is ondertussen bezig de machine aan de achterkant te openen.
‘Ton, maak ’t hier ‘ns droog,’ zegt-ie.
‘Waar denk je dat ik mee bezig ben?’ reageer ik geprikkeld.
Zo schoon heeft de vloer nog nooit gezien, denk ik ondertussen. Alsof dat m’n bedoeling was. Op dit moment lijk ik liever een vieze vloer te hebben. 10-talle malen knijp ik dweiltjes & theedoeken uit boven de teil.
‘Geef me in ieder geval een doekje,’ zegt Quint. ‘Ik ga niet met m’n rug in de nattigheid liggen.’
We kunnen goed samenwerken, bedenk ik me. Alleen op een snauwtoon kan iemand de leiding verkrijgen.
Quint ligt op z’n rug. Hij kijkt de machine in. Hij gebruikt z’n mobieltje als zaklantaarn.
‘Oh, d’r zit een slangetje los,’ zegt-ie. ‘Die is losgeraakt tijdens ’t vervoer.’
‘Is dat alles?’ vraag ik.
‘Ja,’ zegt Quint. ‘Kon ook niet anders. Een ½ jaar geleden deed-ie ’t nog. Nooit gelekt.’
Hij staat weer op.
‘Zet ‘m maar weer aan.’
‘Ja, jij mag dweilen als ’t weer nat wordt.’
Ik ben nog maar net klaar met de vorige vloedgolf.
‘Er gebeurt niks meer.’
‘Is ’t al gebeurd?’ vraagt m’n moeder vanuit de tuin.
‘Ja, zullen we naar een museum gaan?’ vraagt Quint. ‘Die machine heeft maar 5 minuten geduurd, dus nu hebben we de hele middag de tijd.’
‘1st Kijken of-ie niet gaat lekken,’ zeg ik nog ietwat onzeker.
‘Ja, laten we maar naar een museum gaan,’ zegt Marc.
‘Of naar de Artis,’ stelt m’n moeder voor.
‘Nee, niet naar Artis.’
‘Ik ga 1st even een was doen,’ zeg ik. ‘Ik heb geen schone dweiltjes & theedoeken meer.’

Voor een mogelijke volgende vloedgolf in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *