snotkwatten

Ik zie nog net dat de auto de fiets omrijdt.
Die van mij blijft staan. Die staat in de rijrichting. In de looprichting. ’t Is maar welk vervoer je hanteert.
De jongens lachen. Ik zie de lach vanachter de autoraampjes tussendoor de voorbijgangers. De bedelaar blokkeert ook deels m’n zicht.
Die keert zich om. Hij is net niet geschampt.
Hij ziet de fiets liggen. Raapt ‘m op. Zet ‘m opnieuw op z’n standaard.

Ik ken ‘m wel. Zo lang ik hier werk is-ie bedelaar van beroep.
Ik geef ‘m nooit wat. Als ik werk heb ik geen portemonnee.
We doen meer een ruilhandel. Hij kleingeld, ik een 5-je. Over & weer.
‘Shit, is ’t weer door m’n zakken gevallen,’ verzucht-ie vaak.
Bedelaars hebben gaten in hun zakken.
De kip & ’t ei.

De jongens kijken de bedelaar aan. Hij wuift z’n hand. Van: nee, is niet m’n fiets.
Ik heb ‘m nog nooit met een fiets gezien. Hij loopt altijd. Voorover. Gehaast. Onderweg naar de volgende stuiver.
Je ziet zelden een bedelaar hier in de straten die niet een beetje haast heeft. Dat zijn andere bedelaars. Dat zijn andere plekken.

De jongens stappen uit.
Ja, inderdaad. Jong, marokkaans, te dure kar. Alle vooroordelen.
Dus kijk ik maar de andere kant op, want ik ben blij dat mijn fiets nog staat.

De bedelaar is klaar. Hij heeft de fiets rechtgezet. Hij snuit z’n neus. Zoals andere mensen met speeksel spugen.
Ik heb ’t zelf vroeger wel ‘ns geprobeerd. Maar dat wil mij niet lukken. De snot blijft ergens halverwege hangen. Dan krijg je een hele sliert
aan je neus hangen.
De bedelaar is ervaren. Hij verliest blijkbaar ook regelmatig z’n zakdoek. Of nee, zo’n maandpakket papiertjes uit de supermarkt kan-ie
natuurlijk niet doorlopend met zich meezeulen.
Een bedelaar heeft nooit wat bij zich. & Heeft gaten in z’n broek.

De toeristen lopen in een boog om hem heen. Hoewel je niet kan zien dat-ie gaten in z’n broek heeft.
Ze hebben natuurlijk dat snotkwatten gezien.
Hij kijkt op. Die wijde boog valt ook hem op. Hij is niet achterlijk.
‘Nee, hoor,’ zegt-ie, ‘’t kwam daar terecht.’
Hij wijst naar de plek waar z’n snot is neergekomen.
Ik knik met m’n hoofd. Hij heeft gelijk.
Maar heeft u misschien wat geld, loopt-ie met z’n open hand achter de zelfde toeristen aan. De hand die hij net nog gebruikte om 1 neusgat dicht te drukken.

Alles verdwijnt weer uit beeld in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *