schemering

Eigenlijk moet ik er gewoon voor zorgen dat ik niet na ‘t avondeten in slaap val. ‘t Geeft een ontheemd gevoel. Ik weet nog net waar ik ben, zogauw ik wakker word, maar daar is dan ook alles mee gezegd.

‘t Kan best gezellig zijn, ouwehoeren in ‘t t-shirt-dunne weer. Vooral als zich dat nog niet al te vaak heeft voorgedaan, dit seizoen. ‘t Geeft de mogelijkheid tot ‘t weerzien van een x-vriendin, ‘t in real-life bijpraten met een internet-vriendin, & ‘t visueel op de hoogte stellen van ‘t verder uitdijende heelal van een vroegere bedgenote. Heb ik daar een bijdrage aan geleverd? Vroeg ik me bij de laatste confrontatie af. Nee, daarvoor is ‘t véél te lang geleden.
De gezelligheid vertroebelt de gewaarwording. De wereld is nog wel de wereld, maar toch ietwat rooskleuriger dan de voorgaande ochtend, gemoedelijker dan de start van de middag. Alles wordt door een gekleurde bril gezien, zelfs als de zon niet ‘t terras beschijnt.

Op een gegeven moment moet er echter gegeten worden. & Liefst in de ontspannen omstandigheid die ook wel thuis genoemd wordt. Iedereen zwermt uiteen. Eenieder heeft z’n eigen plek van bestemming. Kusjes, tot ziens, we bellen, we melen, ik hoor gauw van je, prettige vakantie, &zovoort.

Eten bereiden, consumeren & in slaap vallen. Een logische volgorde. Gezien ‘t voorgaande.

‘t Is een vreemde houding waarin ik me bevind, als ik wakker word uit de after-dinner-dip. Wat is ‘t nog donker voor zo vroeg in de ochtend, bedenk ik me als ik enigszins bij kennis ben.
& Dorst, vooral veel dorst. Een neus die vol zit & een mond waaruit al ‘t vocht verdampt lijkt. Langzaam sta ik op, met m’n kilo’s wegend hoofd. Tastend wijs ik mezelf de weg tussen de chaos van alledag, die in deze nog-maar-net-ontwaakt toestand bijna onoverkomelijk lijkt. Ik schrik op, doordat m’n blik die van de klok kruist: 5 voor 5! Vandaar die schemerige toestand, niet alleen in m’n hoofd. ‘t Minieme licht van buiten beschijnt m’n kamer, waardoor ik nog net kan zien wat ik doe.

‘t Is lang geleden dat ik de zonsopgang heb kunnen meemaken, ‘t is lang geleden dat ik de nacht heb oveleefd.
Ditmaal heb ik echter niet de nacht overleefd, laat staan dat ik de kans krijg de zonsopgang mee te maken. Maar dat besef ik me pas een ½ uur later, als ik bemerk dat ik in m’n slaapdronken, m’n middagdronken kop de kleine wijzer met de grote wijzer heb verwisseld.

We leven somtijds in een andere tijd in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *