sanne

We zijn de laatste tijd enthousiast als Sanne binnenkomt. Hij lacht zo leuk. Hij laat ’t zo leuk over zich heen komen.
‘Haaaa, die Sanne,’ roept er minstens 1 van ons. ‘Leuk dat je er bent. Heb je een nieuwe blouse?’
& Dan lacht-ie. De lach van een man die je geen kwaad wil doen.
‘Ja, deze heb ik net nieuw.’
& Vervolgens draagt-ie de hele week dezelfde.
‘Haaaa, die Sanne. Leuk dat je er bent. Draag je nou de hele week dezelfde blouse, of heb je meteen een paar gekocht?’
Dan lacht-ie ook. Zo’n glimlach van een dikke goeierd.
‘Ja, ik koop er altijd meteen 10.’
De verhalen die we tegenover elkaar hebben verteld worden dan ontnuchterd. Hij gaat niet altijd vroeg naar huis om snel z’n blouse of shirt in de was te doen zodat deze de volgende dag droog genoeg is om weer te dragen.
Bovendien gaat-ie niet altijd vroeg naar huis. Hij blijft ook vaak tot sluitingstijd. We hebben niet goed genoeg opgelet om te weten of-ie in dat soort gevallen de volgende dag in een andere blouse verschijnt.
‘Ik vind ’t zo makkelijk,’ zei hij me laatst, ‘ik steek m’n hand in de kast & ik heb een blouse. Dan hoef ik niet na te denken over wat ik nou ‘ns zal aantrekken.’
We vinden ’t ook zo leuk van Sanne dat-ie alles evengoed heel serieus neemt. Van ons is de lol van ’t gezicht te lezen. Maar we bedoelen ’t niet kwaad. Dat weet-ie. We denken dat-ie dat weet.
Toch stond-ie met z’n minzame glimlach uit te leggen hoe ’t komt. Een beetje haspelend. Z’n neus iets omhoog. Terwijl-ie z’n portemonnee in z’n handen hield, want hij moest nog betalen.
‘Ik hoef ook geen keuze te maken,’ zei ik. ‘Ik pak gewoon een t-shirt.’
Maar ik begon meteen te twijfelen. Ik heb er zoveel dat ik 150 dagen achter elkaar een andere kan dragen. Dan moet je wel een keuze maken.
‘Nee, jij hebt elke dag een ander aan.’
‘Nee, ’t klopt niet wat ik zeg,’ weersprak ik mezelf. ‘Ik moet wel keuzes maken.’
Voor Sanne was ’t allang al goed. Hij keerde zich om met z’n biertje & ging op ’t terras zitten. Waarschijnlijk een cryptogram oplossen. Als de gebouwen aan de overkant hem in de schaduw zetten verschoof-ie z’n stoel.
Behalve aan de bar kom ik Sanne ook wel op de wc tegen. Staan we met z’n 2-en bij de pisbak. Een soortement trog voor mannen die moeten plassen. Een omgekeerde functie. Er hangen drie buizen boven waar straaltjes water uit komen.
Bij de vorige pisbak hield Sanne z’n hand wel in de straal. In de waterstraal, voor alle duidelijkheid. Misschien uit smetvrees. Ik heb ‘t ‘m nooit durven vragen. Nu staan de stralen niet ver genoeg naar voren. Hij concentreert zich daarom tegenwoordig vooral op z’n eigen lichaam. & De activiteiten die daarmee plaatsvinden.
‘Ha, die Ton,’ lachte hij me van de week tegemoet.
Hij was blijkbaar bijna klaar. Kon zichzelf toelaten afgeleid te worden.
Sanne is een man die voor bepaalde handelingen concentratie nodig heeft. ’t Zoeken van muntjes & ’t onthouden van een bestelling behoren bij dergelijke handelingen. Volgens mij ’t plassen in de pisbak ook. Ook dat durf ik ‘m niet te vragen.
‘Mon Ton,’ giechelde Sanne zacht. ‘Bon Ton.’
Je vraagt je af waar je dat aan verdient hebt. Dat moet je echter niet te lang doen, want anders is ’t grapje van Sanne niet meer leuk.
‘Da’s nou grappig dat je dat zegt,’ zei ik. ‘Toen ik klein was, mocht ik naar de Sinterklaasbingo in de speeltuin. Ik won bijna niks. Maar er waren zo verschrikkelijk veel chocoladeletters dat ik er uiteindelijk toch ook 3 won. De M, de B, & aan ’t einde toch ook nog de T. Mon Bon Ton, dacht ik toen. Precies wat jij zegt. Grappig, hè?’
Maar Sanne begreep ’t niet. Zo keek-ie in ieder geval.
‘Ja, ja,’ zei hij.
Hij keerde zich om & verliet ’t toilet. Hij vergat geheel z’n handen te wassen.

Dat hebben wij dus maar voor hem gedaan in Zijperspace.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *