voorrechten

De trap was met vloerbedekking belegd. De onderste trap. Dat was de moeilijkste klus als ’t huis weer ‘ns wat nieuws nodig had. Er werd enkele dagen over gedaan. Alle hoeken & draaiingen. ’t Moest allemaal worden vastgezet met roedes & voor ’t oog onzichtbare nieten & spijkers.
Maar ook dat hielp niet. Zeker niet als we met z’n 2-en tegelijk de trap af renden om aan de ontbijttafel te gaan zitten.
‘Kan ’t nou niet even wat zachter?’ zei m’n moeder misnoegd, maar toch op zo’n toon dat niemand aanstoot aan haar verwijt kon nemen.
Terwijl ze thee voor ons uitschonk: ‘Pa ligt nog te slapen. Hou daar ook ‘ns rekening mee.’
Dat deden we vooral ’s nachts, in ’t weekend, op latere leeftijd. Je moest de 1e tree overslaan. Ergens in ’t midden ook 1. Dan bijna bovenaan, in de bocht, ik geloof de 3e van boven.
Ik reed van de week voorbij ’t oude huis. Als de huidige bewoners me hadden binnengelaten, dan had ik blind kunnen tonen welke treden kraakten & waar.
De 3e van boven kraakte vooral in ’t midden. Dat was handig te weten, want die eronder juist aan de zijkant. ’t Was moeilijk 2 treden over te slaan, dus zette je je voet daar waar ’t op die tree toch geen kwaad kon.
Maar een aangeschoten been is onvast.
Als snel weerklonk uit ’t middernachtelijk donker: ‘Ben jij dat, Ton?’
M’n moeder hoorde immers alles.
Dan had ik de helft er nog niet opzitten. Want tegen de tijd dat ik ’s avonds de stad in mocht, was ik samen met Carel verhuist naar zolder. Daar moest je de houten trap voor bestijgen, met gaten tussen de treden, waar je doorheen naar beneden kon kijken. & Pas heel laat heeft Pa die kunnen bekleden. Wat ook niet hielp. We waren nl veel zwaarder geworden & de kraak zat na al die jaren ook al in deze trap.
Schoenen dus uit in huis. Dan werd ’t huis niet vies & maakten we minder lawaai. In de hal dienden ze achter gelaten te worden, meteen bij ’t betreden van de woning. Alle schoenen lagen daar verzameld onder de kapstok van m’n ouders.
‘Nee, jij hangt je jas aan de andere kant,’ werd er gezegd. ‘Als je net zo’n dure jas hebt als wij, dan gaan we er over nadenken of jij ook een kleerhanger verdient.’
De schoenen lagen daar hoog opgestapeld. Er waren veel monden te voeden, schoenen te poetsen. Dus schoof Pa z’n schoenen onder de tafel aan de voorkant van de woonkamer.
‘Wie z’n schoenen staan hier?’ schalde er door ’t huis, wijzende vinger van moeder op ’t abusievelijk paar gevestigd.
‘Die van Pa!’ was ’t vanzelfsprekende antwoord van degeen die de regel overtrad, daarbij schijnheilig niet opkijkend.
‘& Die andere?’
‘Oh, ik had geen tijd.’
‘Dan maak je nu maar tijd.’
Je mocht niet verder gaan met ’t ding waar je mee bezig was voordat je je schoenen had opgeruimd.
Vaak had Pa z’n schoenen naast ’t bed staan. Dan kon-ie ze snel aantrekken, vlak voordat-ie naar school moest. Want hij werd altijd te laat wakker. Nog maar net tijd voor een boterham & een kopje thee. Door m’n moeder reeds lang uitgeschonken, met een scheut melk erbij. Dan kon ’t meteen de keel in.
Onderweg naar beneden maakte hij met z’n schoenen minstens zoveel lawaai als wij met z’n allen. Daar mochten we echter niks van zeggen, want Pa had bepaalde voorrechten. Hij zorgde dat we elke dag te eten hadden.
‘Maar als hij ziek is, krijgen we evengoed te eten.’
Die opmerking wilde niet helpen.
Hij was ook de enige die boven op ’t toilet mocht zitten.
‘Dan kan ik niet douchen,’ hielp in deze ook niet.
Hij nam z’n tijdschrift mee om een ½ uur lang de douche & de overloop in zijn geur onder te dompelen. Nog lang nadat hij daar gezeten had durfden wij de badkamer niet te passeren.
‘Pa heeft rust nodig na zo’n harde dag werken.’

Ik kwam van de week ’s avonds laat bij m’n moeder aan. Rechtstreeks vanuit m’n werk de trein genomen.
‘Ik trek m’n schoenen uit, hoor.’
’t Is allang niet meer zo vanzelfsprekend.
‘Goed zeg,’ zei ik vervolgens, ‘deze tafel is 1 van de dingen die jullie ’t langst met jullie meegenomen hebben.’
& Ik zette m’n schoenen eronder.
‘Maar daar dient-ie niet voor,’ zei m’n moeder.
‘Jawel,’ zei ik eigenwijs. ‘Daar zetten we al jaren onze schoenen onder. Bovendien hoeven Pa z’n schoenen er niet meer te staan.’
De volgende ochtend ben ik in de badkamer boven op de wc gaan zitten.

Men voelt zich steeds zelfstandiger in Zijperspace.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *