Vanaf heden zij er dan besloten dat de vrouw mijn kinderen niet voort zal brengen. Enig welke vrouw ook. Noch enig kind. Ze zullen mij niet meer pijnigen met de verleiding. Wederom vrouw noch kind. Dan maar geen nageslacht. ‘t Geslacht der Zijpen van de tak Ton zal uitsterven voordat ‘t besefte dat ‘t begonnen was. (Hoewel ik mij wel zeer bewust was, & zodoende ook nog steeds ben, van mijn bestaan).
Mede daarmee is besloten dat de vrouw niet meer in staat gesteld moet worden met adem of enigszins blazende verplaatsing van de lucht dmv mondtuiting mijn oor te beroeren. & Daarmee de rest van m’n lichaam, wegens golfslagbeweging die deze doet veroorzaken in de opeenvolgende zenuwen & bijbehorende prikkels in de hersens door openstaande synapsen & verdergaande anatomisch bepaalde stuiptrekkingen.
Waarvan ik geen kaas gegeten heb.
Ik zal de rest van mijn dagen doorbrengen in tonen, klanken uit eigen mond, nietsbevroedende klanken, die ik tijdens de dagelijkse, misschien wekelijkse, mocht ik mijn bewegingsvrijheid in die wijze willen indelen, wandelingen, ommegangetjes, tot mij hoor komen. Waarvan ik de neiging zal hebben ze voluit over straat te doen schallen. Kenbaar makend dat ik m’n eigen taal heb, m’n eigen bevolking, m’n eigen gebruiksaanwijzing.
Een vrouw zij daar beter niet in gemoeid.
Haar vreemde lichaam doet rare associaties oproepen van vertes & vlaktes, die niet op die van holland, ‘t vaderland, lijken. Een ongekend spel is dat lichaam, waar men zich uren mee zoet kan houden. Waar vertes verleidingen lijken, & holtes diepe spelonken van geheimenissen. Waar glooiingen uitnodigen tot onverhoeds balanceren, roekeloze pogingen ‘t evenwicht te verliezen & zelfoppofferend gedrag.
Men kan er beter niet vertoeven.
Zeker niet zo’n gestel als 1 afkomstig van Zijperspace.