Waarde luisteraars!
Ik ben alleen.
Daar wil ik emotie in leggen, maar dat lukt me niet zo goed. Als ik dat op deze wijze mededeel zegt ‘t eigenlijk niet zo veel. Daar ben ik me terdege van bewust.
Daarnaast is ‘t nou 1maal zo dat ik me doorgaans lekker voel, bij dat alleen.
Ik ben ‘t gewend, ben er mee verwend, ken ook, soms, geen andere overlevingswijze dan ik tegen de rest. Qua ik in m’n 1tje. De rest met de rest.
Tenzij ik met iemand anders.
Ik tegen de rest is natuurlijk niet waar. Ik probeer ook maar te overleven. M’n hoofd boven water houden. Me zo goed mogelijk recht overeind schoppen & nog wat uitdrukkingen meer.
Ik ben er op een gegeven moment achter gekomen dat iemand om je heen heel prettig is. Dat houden van heel plezierig is. Streven om bij elkaar te blijven, streven om bij haar te blijven, streven om ‘t streven an sich.
Ook al doe je dat uiteindelijk alleen.
Ik ben heel goed in alleen. Heb ik dat al eerder gezegd?
Ik ben heel goed in alleen.
Zodat men ‘t goed begrijpt. & Ook 3 keer goed onder elkaar ziet staan.
Ik die me dat mezelf steeds weer zit in te wrijven. Me dat mezelf. Me dat mezelf. Zo klinkt dat, zo wrijft dat. Fout geschreven, goed gewreven.
Ik schep momenteel voldoening in inwrijven & herhaling daarvan. & Nog wat fouten die ik mezelf toe laat staan.
Ik praat ook weer. Men luistert. Ik vertel verhalen & ik lees voor.
Ik weet tegelijkertijd niet waar ik dat aan verdiend heb, maar doe niet anders dan de spraakwaterval m’n lippen te laten ontglippen.
Maar als ik alleen ben, ben ik alleen.
‘t Zijn zulke stomme woorden. Des te vaker ik ze zeg ik minder ben gehoord.
…in Zijperspace…