snijden

M’n enige bezigheid momenteel is m’n neus leeghalen. Waardoor m’n prullenmand wit ziet van ‘t papier; m’n tafel, m’n jaszakken, m’n broekzak, de vuilnisbak, & naast m’n beeldscherm ligt ook nog een zakdoek. Nog 1 keer gebruiken & die is ook vol. Ik kan een zakdoek slechts 2 keer gebruiken, dan is de zakdoek kledder. ‘t Lijkt alsof elk druppeltje vocht dat ik door m’n keel binnen krijg door m’n neus er weer uit moet. Een bakkie thee lijkt een kwartier later een nieuw pakje zakdoeken noodzakelijk te maken.
Ik heb overal zakdoeken liggen. Noodzakelijk, maar gelukkig heb ik nog maar net een nieuwe voorraad in huis gehaald. Een maand geleden weer een gezinspakket gekocht, die ik van de week voor ‘t 1st heb aangesproken. M’n neus dacht blijkbaar: als je dan toch zoveel snuitruimte in beschikbaar hebt, kan ik er beter meteen van profiteren. Hij is blijkbaar vergeten dat ik ‘m 3 weken geleden al met xtreem getoeter heb verwend. Hij vergeet misschien ook dat hij vaker gesnoten wordt dan de neus van menig ander mens. Goed, hij zit wellicht wat vaker vol, maar dat heeft-ie dan ook volledig aan z’n eigen vormgeving te danken. Welke neus haalt ‘t nou in z’n hoofd de binnenschotjes te veel naar binnen te keren, waardoor ademhaling wordt vermoeilijkt?
Maar misschien had-ie wel genoeg van die konstante stroom lucht langs z’n schotten.

Ik wil niet te veel gaan klagen, maar ik zie de komende dagen met grote vreze tegemoet. Geleidelijk aan zal de snotterigheid verminderen; de gele smurrie zal verkleuren tot groen. & Dan begint de rotzooi.
Ik zal geen dag, de nacht nog minder, zonder nasonex kunnen overleven. ‘s Ochtends vroeg & ‘s avonds voor ‘t slapen gaan in m’n neus te spuiten. Wat uiteindelijk, na afloop van deze verkoudheid resulteert in rode snot. Met harde stukjes. De rode harde stukjes zijn proppen die de ruimte tussen de schotjes opvullen. Tenminste, zo stel ik ‘t me voor. Door hard te snuiten raken die los. & ‘t Bloed stroomt mee.

Ik zal me moeten laten opereren. Schotjes verwijderen. Kleiner maken. Om de adem te herkrijgen. De snot, de alledaagse snot, waar iedereen wel in bepaalde mate last van heeft, zal dan niet meer kunstmatig vloeibaar gemaakt hoeven worden. Die raakt vanzelf wel weg. Ophopingen zullen zich niet meer in ernstige mate voor gaan doen, na die operatie. 1 Snuit met de neus & alles is weg. Ik kan ‘t me nog herinneren van toen ik nog een kind was. Voordat ik begon te roken. Daarna leek alles altijd verstopt.

Maar dan moet ik wel ‘t beeld van Marjan uit m’n hoofd zien te krijgen. Zoals haar gezicht eruit zag nadat zij dezelfde operatie had ondergaan. & Ik zal ‘t idee uit m’n hoofd moeten krijgen dat ik geen controle meer heb zogauw ik onder narcose ben. Daarnaast moet ik tegen de pijn opgewassen zijn. De pijn die volgt op de operatie, als alle verdovingen zijn uitgewerkt. Zo zag Marjan er ook uit: pijn. Pijn die haar belemmerde ook maar 1 woord te zeggen. Uiteindelijk zei ze er 2, daarna viel ze weer weg in haar kussens.

Maar bovenal. Geheel bovenal. De voornaamste reden waarom ik niet durf, waarom ik ‘t verkies slecht te blijven ademen, ‘s nachts wakker te liggen, bloed uit m’n neus laat lopen, gedwongen wordt langzaam te fietsen door een tekort aan adem, is dat ik de idee niet aankan dat iemand in m’n neus zal zitten te snijden. In mijn lichaam. Terwijl ik buiten bewustzijn ben. Weg. De wereld draait door, maar ik niet. Want er wordt gesneden in m’n lichaam. & Ik moet er vantevoren maar op vertrouwen dat dat goed gaat.

Dat gaat zeker nog wel een ½ jaar duren in Zijperspace.

nagefloten

Ik fietste heel Nieuw Den Helder door. Van Zuid tot de Noordzee-buurt, van ‘t bejaardentehuis de Uyterton tot aan de Lichtbaak, de school van m’n vader. Om totaal zo’n 30 kranten te bezorgen. De rooms-katholieken waren dun bezaaid in Den Helder. Zeker de rooms-katholieken die op hun geloof de krant kozen.
‘t Was niet bijzonder; ik deed gewoon m’n werk. Fietste een stuk om op een bepaalde plek 1 van m’n kranten in de brievenbus te gooien. 5 Dagen in de week geschiedde dat in de middag, na schooltijd. Ik hoefde er niet vroeg voor op te staan & de temperatuur was over ‘t algemeen aangenamer dan ‘s ochtends vroeg. Ook al moest ik bij weer & ontij m’n ronde doen, men hoorde mij niet klagen. Ik spekte tenslotte m’n eigen portemonnee.
Ik zei de familie Nederstigt gedag, de gepensioneerde man die vaak voor ‘t raam voor zich uit stond te staren, of anders in de tuin aan ‘t wroeten was. Ik sneed de straatjes in ‘t Koggeschip, met z’n steile stoepjes omhoog & omlaag, die een speciale techniek vereisten als je daarbij gelijk een bocht wilde maken. Ik wipte aan bij m’n tantes, werd vergast op thee & koek, in ruil voor de gratis reserve-kranten. Op de maandag liet ik 1 van de 2 tantes stikken, want ik kreeg een gulden als ik bij Paul & Kees de sportkrant afleverde. Vonden de tantes niet erg; ik moest immers aan m’n inkomsten denken. Ik zag de kinderen van de families waar ik bezorgde geleidelijk aan groter groeien, zoals ‘t meisje van Laan, de ijsboer. Van kleuter tot 10-er. & Nog zeiden ze me niet gedag als ik voorbij ‘t raam richting brievenbus ging. Geen geschikte partij voor hun dochter leken ze daarbinnen blijkbaar te denken. Ik zag de dame in ‘t bejaardentehuis langzaam vereenzamen & krommer lopen. Ik liet me bijten door opgewonden keffertjes. & Bij zeer mooi weer, de grootste kick, werd ik helemaal ondergesneeuwd, kwam ik als de verschrikkelijke sneeuwman thuis.

Maar ‘t mooiste, elke keer weer, de grootste uitdaging, de spannendste tocht dag in dag uit, was om bij de school van m’n vader langs te gaan. Een krant moest afgeleverd worden bij ‘t aanliggende klooster van de Zusters Ursulinen, waarna ik door kon gaan naar ‘t benevens gelegen bungalowwijkje voor de volgende krant. Moest ik wel de huishoudschool van m’n vader passeren. Waar alleen maar meisjes op zaten.
Als ik m’n krantenwijk goed plande reed ik voorbij aan ‘t eind van een lesuur & zag ik de dames de school verlaten. Maar belangrijker nog was dat zij míj zagen passeren. Op z’n 11 & 30st. Zogenaamd om te kijken of m’n vader voor ‘t raam van z’n directeurskamertje toevallig stond. Dan konden we naar elkaar zwaaien.
Tergend langzaam passeerde ik de Lichtbaak, vooral als de planning juist was. Ik wierp m’n blik nonchalant richting schoolgebouw, wachtte de reakties af (‘Oh, dat is de zoon van de directeur’), zwaaide eventueel, & liet die reakties over me heen komen met een zeker gevoel van trots. Maar vooral ook opgewondenheid als bleek dat de meisjes me zagen.

1 Keer staat in m’n geheugen gegrift. Ik heb ‘t verhaal ook meermaals gebruikt om concurrerende vriendjes af te troeven. Vrouwen vonden mij aantrekkelijk, was de strekking van dat verhaal, kom maar op met net zo’n anekdote. & Voldaan trok ik m’n beste afsnoefblik uit de kast. Daar hadden ze niet van terug.
Zoals gewoonlijk fietste ik voorbij de Lichtbaak. Er stonden slechts een 2 meisjes buiten. Met ‘t gewoonlijke slakkengangetje, blik vluchtig richting ‘t mogelijke silhouet van m’n vader achter ‘t raam, passeerde ik ze op 5 meter. Niets te zien in de verte. Wel de blik van de 2 buiten, beiden enkele jaren ouder dan ik. Quasi ongeïnteresseerd keek ik weer vooruit, onderweg naar de bungalows.
Toen klonk iets wat ik slechts mannen eerder had horen doen. & Dan vooral bouwvakkers of gefrustreerde jongens van mijn leeftijd die goed op hun vingers konden fluiten (ik was in deze geen talent).
Voor de rest was er niemand op straat. ‘t Kon alleen maar voor mij bedoeld zijn.
Ik werd nagefloten. Zoals normaliter mannen aantrekkelijke dames nafluiten, werd ik nagefloten door 2 meisjes.
Ik ging op m’n trappers staan, maakte wat xtra vaart, hoewel totaal niet nodig, want als ik mezelf liet uitrijden kwam ik zonder moeite bij de volgende brievenbus terecht. M’n mannelijke hormonen zeiden me op dat moment dat ik vooral zo onverschillig mogelijk moest overkomen (Clint Eastwood & Kwai Chang Cain waren voorbeelden).
De lach die op m’n mond bestorven lag had echter de breedte van de bus waar ik de volgende krant in stopte.

De meisjes zijn inmiddels ereburgers van Zijperspace.

kroon

Ik kreeg een spiegel in m’n handen gedrukt, zodat ik kon zien over welke tand ze ‘t had. & Wat er mee aan de hand was. Haar uitleg aanschouwelijk gemaakt dmv live-beeld. Ik had nog nooit met een spiegel bij de tandarts gezeten. In ieder geval niet met 1 in m’n handen. Daar werd ik nog iets stiller van.
Ik moet m’n tandenborstel daar in een positie van 45 graden houden, zo wees zij. Maar een kroon zal er in de toekomst zowiezo moeten komen. Dat moest echter zo lang mogelijk uitgesteld worden.
‘Waarom uitgesteld?’ vroeg ik verwonderd.
Dat had ik verkeerd begrepen. Ik moest ‘t gewoon zo lang mogelijk goed verzorgen. Een kroon kost tenslotte ong € 500,-. Van de ziekenfonds zou ik wel aardig wat terug krijgen, maar kostbaar zou ‘t evengoed worden.

Hier moet ik eerlijk zijn. Bij ‘t maken van die opmerking voelde ik me nl voor een kort moment volwassen. Alsof ik dat niet allang al was. Een vlaag van sterk onafhankelijkheidsgevoel kwam over me heen. Zogauw die kroon deel van mijn gebit zou uitmaken zou ik de bevestiging voelen dat ik alleen op de wereld stond. Weliswaar met nog levende ouders & broers die verderop in Noord-Holland woonachtig zijn, maar een bepaalde mate van zelfstandigheid maakte zich van me meester.

Vervolgens ging m’n tandarts m’n tanden schoon maken. De aanslag werd verwijderd. Aanslag die zich vooral tegen de rand van m’n tanden had gevestigd.
M’n lichaam trok strak, hoewel ik ontspannen de behandeling wilde ondergaan, maar de kleine pijnscheutjes als ze weer ‘ns m’n huid aan de rand hardhandig aanraakte, dwongen me ertoe.
‘Hoe komt ‘t toch dat dit steeds meer pijn lijkt te gaan doen, naarmate de jaren verstrijken?’ vroeg ik haar.
Die volwassenheid zat allang al in m’n lichaam, dacht ik, ik was bezig ouder te worden, de botten stijver, de conditie minder & pijn bij ‘t tandvlees was onderdeel van datzelfde proces. Bovendien kon ik ook best wel voor mezelf opkomen, mocht ‘t zo zijn dat ze me gewoon hardhandig behandelde. Een simpele vraag zou in dat geval tonen dat ik niet zomaar over me heen liet lopen.

”t Tandvlees is ontstoken. Je poetst niet goed genoeg. Waardoor er etensresten achterblijven & cariës ontstaat. Daar raakt als 1e ‘t tandvlees ontstoken van. Je zou met wat meer aandacht je tanden moeten poetsen. Want waarschijnlijk doe je ‘t gewoon te snel.’
Om niet geheel als klein kind terechtgewezen te worden, reageerde ik: ‘Ja, dat zal ‘t wel zijn. Ik heb altijd haast als ik m’n tanden poets. Dan moet ik opschieten om op tijd op m’n werk te zijn.’

Diezelfde avond had ik haast om in bed te gaan liggen. Ik bedacht me nog vlak voordat ik ‘t dekbed over me heen trok. Ik stapte er weer uit & nam 5 minuten lang m’n tanden onder handen. Ik had nog geen zin in de kroon op m’n volwassenheid.

Daar verdienen we nog niet genoeg voor in Zijperspace.

ksnaptniet

Dames & heren luisteraars, gij die m’n kijkcijfers maakt tot welk nivo ‘t nu staat (& niet meer dan dat), gij allen die mijn zieleroerselen tot enig verbeelding spreekt, in die mate dat ‘t dagelijks, misschien wekelijks, of wellicht zou ik kunnen zeggen in welke mate dan ook, ervan tot op de hoogte stellen dwingt, in welke regelmaat dan ook, tot ‘t naslaan van ‘tgeen hier voorgeschoteld wordt (ik zou ‘t ook anders kunnen formuleren, maar de reden voor mijn nalatigheid in deze zal dmv deze enigszins stupide zin uit de doeken gedaan worden, u zult dit welzeker begrijpen, in die voege dat men ‘t einde ervan zal moeten bereiken ter volle begrip ervan), mocht deze aanhef u te ingewikkeld worden: dames & heren toehoorders, gij die mijn kijkcijfers, die geen kijkcijfers genoemd mogen worden daar we immers geen veronica, laat staan enig ander omroepbedrijf, heten, ondanks ongedwongen bezoek, doortastend, steeds weer onaflatend belangeloos aanschouwen van de teksten zeg maar, hier dus terecht komt, zonder ook maar enig uitleg hiervoor verschuldigd te zijn jegens schrijver dezes, vertegenwoordigt, gij, als groep zijnde, volkomen anoniem, misschien wel bekend, maar als lezer op ‘t moment van ‘t geschevene tot zich nemen volledig in de massa van hooguit 100 lezers per dag opgaand, & vanuit deze optiek een collectief vormend, zult enigszins teleurgesteld kunnen zijn in ‘t feit dat ik heden ten dage, zijnde eigenlijk de dag van gister, maar omdat ik de boel niet ingewikkelder wil maken dan dat ‘t na deze zin al is: ‘heden ten dage’, niet meer geschreven heb dan slechts 1 zin.

We hebben hier eigenlijk geen verklaring voor in Zijperspace.

ontharen

Ik weet zeker dat m’n vader ooit iets dergelijks kado heeft gekregen. Met Sinterklaas of voor z’n verjaardag. Zat in een kleine strakke verpakking van kado-papier, zodat de spanning om wat ‘t zou kunnen zijn nog groter was. Iedereen vroeg zich af wat ‘t moest voorstellen, zeker ook toen ‘t reeds uitgepakt was: een klein staafje met gaatjes aan de zijkanten van ‘t uiteinde. Je kon ‘t aan de ene kant indrukken, waardoor ‘t aan de andere kant ging draaien. Een raadsel waar ‘t voor moest dienen. Gelukkig wist de kado-gever raad. Hadden we wel nodig. M’n vader zeker. Hij moest ‘t immers gaan gebruiken.

Maar toen ik er zelf naar op zoek was, vanwege overmatige jeuk, drogisterij in, hair-, style- & body-careshop uit, werd ik van ‘t kastje naar de muur gestuurd. Wellicht omdat ik vooral vrouwen als winkelhulp kreeg voorgeschoteld. Wat weten vrouwen nu van een mannenlichaam? Ze gedragen zich wel altijd alsof ze ervaringsdeskundige zijn, zeker als ze reeds hun 3e relatie achter de rug hebben (maar erger nog zijn de meisjes die sinds jaar & dag hun 1e vriendje hebben vast weten te houden), maar ‘t echte meelevingsgevoel in ‘t lichaam dat zich mijnes mag noemen kan ik niet uit hun adviezen ontwaren. Zeker niet als ze weer ‘ns wijzen naar minuscule schaartjes met onmetelijke buiten proporties hoge erop geplakte prijsjes.
‘Dat zijn echt de beste meneer,’ wagen ze dan te zeggen.
‘Jamaar, mevrouw,’ ben ik dan geneigd te repliceren, ‘ik zal er wel mee in m’n neus moeten poeren.’

Nee, een vrouw zal nooit begrijpen hoe moeilijk ‘t voor een man is zich van z’n neusharen te moeten ontdoen. & Toch loop ik elke keer weer met een verkeerd schaartje de hair-, style- & body-careshop uit. Thuisgekomen sta ik vervolgens zinloos onmogelijk geachte manoeuvres te maken met m’n neus voor de spiegel. Een vrouwspersoon had ‘t waarschijnlijk niet voor mogelijk gehouden dat een neus dermate opengesteld kon worden voor de gespiegelde ogen bij ‘t schamele licht van de douche-lamp.

Willem laat ‘t tegenwoordig knippen. Door z’n vrouw. Voordat hij die relatie kreeg liet-ie ‘t door z’n beste vriend doen. Mannen onder elkaar. Mij iets te, maar Willem kon nou 1maal niet anders. Vertelde hij me. Zoals slechts Willem in geuren & kleuren kan vertellen.
‘Nou, moet je je voorstellen, Ton, dan zat ik voorover met m’n hoofd, nam m’n duim & wijsvinger, bracht die samen, nagels op elkaar, zo strak mogelijk, dicht bij m’n neus, zodat ik ‘t idee had dat ik iets beethad, & dan in 1 keer, whaaapp, hoofd achterover, hand vooruit. Zodat de tranen in m’n ogen sprongen. Dan keek ik, weet je, dan keek ik naar wat ik tussen m’n vingers had, dan had ik wel 5 van die haren te pakken, van wel 2 cm lang. Dat deed ik aan de andere kant van m’n neus ook & de volgende dag van voren af aan.
Maar ik kreeg er bloedneuzen van, joh. Echt van die bloedneuzen, waarbij de korstjes binnen in je neus gingen zitten. Ging ik naar de dokter & die zei dat ik er onmiddellijk mee op moest houden. Daar kon ik, als ik niet uitkeek, kanker aan overhouden. Of zoiets. Wat-ie precies zei, weet ik niet meer. Maar sindsdien komt Cees dus 1 keer in de week ff langs om te knippen. Is wel een oplossing, joh, kan ik je vertellen.’
Ik keek ‘m aan & zag de neusharen klaarstaan voor de volgende kapbeurt.

Maar dat apparaatje, ik weet zeker dat m’n vader dat kado gekregen heeft, dat sneed de haren af. Scherp, zonder pijn. Niks niet ontwortelen. Gewoon elke dag hanteren & de haartjes werden op maat gehouden. Niks geen jeuk. Want dat is ‘t vooral: jeuk van omkrullende haartjes tegen de binnenkant van je neus.

Leg een vrouw dat maar ‘ns uit in Zijperspace.

systeem

‘Nee, hoor,’ zei ik, ‘ik vind dat je mee mag luisteren als mensen in een café zitten & zó hard praten. Bovendien was ‘t ietwat vage materie, dus kon ik ‘t ook gewoon niet laten.’
Wobke gaf toe dat ze zelf ook al een paar keer de neiging had gehad proberen te horen waar ze ‘t over hadden. ‘Vanochtend was er ook een stel binnen dat meteen bij binnenkomst begon ruzie te maken. Ik kon precies horen wat ze allebei deze ochtend verkeerd hadden gedaan, in andermans ogen.’

Hij zat recht overeind. Met z’n armen gekruist voor zich op tafel, z’n sleutelbos om z’n nek, praatte hij aan 1 stuk met ‘t meisje. Er viel bijna geen stilte. Zij had haar benen opgetrokken, rustend op de stoel naast haar. Als ze geen peuk opgestoken in haar linkerhand had, waren haar beide armen om haar knieën geslagen. In haar houding zocht ze geborgenheid, alsof ze voor de kachel met haar poes zat.
Ik ving slechts flarden van ‘t gesprek op (‘Ik moet mensen kunnen aankijken,’ zei ik later tegen Wobke, ‘om te kunnen zien wat ze zeggen’), af & toe kwam ‘t luid & duidelijk over, dan weer was ik te veel door m’n omgeving afgeleid om ‘t helemaal te kunnen volgen.

‘Zo zit ‘t in mijn systeem,’ zei de jongen, ‘ik bouw dat systeem op zo’n manier op dat ik er iets mee kan.’
Dat was 1 van de 1e zinnen die tot me doordrong. Hé, dacht ik op dat moment, wat doet zo’n meisje met een programma-beheerder?
‘Ze is russisch,’ hoorde ik ‘m ff later weer, ‘ze heeft me een kleine kamer gegeven. Ik heb daar in een klein hoekje m’n matras neergelegd. Met een paar spullen eromheen. Meer heb ik niet nodig. Waarom zou ik meer willen hebben? Ik heb alles waar ik behoefte aan heb.’

Sommige beelden beginnen onmiddellijk te leven, krijg ik een voorstelling bij. Hoe minimaal de jongen ook over z’n leefomstandigheden sprak, van hem werd ‘t me gedurende ‘t gesprek duidelijker dan van ‘t meisje. Waarschijnlijk vanwege de eenvoud waarin hij leefde.
Haar leefomstandigheden kon je ‘t echter aan haar algehele verschijning aflezen. Een meisje op zichzelf, zolderkamertje, 1 poes, een kachel, waar ze voor ging zitten om tijdschriften te lezen, laatste relatie alweer meer dan een jaar geleden. ‘t Verhaal lag in haar lichaam bestorven, haar houding vertelde haar manier van leven.

‘Vind je jezelf goed?’ vroeg de jongen.
‘Nee, ik durf nog niet op zo’n manier te denken,’ antwoordde ze licht aarzelend.
De jongen begon te lachen om de twijfel in haar antwoord.
‘Misschien moet je dan nog niet op zo’n manier denken. ‘t Zit nog niet in jouw systeem. Dat systeem moet langzaam aangepast worden.’
‘Ik zou best wel willen denken dat ik mezelf goed vind, zover ben ik wel, maar ik durf niet tegen mezelf te zeggen dat ik ‘t daadwerkelijk ben.’
‘Dan ben je al een heel eind. Je zou elke ochtend voor de spiegel kunnen gaan staan & zeggen: “Wat ik doe is goed.” Dan komt er veel positieve energie in je systeem, zonder dat je te veel ingrijpt.’
‘Maar zoals laatst, toen Eddo langs was. Hij zou wat klusjes gaan doen (….)’

Ik verloor kontakt. Er gebeurde iets aan de bar waardoor m’n aandacht afgeleid raakte. Ik had een 10-tal minuten zwijgzaam aan de bar gehangen, langzaam m’n biertje drinkend, zonder dat iemand kon merken dat ik ergens mee bezig was.
‘Volgens mij zijn ze van de Scientology Church,’ fluisterde ik naar Wobke achter de bar, ‘heb je gehoord waar ze ‘t de hele tijd over hebben?’
‘Ja, ze hebben de hele tijd diepe gesprekken. Dan ga ik altijd zitten fantaseren wat ze in ‘t dagelijkse leven doen.’
‘Doe ik ook altijd. Dat stel bijv schuin achter me, volgens mij hebben die 2 een buitenechtelijke relatie.’
‘Waarom denk je dat?’
‘Zoals ze zich de hele tijd verliefd gedragen. Zie je niet dat ze de hele tijd elkaars hand vasthouden. Waarom spreken ze anders midden op de dag in een kroeg in ‘t centrum af?’
Wobke lachte.

‘Maar vind je die cursus wat?’ vraagt de jongen.
‘Op zich lijkt die cursus me heel interessant,’ zegt ‘t meisje langzaam. Serieus ook. ”t Is alleen dat ik dat geld niet weg wil gooien.’
‘We kunnen natuurlijk wel met z’n 2-en er steeds wat over praten.’
‘Ja, ik denk nl dat ik nog niet zover ben. Ik voel me vaak nog lang niet opgewassen voor zulke grote veranderingen.’
‘Je kan dit soort stappen ook beter onder begeleiding doen. Daarom vind ik ‘t wel goed om met elkaar daarover af te spreken. Net zoals we nu doen.’
Hij kijkt naar z’n horloge.
‘Ik moet ondertussen die kant op. Zullen we…?’
‘Ja, laten we door de stad gaan wandelen. Dan praten we onderweg verder.’
Ze ontdoen zich beiden van hun stereotiepe houding, rekenen af & verlaten ‘t café. Ik zie ze schuin oversteken naar ‘t Amstelveld.

Een verhaal verdwijnt in den einder van Zijperspace.

sloffen

Er schiet me niet zo snel een voorbeeld vanuit m’n kennissenkring te binnen, maar ik weet bijna zeker dat ze er zijn. Ik ben nu zelf ook tot zo’n persoon verworden, dus zullen er zich wel meer soortgelijke types om mij heen bevinden. Vrienden, familieleden, misschien wel buren met dezelfde gewoontes. Met in dezelfde mate afgedragen pantoffels als ik.
Alleen weten zij hun pantoffels te verstoppen op ‘t moment dat ik langs ben. Zoals ik zelf nog gewoon was in de tijd dat ik de pantoffels nog maar net bezat. Die 1e koude dagen in m’n nieuwe huis. Toen was ik nog sociaal vaardig genoeg om bij plots bezoek bijtijds de sloffen weg te moffelen achter de bank of in een kast. Tegenwoordig ben ik me nogeneens bewust van ‘t feit dat ze open & bloot ergens naast de comp liggen. Of op ‘t tafeltje voor de tv.
Helemaal schandalig, besef ik me inmiddels, nu ze gaten vertonen aan de onderkant, waardoor de rode binnenvoering naar buiten schijnt. Zogauw ze niet worden gebruikt om op te lopen. Van die gaten die horen bij een slobberige broek, hangend over de heupen, de buik kriebelt nog net tevoorschijn, aangemoedigd door de navelharen, broek nog maar net opgehouden door een riem, gedecoreerd met koffievlekken & een vrouw die vanuit de keuken roept dat ze al bezig is thee te zetten & dat je toch vooral nog een tijdje moet blijven. Vader sloft terug op z’n versleten xemplaren.
Van die sloffen. Met gaten. Ik zie ze zo voor me uit lopen. De gaten springen in ‘t oog zogauw de man een moment vergeet z’n kledingstuk tot werkwoord te vervoegen. Als de man te moe is om z’n voeten verder op een minieme wijze op te tillen. Hij puft terug naar z’n favoriete stoel in de kamer & legt in ‘t bijzijn van de visite z’n voeten, incluis de sloffen, op ‘t tafeltje voor z’n stoel. Waardoor je de gaten aan de onderkant kan zien.

Oh, god (als u bestaat), behoed mij voor een dergelijk vooruitzicht. Laat mij niet aftands rondstommelen in een groezelig huis, waar geur zich heeft ontwikkeld tot een gegeven waar de neus ‘t bestaan niet van wil weten & zich wereldvreemd voor afsluit, waar niemand behalve sociaal wel zeer gevoelige mensen een poging waagt zich in te begeven, mezelf voortbewegend op meer gaten dan schoeisel. Help mij derhalve eraan te herinneren morgen een nieuw stel pantoffels bij de Hema te kopen.

(voor ‘t geval u niet mocht bestaan:) Morgen denken we de hele dag aan ½e warme worsten in Zijperspace.

snacks

We gingen altijd wat te eten halen, iets te snacken. Myrte kwam rond dat tijdstip net uit school & ik was klaar met m’n 6-urige werkdag. Onze magen konden wel wat xtra vulling gebruiken met al dat bier dat we genoten vanwege ‘t beëindigen van onze bezigheden. Favoriet daarbij was de Hema-worst, maar we waren met een Febo-kroket ook erg tevreden.

‘Ik weet niet of je ‘m wel ‘ns gezien hebt op m’n werk,’ begon ik, ‘Hein. Hij heeft altijd een linnen tasje bij zich. Niet zo’n grote man, zwart haar. Ach, doet er ook niet toe. Hein heeft in ieder geval hele theoriën over de Hema-worst. Hij vindt ‘t bijv ‘t grootste goed wat de na-oorlogse generatie heeft uitgevonden. Volgens hem kan je de Hema-worst ‘t beste rond een uur of 4 eten, omdat je spijsvertering dan optimaal werkt, je lichaam heeft op dat tijdstip juist die stoffen nodig die in de worst zitten. Daarom krijg je ook rond dat uur van de dag verschrikkelijke trek er in. Hij zegt dat als hij 10 verschillende worsten zou krijgen voorgeschoteld, hij de Hema-worst er al op de geur uit zou kunnen halen. ‘t Schijnt dat er ‘ns een documentaire op tv is geweest, tenminste, dat beweert Hein, waarin alles uit de doeken werd gedaan over rookworsten. Sindsdien begrijpt-ie waarom de Hema-worst zoveel meer genot oplevert dan een worst uit de schappen van de supermarkt. ‘t Heeft meer vocht, meer vet, zegt-ie, ‘t blijft op precies de juiste temperatuur nasudderen, of eigenlijk niet sudderen, da’s ‘t verkeerde woord volgens Hein, ‘t wordt warm gehouden zoals ze dat in bepaalde oud-germaanse beschavingen ook deden. Bleef ‘t vlees dagen smaakvol & mals bij. & ‘t Zoutgehalte, dat vindt-ie ook erg onderscheidend. Hij zegt dat er precies zoveel voedingsstoffen in zitten dat je desnoods een maand op Hema-worsten zou kunnen leven. Daar droomt-ie eigenlijk van; hij wil dat xperiment ooit uit gaan voeren.
Ik vind zelf dat je ‘m met zoveel mogelijk mosterd moet eten. Maar bij bepaalde Hema-filialen geven ze dat er niet bij.’

Myrte is een heerlijke luisteraar. Lacht op de goede momenten & zoniet, dan heeft ze wel een glimlach in de kuiltjes van haar wangen staan. Onderwijl staren we wat voor ons uit, knabbelend aan de snack, de gestage stroom voorbijgangers beschouwend. Ik praat verder.

‘Pak jij altijd uit ‘t bovenste vakje?’ vroeg ik een keer toen we een kroket uit de muur hadden getrokken. ‘Moet je niet doen. Volgende keer trek ik ‘m wel. Je moet nl altijd doen wat de mannen van Febo niet verwachten. Moet je echt doen, hoor, ik kan ‘t weten. Want die mannen merken nl dat bepaalde hokjes ‘t meest populair zijn. Ze stoppen dus de oudste kroketten in de vakjes waar de kroket ‘t snelst uit verdwijnt. Doen ze als de nieuwe voorraad klaar is.
Ik haal uit steeds weer een ander vakje m’n kroket. & Als ze denken dat ik de vorige keer uit de onderste heb gehaald, dus zal deze keer wel de bovenste aan de beurt zijn, dan haal ik xpres nog een keer m’n kroket uit de onderste. Ik probeer zo onvoorspelbaar mogelijk te zijn. Dan heb ik tenminste altijd een lekkere kroket. Ik zie ze altijd beteuterd kijken als ik ze dat heb geflikt. Maar ja, ze kunnen er niks tegen doen.’
‘Ze kennen je?’ vroeg Myrte.
‘Nee, natuurlijk niet. Ik kies ook elke keer weer een andere Febo.
Trouwens, de kroketten die een beetje lauw zijn zijn ‘t lekkerst.’

Zonder theorie waren we nergens in Zijperspace.

vrouwspersoon

‘Nog een gelukkig nieuwjaar,’ wenste Esther me toe.
‘Had ik jou dat dan nog niet toegewenst?’ vroeg ik.
‘Nee.’
‘Ik dacht dat jullie hier ook op 1 januari langs waren geweest.’
‘Nee, toen waren we in Frankrijk.’
‘Oh, in dat geval moeten we natuurlijk zoenen.’
‘Dat hoeft toch helemaal niet,’ zei Martha, die ernaast stond. Martha had ik zéker wel op 1 januari gehad.
‘Ja, maar dat mag wel,’ zei ik met een glunderende verbazing nadat ik Esther met 3 zoenen had verrijkt.
‘Oh, da’s een voorrecht die je hebt als barman,’ veronderstelde Esther.
‘Maar daar doe ik ‘t niet om. Ik geniet er gewoon elke keer weer van als ik een vrouw mag zoenen.’
Martha grinnikte. Ik zou haar bijna nog een keer de beste wensen hebben overgebracht.

‘Ik zie alleen maar de vrouw als ik een stelletje binnen zie komen,’ vertelde ik op oudejaarsavond. ‘Die man zie ik ook heus wel, maar ik ontwaar zijn gezicht niet. Terwijl ‘t gezicht van die vrouw onmiddellijk in m’n geheugen staat gegrift.’
‘Dus nu zit je eigenlijk alleen maar met vrouwen in een kamer?’
‘Nou, zo erg is ‘t nou ook weer niet. Maar ‘t is wel zo dat als ik om me heen kijk ik vooral de gezichten van de vrouwen ontwaar. M’n blik staat wel stil bij de vrouwengezichten & niet bij die van de mannen. Die mannen sla ik gewoon over tijdens m’n rondje de kring van aanwezige mensen bekijken. Ik zou heus wel anders willen, hoor, maar ‘t lukt me echt niet. M’n blik gaat automatisch naar de gezichten die bij ‘t vrouwelijke geslacht horen. Nou ja, misschien zou ik ook wel niet anders willen, maar om nou te zeggen dat ik daar sexistische motieven bij heb? ‘t Gaat vanzelf. Ik kan me ook veel beter concentreren op wat er gezegd wordt als ik een vrouw hoor praten.’

‘Dus we zouden ons nu moeten concentreren op de bh’s & de strings,’ zei ik gisteravond tegen Pes, ‘dan worden we veel wijzer van hoeveel aandacht de aanwezige dames aan zichzelf besteden.’
‘Of dat met strings ook zo is, weet ik niet.’
‘Tuurlijk wel. Als ‘t inderdaad zo is dat vrouwen die meer geld uitgeven aan bh’s een beter idee hebben over hoe ‘t er voor de rest er uitziet, in welke mate hun bh’s door hun shirtjes heen schijnen, & daar ook zorg aan willen besteden, dan geldt iets dergelijks ook natuurlijk voor hoe ‘t slipje of de string naar buiten kan schijnen & de daaraan gerelateerde aandacht die een vrouw aan haar verschijning besteedt.’
‘Ja, da’s misschien wel waar.’
‘Tuurlijk is dat waar. Hoewel ik ‘t wel een beetje raar vind dat dat meisje dat hier voor ons staat wel een string draagt, maar ondertussen heel duidelijk een goedkope bh draagt. Dat is: als ik jouw lessen van daarnet goed begrepen heb. Daarnaast vraag ik me af hoe iemand die zulke lichaamsvormen heeft ‘t in haar hoofd haalt wel een string te gaan dragen & niet een fatsoenlijke bh. Dat heeft zij veel harder nodig.’
‘Misschien vind ze die string wel lekker zitten.’
‘Ja, maar je moet ook nog iets van fatsoen zien te hanteren, als vrouw zijnde, vind ik. Ik was laatst bij de ABN-AMRO. Daar hebben ze tegenwoordig dat systeem van gastvrouwen & -heren. Als je binnenkomt wordt er meteen gevraagd waarvoor je komt & je wordt vervolgens meteen gewezen waar je plaats kan nemen. Terwijl je zit informeert de gastvrouw/heer of je door 1 van de medewerkers geholpen kan worden. Als je dan aan de beurt bent wordt je door hem/haar verder gedirigeerd.
Degene die mij bij de deur ontving die zei dat ik kon gaan zitten. Zij liep naar 1 van die bureau’s om te vragen of er iemand beschikbaar voor me was. Zij liep dus bij me vandaan, in zo’n strakke ABN-AMRO-broek, zo’n groene, zoals ze tegenwoordig allemaal dragen. Je kon er alles doorheen zien. Maar ze had zo’n dikke kont dat ik dacht dat je met zo’n lichaam geen string kon passen. Dat bleek dus niet zo. Want ik zag ‘t 3-hoekje van de string er geheel & al doorheen schijnen.’
‘Ja, je hebt strings in alle soorten & maten,’ wist Pes te vertellen.
‘Weet je wat ook zo raar is: ze wrijven de hele tijd over hun billen. Dan vinden ze ‘t blijkbaar lekker om aan hun eigen blote billen in de broek te zitten.
Kijkkijkkijk. Daar. Zag je die hand over de billen gaan?’

Waarschijnlijk blijft de vrouw ‘t onopgeloste mysterie van Zijperspace.

murphy

Inmiddels heb ik m’n 1e dvd aangeschaft. In die zin dat-ie gratis (ik kreeg de eigenlijke xtra kosten ad € 1,- meteen als korting van m’n cd-boer) geleverd werd bij de cd. Waarschijnlijk ben ik net een paar dagen te laat om uit te proberen of m’n dvd-speler echt wel werkt. Momenteel weigert-ie nl enig beeld te geven. Zoals wel meer onderdelen van m’n comp gebrekkige prestaties vertonen. De comp kan ‘t niet meer aan. ‘t Lukt ‘m zelfs niet meer muziek te laten horen.

Vanaf ‘t moment dat ik afgelopen dinsdag kontakt herkreeg met ‘t internet is de comp langzamer gaan funktioneren. & Dan bedoel ik héél erg langzaam. ‘t Doet zich voor dat de letters die ik intik pas 2 of 3 sekonden later in beeld verschijnen. Als ik een programma in werking wil stellen duurt ‘t soms wel 20 sekonden voordat die opdracht daartoe daadwerkelijk verandering van uitzicht oplevert. ‘t Lijkt er op dat de 256 ddr geheugen gezien wordt als ‘t geheugen van een vooroorlogse machine.

Ik heb al meerdere suggesties geleverd gekregen. De minst goede van de jongen van de adsl-helpdesk. Die moest ik toch maar weer ‘ns een keertje bellen. Tuurlijk had de jongen wel gedeeltelijk gelijk. Hij kon immers niet anders dan te suggereren wat-ie gedaan heeft, maar ik schoot er alleen niet zoveel mee op. De comp is nog steeds langzaam.

Ik had gedacht dat ik de minste risico’s zou lopen als ik windows 98 op de nieuwe comp zou zetten. M’n oude comp was daar ook mee ingericht, zodat ‘t herstellen van de internet-verbinding een plakje cake zou zijn. Die operatie had ik immers al meermaals moeten ondernemen, ‘t zou zich allemaal wel vanzelf wijzen.
Niets bleek minder waar, zo heeft men afgelopen week van stilte kunnen merken.
Nu nog minder, want windows blijkt m’n gehele bak te vertragen. & Niemand die daadwerkelijk weet wat er aan te doen. Tenzij ik morgen ‘t meeltje van Ramon binnenkrijg. Ramon had me uitgelegd waar ‘t aan zou kunnen liggen, hij had ‘t een week eerder bij iemand anders aan de hand gehad, maar ik ben alleen vergeten zijn verhaal te onthouden. Te technisch. Ik had zijn verhaal aan een andere deskundige in m’n kennissenkring kunnen vertellen, die mij vervolgens de juiste suggesties zou kunnen leveren om de comp weer normaal draaiend te krijgen.

Men moet weten: ik heb nog geen verschrikkelijk vertragende programma’s op m’n comp gezet. Kazaa is nog niet binnengehaald. Een vuurmuur heb ik nog niet kunnen installeren. Office staat op de achtergrond.

Ik kan geen muziek draaien. Tot overmaat van ramp is m’n discman ook al een tijd kapot. Wordt ook door een kennis gerepareerd, indien mogelijk.
Ik kan geen cd’s branden, laat staan dvd’s spelen. Radio luister ik tegenwoordig weer via de tv, in de ochtenduren, als Radio 1 vanonder ‘t testbeeld weerklinkt.
Vannacht was opeens zijperspace.nl niet te bereiken. Protagonist was volledig uit de lucht.

We wilden niet in hem geloven, maar momenteel waart Murphy toch echt ergens rond in Zijperspace.

Update: Pes was langs. Ik vertelde dat ik windows nogeneens kon updaten. ‘t Algehele probleem van m’n comp bekijkend kwamen we er vervolgens achter dat office wel geupdate kon worden. Waarna windows automatisch volgde. Diep in de nacht werden files na files binnengehaald. Comp was langzaam, maar de internetverbinding werkte ondanks dat optimaal.
We dachten de oplossing gevonden te hebben. Nu zou windows 98 volledig aktueel worden, waardoor-ie de nieuwe ethernetkaart zou begrijpen.
Bij ‘t opnieuw opstarten liep ‘t echter fout. Hij bleef hangen.
Reset.
Helemaal fout. Comp startte wel op, maar er kwam geen bureaublad. Kaal scherm.

Ik heb de hele nacht liggen dromen over allerhande handelingen die ik op de comp uitvoerde. Ik was redelijk geniaal in m’n verrichtingen. De comp was nog niet eerder op een dergelijke wijze doorgrond. Ik snapte alleen niet hoe ik toegang kon krijgen, terwijl ik voor ‘t slapen gaan de comp nogeneens een diskette kon laten herkennen.

Wakker geworden. Jan gebeld. Gefeliciteerd. Gevraagd of-ie al visite had. Hem ‘t probleem voorgelegd. Bios. Opstartdiskette. Windows-cd-rom. Windows setup. Jan praatte me door de hele procedure heen. Jan is een moderne held.

Windows herkende alle oude instellingen. Herkende blijkbaar ook alle hardware & drivers. Mijn comp werkt weer zoals ‘t hoort.
Rare dingen, die comps. Blij dat ik er geen verstand van heb.